Landstede Groep

Rekenquiz

Rekenquiz
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo k, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Rekenquiz

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stel: Je plaatst een hek om de tuin. Hebben we hier te maken met de omtrek of oppervlakte?
A
Omtrek
B
Oppervlakte

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk getal
is het kleinst?
A
-22
B
-1
C
-6
D
-22,5

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



73=
A
-4
B
4
C
-10
D
10

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rond af op 2 decimalen:
3,99543
A
4
B
4,00
C
3,99
D
3,9

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de waarde van de 3 in het getal
5356
A
3
B
30
C
300
D
3000

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



65=
A
-1
B
1
C
-11
D
11

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



51+81=
A
51+81=408+405=4013
B
5+81+1=132

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



Hier in Finland was het 1 dag geleden -8 °C.
Vandaag is het 3 graden kouder.
Wat is de temperatuur vandaag?
A
-5 °C
B
5 °C
C
-11 °C
D
11 °C

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel decimalen heeft dit getal?
345,23762
A
3
B
5
C
7
D
8

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zet de getallen op volgorde van klein naar groot:
0,122.......0,99.......0,17.......0,230
A
0,17...0,122...0,99...0,230
B
0,122...0,99...0,17...0,230
C
0,17...0,99...0,122...0,230
D
0,122...0,17...0,230...0,99

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

12,933 + 14,01 =
A
26,943
B
13,334
C
27,943
D
26,934

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk getal ligt precies
tussen de getallen
-80 en -10?
A
-35
B
-40
C
-45
D
35

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Hoeveel bekertjes van
0,25 L kun je vullen met
2 liter limonade?
A
4
B
6
C
8
D
12

Slide 14 - Quizvraag

Werk de komma weg door beide getallen met 100 te vermenigvuldigen.
Wat is de omtrek
van dit figuur?
A
12 cm
B
5 cm
C
6 cm
D
10 cm

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je koopt 6 pennen voor
€ 5,40.
Hoeveel betaal je voor 5 pennen?
A
€ 4,30
B
€ 4,50
C
€ 4,80

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Met welke som reken je de omtrek van deze rechthoek uit?
A
9 + 3 + 9 + 3 =
B
2 x 9 + 2 x 3 =
C
9 × 3 =
D
2 x 3 + 2 x 9 =

Slide 17 - Quizvraag

Met alle sommen bereken je het goede antwoord!
Rond af op 5 eurocent
€ 23,57
A
€ 23,60
B
€ 23,50
C
€ 23,55
D
€ 24,00

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


1/8 deel =
A
0,15
B
0,125
C
0,135
D
0,25

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Meten:
30 cm + 70 dm
= ...... m?
A
1
B
7,3
C
73
D
100

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies