6.1 - Soorten krachten

• Natuurkunde / Scheikunde
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 2

6.1 - Soorten krachten

Benodigdheden

- Werkboek

- Pen, potlood

- Rekenmachine

- Laptop

LessonUp: 

JA!

Telefoons in de telefoontas!

L6 -1 Je weet in welke eenheid kracht wordt gemeten.

L6 -2 Je weet dat kracht een uitwerking is van bewegingsenergie.

L6 -3 Je kunt het trappetje van metriek toepassen op Newton.

L6 -4 Je weet welke drie uitwerkingen een kracht kan hebben.

L6 -5 Je weet dat er verschillende krachten zijn en je kunt deze koppelen aan gegeven situaties.

L6 -6 Je kent een aantal duurzame manieren om bewegingsenergie om te zetten in elektrische energie.

L6 -7 Je kunt de zwaartekracht op een voorwerp berekenen wanneer de massa is gegeven, en andersom.

L6 -8 Je weet wat de wetenschappelijke betekenis van gewicht is.

Klik hier voor de leerdoelen.

Natuurlijk zijn de leerdoelen ook te vinden in de leerlijst!

Leerdoelen

Klik eens op de play knop!

Welke grootheid hoort er bij de eenheid newton?

1. veerconstante
2. massa
3. stroomsterkte
4. kracht

De kracht waarmee de aarde aan voorwerpen trekt heet...?

1. Wrijvingskracht
2. Zwaartekracht
3. Duurzame kracht
4. Spankracht

Wat voor kracht wordt hier
gebruikt?

1. Magnetische kracht
2. Elektrische kracht
3. Zwaartekracht
4. Spankracht

Wat voor kracht wordt hier
gebruikt?

1. Magnetische kracht
2. Elektrische kracht
3. Zwaartekracht
4. Spankracht

Een kracht kun je zien

1. juist
2. onjuist

Een stofzuiger werkt op elektrische kracht

1. juist
2. onjuist

Naar wie is de eenheid van kracht vernoemd?

In paragraaf 6.1 worden er een hoop soorten krachten genoemd. 

• Windkracht (F_wind)
• Spierkracht (F_spier)
• Waterkracht (F_water)
• Weerstandskracht (F_weerstand)
• Veerkracht (F_veer)
• Zwaartekracht (F_z)

Soorten krachten

De zwaartekracht van een voorwerp kun je bereken met de formule:

zwaartekracht = massa x 9,81

VOORBEELDOPGAVE 2: Een zak cement heeft een massa van 25 kilogram. Bereken de zwaartekracht op de zak cement.

Gevraagd: F_z = ?

Gegevens: m = 25 kg

Formule: F_z = m x 9,81

Berekening: Fz = 25 x 9,81

Antwoord: Fz = 245,25 N

Zwaartekracht

F_z = N

m = kg

grootheid = eenheid

Oefenopdracht. Een blok heeft een massa van 950 gram. Bereken (met stappenplan) de zwaartekracht.

Oefenopdracht. Een leerling uit klas 2 heeft een massa van 84500 gram. Bereken de zwaartekracht van deze leerling.

Huiswerk

Maandag 8 maart '24

• Maken en nakijken §6.1 
• Opdracht 1 t/m 16