In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Burgers en stoommachines
2.2: De Industriële Revolutie
H2: Burgers en stoommachines
2.2: De Industriële Revolutie
Slide 1 - Tekstslide
Tijdvak 8: Burgers & Stoommachines
(1800-1900)
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen
1: Je kunt uitleggen wat het belang van de stoommachine is tijdens de industriële revolutie.
2: Je kunt een relatie leggen tussen het modern imperialisme, grondstoffen en afzetmarkten.
3: Je kunt uitleggen wat een transportrevolutie is
Slide 3 - Tekstslide
Welke jaartallen horen er bij de negentiende eeuw?
A
1900-2000
B
1800-1900
C
1700-1900
D
1800-2000
Slide 4 - Quizvraag
Begin
Begin van de industriële revolutie
Slide 5 - Sleepvraag
Engeland
rond 1700
Al voor de Franse Revolutie had Engeland een enorm rijk dat zich over de hele wereld uitstrekte.
De bevolking van Engeland groeit, hierdoor is er meer kleding nodig.
Veel kleding wordt gemaakt van katoen, dat door slaven op plantages wordt geplukt, en wol.
Het Britse Rijk omstreeks 1700
Slide 6 - Tekstslide
Schietspoel
1733
Om sneller kleding te maken, moet je sneller kunnen weven.
De schietspoel werd uitgevonden. Hiermee kun je veel sneller weven dan met de hand.
De schietspoel was nog geen échte machine: het bedienen ging met de hand.
Slide 7 - Tekstslide
Spinning Jenny
1764
Als je sneller kunt weven, heb je ook meer draad nodig.
Met de Spinning Jenny kon je 8 en later 16 draden tegelijk spinnen
Slide 8 - Tekstslide
Wat is een van de belangrijkste uitvindingen van de revolutie?
A
stoommachine
B
ploeg
C
straatverlichting
D
dienstensector
Slide 9 - Quizvraag
Stoommachine
rond 1764
De eerste werkende stoommachine van de Industriële Revolutie was die van Thomas Newcomen rond 1705
Pas door de verbeteringen van James Watt kon de stoomachine pas echt worden ingezet
De Engelsman James Watt voerde een aantal belangrijke veranderingen door in Newcomen's stoommachine waardoor het gebruik en de inzet makkelijker werden.
Slide 10 - Tekstslide
Sleep de omschrijvingen naar het juiste plaatje:
De schietspoel van John Kay.
De Spinning Jenny van James Heargraves
Het waterframe van Richard Arkwright.
De stoommachine van James Watt
Slide 11 - Sleepvraag
Industriële Revolutie
1750-1900
Door de komst van de machines verandert de manier waarop mensen produceren: van handmatig naar machinaal
De verandering noemen we de Industriële Revolutie
Niet alleen de manier van produceren verandert enorm: ook de komst van stoomtreinen brengt grote veranderingen in het vervoer van mensen en goederen.
Slide 12 - Tekstslide
Welk begrip hoort bij deze betekenis: Periode van grote en snelle verandering in West-Europa door de komst van industrie; deze periode duurde van 1760 tot 1850.
A
Industrialisatie
B
Kapitalisme
C
Industriële revolutie
D
Monarchie
Slide 13 - Quizvraag
Wat is industrialisatie?
A
Een periode van grote en snelle verandering door de komst van industrie.
B
Het ontstaan van industrie (fabrieken) in een gebied waar eerst vooral landbouw was.
C
Een speciale dans.
D
Mensen die in fabrieken werken.
Slide 14 - Quizvraag
van kleinschalige handmatige productie in de huisnijverheid...
... naar grootschalige machinale productie in fabrieken
Slide 15 - Tekstslide
Oorzaak van de industriele revolutie
Gevolg van de industriele revolutie
De economische veranderingen gingen steeds sneller.
De stoommachine werd uitgevonden
Er kwamen veel nieuwe producten zoals lucifers en blikvoedsel.
Steenkool werd gebruikt als energiebron.
Slide 16 - Sleepvraag
Video
Histoclips: De industriële revolutie
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Video
Zet de begrippen bij de juiste periode (vóór de industriële revolutie of industriële revolutie)?
Industriële revolutie
vóór de industriële revolutie
fabrieken
huisnijverheid
landbouw
stoommachine
slechte werkomstandigheden
stad
platteland
Slide 19 - Sleepvraag
Modern imperialisme (1870-1914)
Omschrijving imperialisme (1850-1920): het streven naar een groot rijk onder macht van een keizer of één volk. Kortom, je rijk (imperium) uitbreiden!
Imperialisme start in tijdvak 8 (Burgers & Stoommachines)
Imperialisme heeft meer als doel om gebieden te veroveren (alleen in Afrika en zuidoost-Azië) om aan jouw eigen land toe te voegen en er wordt veel meer gebruik/misbruik gemaakt van de grondstoffen (bv katoen, rubber, olie) in de kolonie.
Kolonialisme
Imperialisme
Slide 20 - Tekstslide
Waarom was een groot imperium in de 19e eeuw voordelig voor een Europees land? Sleep naar het plaatje.
Europese fabriekseigenaren hadden eenvoudig toegang tot afzetmarkt en grondstoffen
Europese werkgevers konden goedkoop arbeiders uit de koloniën halen
Het Europese land kreeg betere wapens en snellere verbindingen
Het gaf Europeanen het gevoeldat zij tot een belangrijk land behoorden
Slide 21 - Sleepvraag
Oorzaken modern imperialisme:
Economische oorzaak: West-Europese landen hebben grondstoffen (bv rubber, olie) nodig voor de groeiende industrie. Met deze grondstoffen worden producten in een West-Europees land gemaakt, en ook verkocht in het eigen imperium (afzetgebied).
Politieke oorzaak: een groot rijk (imperium) geeft (militair) aanzien en macht.
Culturele oorzaak: verspreiding van christendom. Ook is sprake van een superioriteitsgevoel. Het blanke ras is superieur (het beste) en moet uit morele plicht beschaving brengen / opvoeden (bv kleding, taal, gewoonten, onderwijs, ziekenhuizen bouwen, wegen en spoorlijnen aanleggen). Gevolg: Europanisering (verspreiding van de Europese cultuur).
Bij deze prent stond: ‘Frankrijk zal in staat zijn om de beschaving, de rijkdom en de vrede naar Marokko te brengen.’ De vrouw is Marianne, het symbool van Frankrijk. Een hoorn is het symbool van overvloed.
Slide 22 - Tekstslide
Hieronder zie je 3 oorzaken van het ontstaan van het modern imperialisme (1870-1914).
Sleep deze 3 oorzaken naar het juiste groene vak:
Politieke oorzaak
Culturele oorzaak
Economische oorzaak.
Verspreiding van christendom. Ook is sprake van een superioriteitsgevoel.
een groot rijk (imperium) geeft (militair) aanzien en macht.
West-Europese landen hebben grondstoffen (bv rubber, olie) nodig voor de groeiende industrie.
Slide 23 - Sleepvraag
Wedloop (race) om Afrika:
Om afspraken te maken over de verdeling van het werelddeel (continent) Afrika, roept de Duitse kanselier Otto van Bismarck vertegenwoordigers van West-Europese landen (bv Engeland, Frankrijk, Italië, België, Spanje, Portugal en Duitsland) in 1884 bij mekaar in de conferentie (vergadering) van Berlijn.
Wie is in deze conferentie de grote afwezige? De Afrikanen zelf!
In deze conferentie worden lukraak grenzen (letterlijk met een liniaal) getrokken, waardoor verschillende Afrikaanse stammen in 1 land samen komen te wonen. Gevolg: nog steeds burgeroorlogen tussen Afrikaanse stammen.
Tien jaar later bestaat bijna heel Afrika uit West-Europese kolonies die grote gebieden bezetten: hun legers veroveren gebieden en houden de bevolking in bedwang en worden onderdrukt.Enkele Afrikaanse bevolkingsgroepen worden zelfs systematisch (met een voorbedacht plan) volledig uitgemoord (genocide).
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Kaart
Vrijwel heel Afrika wordt bestuurd door een Europees moederland.
Slide 26 - Tekstslide
46 keer zo groot als Nederland
Slide 27 - Tekstslide
Tijdens de conferentie van Berlijn werd....
A
Afrika verdeeld onder West-Europese landen
B
Azië verdeeld onder West-Europese landen
C
Australië verdeeld onder West-Europese landen
D
Zuid-Amerika verdeeld onder West-Europese landen
Slide 28 - Quizvraag
Wat hoort NIET bij het denken met een superioriteitsgevoel?
A
Het gevoel dat je meer waard bent dan de ander
B
De Europese beschaving is beter dan andere beschavingen
C
De Europeanen waren onder de indruk van de Afrikaanse cultuur
D
De Aziaten moesten de Europese leiders gehoorzamen
Slide 29 - Quizvraag
1: Je kunt uitleggen wat het belang van de stoommachine is tijdens de industriële revolutie. 2: Je kunt een relatie leggen tussen het modern imperialisme en grondstoffen en afzetmarkten. 3: Je kunt uitleggen wat een transportrevolutie is