Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Landstede Groep
‹
Terug naar zoeken
5.2 Verschillende soorten media
Maatschappijleer
1 / 22
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Maatschappijleer
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
In deze les zitten
22 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Maatschappijleer
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen
Aan het einde van de les
kan de leerling het verschil benoemen tussen de zender en de ontvanger
kan de leerling minimaal 2 verschillende soorten media benoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Waar kun je de media voor gebruiken?
A
Nieuws en informatie
B
Ontspanning
C
Contacten
D
Het opbouwen van je identiteit
Slide 3 - Quizvraag
Waar gebruik je de media voor?
Nieuws en informatie
kranten - journaal
Ontspanning
films en series kijken
Contacten
appen en bellen
Identiteit
wie ben je/wat doe je - instagram snapchat
Slide 4 - Tekstslide
Waar gebruik JIJ de media vooral voor?
A
Nieuws en informatie
B
Ontspanning
C
Contacten
D
Identiteit
Slide 5 - Quizvraag
Communicatie zonder woorden heet ook wel..
A
verbale communicatie
B
Lichaamstaal
Slide 6 - Quizvraag
Een middel om mee te communiceren noem je...
A
Communicatie
B
Medium
C
Massacommunicatie
D
Social Media
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de juiste volgorde bij communicatie?
A
boodschap - zender - ontvanger
B
zender - ontvanger - boodschap
C
zender - boodschap - ontvanger
D
ontvanger - boodschap -zender
Slide 8 - Quizvraag
Aan de slag
10 minuten stil werken
5.2 Opdracht 1 t/m 8
Wat niet af is, is huiswerk voor de volgende les
Slide 9 - Tekstslide
Wat zijn de media?
De belangrijkste media in ons land zijn:
kranten en tijdschriften
televisie- en radiozenders
internet
Slide 10 - Tekstslide
Wie leest er wel eens een fysieke krant?
Nooit
Soms
Vaak
Altijd
Ik lees online kranten artikelen
Slide 11 - Poll
Wie leest er wel eens een tijdschrift?
Nooit
Soms
Vaak
Altijd
Slide 12 - Poll
Kranten en tijdschriften
Kranten brengen nieuws en verschijnen elke dag.
Tijdschriften verschijnen meestal één keer per week of maand.
Onderscheid kwaliteit en sensatie
Slide 13 - Tekstslide
Wie kijkt er televisie?
Nooit
Eén keer per week
Meerdere keren per week
Elke dag
Ik kijk terug
Slide 14 - Poll
Luister je wel eens naar de radio?
Nooit
Soms
Vaak
Altijd
Ik luister alleen Spotify
Slide 15 - Poll
Van welke streamingsdiensten maak je gebruik?
Slide 16 - Open vraag
Radio- en TV-omroepen
BNNVARA of SBS6 ?
Commerciële omroepen
Publieke omroepen
Slide 17 - Tekstslide
Commerciële zenders
Verdienen veel
geld
met reclame. Voorbeelden hiervan zijn SBS6, RTL en Net5.
Om programma's te kunnen maken verkopen deze omroepen dus
reclametijd
.
Slide 18 - Tekstslide
Publieke omroepen
(op NPO 1, 2 en 3) zenden minder reclame uit omdat ze
geld van de overheid
ontvangen om programma's te maken.
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Video
Internet
Internet bestaat uit miljoenen
websites
met uiteenlopende informatie. Ook kun je er makkelijk mee
communiceren.
Het gevolg van internet is dat
iedereen
nieuws kan plaatsen. Het is daarom belangrijk om te weten of de bron
betrouwbaar
is.
Slide 21 - Tekstslide
Huiswerk
5.2 1 t/m 8
PO --> CV maken
Deadline a.s. zondag verplaatst -->
woensdag 27 maart 23.59 uur
Slide 22 - Tekstslide