kerststollen (nog afmaken)

• Horeca
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

kerststol

Wat heb je vorige week gemaakt?

lesdoelen

• leerling kan een vliesje trekken van het deeg
• leerling kan het woord bake-off uitleggen
• leerling kan uitleggen hoe hij later wilt leven
• 
  

theorie

bake-off = afbakken

3 manieren van bewaren:

- diepvries

-  voorgebakken, gasverpakking

- kant en klaar, gekoeld

thema talent

toekomstbeeld = verschillende onderdelen

- woonsituatie

- gezinsituatie

- vakantieplannen

- vrijetijdsbesteding

vaktaal

ROLSTOK
= een stok om je suiker klontvrij te rollen

AMANDELSPIJS
= mengsel van amandelen, suiker, citroen

POEDERSUIKER
= vermalen witte suiker

RIJZEN
= het omhoog komen van deeg, luchtig worden

VLIESJE TREKKEN = het uit elkaar trekken van deeg, om te kijken of het deeg soepel genoeg is. 

voorbereiding

we gaan 3 kleine pannenkoeken maken. 

We gaan met de volgende 3 slides, onze spullen verzamelen en de keuken hygiënisch schoon maken. 

emmer sop

1. pak het blauwe schoonmaakmiddel.

2. doe 1/2 dopje in je emmer. 

3. vul tot het 2e streepje. 

materialen

• theelepel
• steelpan
• ovenrek + bakpapier
• bolzeef

materialen

• krabber
• invetkwast
• liniaal
• vershoudfolie

Ingredienten

300 gr broodmix

190 ml lauw water

2 theelepel strooibloem

afwerking:

40gr boter

25 gr poedersuiker

Ingredienten

vulling

120 gr rozijnen

30 gr krenten

120 gr amandelspijs

uitvoeren

je gaat nu de kerststol maken. 

Volg de stappen voor een goed resultaat

Stap 1

maak een cirkel van de broodmix op de werkbank. 

giet voorzichtig het water in het midden. 

Stap 2

draai vanuit het midden rondjes met je vingers. 

maak met de krabber het rondje steeds kleiner. 

Stap 3

maak een deegbal. 

strooi bloem op de werkbank. 

kneed het deeg 10 min

Stap 4

als het deeg goed is. 

kan je een vliesje trekken.

Stap 5

maak een deegbal. 

strooi wat bloem op de werkbank. 

leg het deeg erop. 

 

Stap 6

dek het deeg af met wat vershoudfolie. 

laat dit 5 min rijzen. 

Zet een timer

Stap 7

doe de rozijnen en krenten in de zeef. 

spoel ze met koud water.

Stap 8

laat ze goed uitlekken. 

Kneed ze door het deeg. 

Stap 9

strooi wat bloem op de werkbank. 

Verdeel het deeg in 4 stukken met de krabber. 

Stap 10

druk het deeg plat. 

vouw de buitenkant naar binnen. 

Rol het met je handen tot een staaf van 25cm.

Stap 11

maak 4 gelijke rolletjes van de amandelspijs. 

maak deze 20 cm lang. 

Stap 12

pak je deegroller. 

Rol het deeg uit tot een plak van 15cm bij 25cm

het de spijs in het midden.

Stap 13

vouw het deeg over het amandelspijs heen. 

druk het deeg met de zijkant van jouw hand vast.

Stap 14

leg de kerststol op je rek met papier

laat ze 30 min rijzen

Stap 15

verwarm de oven op 200 graden

Stap 16

doe je ovenrek in de oven. 

Zet een timer van 15 min. 

Stap 17

smelt de boter in de steelpan op laag vuur.

Stap 18

haal de stollen uit de oven. 

Smeer ze in met de gesmolten boter. 

Stap 19

bestrooi ze met poedersuiker. 

De stol is nu klaar.

afronden

na het koken ga je je spullen schoonmaken en opruimen. 

je zorgt dat ze ruimte weer netjes wordt.

stap 1

Afwassen en afdrogen van het gebruikte materiaal

stap 2

maak je werkblad schoon

stap 3

Maak het fornuis schoon

stap 4

veeg en/of dweil de vloer. 

schoonmaaktaken: 

• wasbakken 1+2
• wasbakken 3+4
• Temperatuur meten
• werkbank controleren
• was vouwen

schoonmaaktaken:

• vloer vegen
  
• vloer schrobben
  
• vloer trekken
  
• kruidenkar
• tafels schoonmaken

Nabespreken

kijk terug op de les. Hoe is het gegaan, wat ging super? 

zijn er ook dingen die je anders zou doen?

antwoord dit op de volgende slides

Reflectie

Vul je reflectie in. 

We gaan het daarna bespreken

Waarom moet je een vliesjes trekken?

leerling kan een vliesje trekken van het deeg

Wat betekent bake-off?

leerling kan het woord bake-off uitleggen

hoe wil jij later leven?

leerling kan uitleggen hoe hij later wilt leven

Hoe smaakte het gerecht?

1. lekker
2. niet lekker
3. een beetje lekker
4. ik heb het niet geproefd

Wat ga je de volgende keer anders doen?

wat heb je geleerd deze les. Noem minimaal 1 ding