Je maakt op papier van elke proef een kort verslag met de volgende onderdelen:
- Je naam en de titel van de proef.
- Formuleer een onderzoeksvraag. (Wat wil je weten?)
- Beschrijf de methode die je gebruikt. (Wat heb je gedaan om antwoord te geven op de onderzoeksvraag?)
- Beschrijf de resultaten. (Wat heb je geobserveerd?) Hier komt ook je tabel en je maakt daar een grafiek van.
- Formuleer een conclusie. (Wat is het antwoord op de onderzoeksvraag?)