In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom
- Bespreken toets hoofdstuk 8
- Introductie 14.1
Slide 1 - Tekstslide
Bespreken toets
- In de klaspagina op LessonUp kun je de toets bekijken
- Heb je op-/aanmerkingen, stuur mij dan persoonlijk een bericht in teams - We bespreken daarna enkele opdrachten
timer
10:00
Slide 2 - Tekstslide
Hoofdstuk 14
Duurzaam leven
Ga in deze LessonUp
Slide 3 - Tekstslide
Wat betekent duurzaamheid eigenlijk? (zoek evt. op)
Slide 4 - Open vraag
Duurzaamheid
Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen. (Van Dale, 1978)
Waar zorgt duurzaamheid voor
Zorgen dat de aarde bewoonbaar blijft
Eigenlijke betekenis
Het gaat er bij duurzaamheid om dat deze drie – mens, milieu en economie – met elkaar in evenwicht zijn. Op die manier zorgen we dat de aarde niet uitgeput raakt en dat deze ook op langere termijn leefbaar blijft.
Slide 5 - Tekstslide
14.1 Hoe beïnvloed jouw gedrag de aarde?
Slide 6 - Tekstslide
Op welke manieren heb jij eigenlijk invloed op de aarde?
Slide 7 - Woordweb
Leerdoelen
Je kent jouw eigen ecologische voetafdruk.
Je leert dat het gebruik van producten invloed heeft op je omgeving.
Je leert dat mensen voedsel, energie en grondstoffen van de aarde gebruiken en afval achterlaten.
Slide 8 - Tekstslide
Invloed op de aarde
Bij bijna alles wat je doet heb je invloed op de aarde:
- Gebruik van energie
- Gebruik van voedsel en water
- Gebruik van grondstoffen
- Produceren van afval
Slide 9 - Tekstslide
Ecologische voetafdruk
Iedereen neemt een bepaalde hoeveelheid ruimte op aarde in. Dat noem je de ecologische voetafdruk
De ruimte die je inneemt, wordt bepaald door je levensstijl. Alles wat je doet en consumeert, kost namelijk ruimte.
Slide 10 - Tekstslide
Test jouw eigen ecologische voetafdruk
Kopieër en open de volgende link:
https://voetafdruktest.wwf.nl/
Je score vul je in de volgende slide in, dus
laat de pagina even open staan
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Hoeveel aardbollen zijn er nodig bij jouw gebruik?
Slide 13 - Open vraag
Slide 14 - Tekstslide
Opdracht
Bedenk in twee minuten welke drie dingen jij kan doen om je ecologische voetafdruk te verminderen
timer
2:00
Slide 15 - Tekstslide
Welke drie dingen kan jij doen om je ecologische voetafdruk te verminderen?
Slide 16 - Open vraag
Gebruik van producten
Moet eerst worden gemaakt (grondstoffen, energie)
Daarna wordt het verpakt (grondstoffen, energie)
Dan wordt het vervoert (energie/brandstoffen > uitlaatgassen)
Gebruik (opladen/stroom > kost energie)
Afval
Slide 17 - Tekstslide
Waar blijft het afval van 7,7 miljard mensen?
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Afvalverbranding
Belangrijke grondstoffen gaan verloren
Het stoot veel broeikasgassen uit
Slide 20 - Tekstslide
Opdracht
Bedenk in twee minuten hoe je het afvalprobleem zou kunnen verminderen?
timer
2:00
Slide 21 - Tekstslide
Wat heb je bedacht om het afvalprobleem iets te verminderen?