Landstede Groep

8.5 Oppervlaktematen omrekenen

Hoofdstuk 8

Lengte, omtrek en oppervlakte
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8

Lengte, omtrek en oppervlakte

Slide 1 - Tekstslide

8.5 Oppervlaktematen omrekenen
Lesdoel:
  • Je leert oppervlaktematen omrekenen
  • Je leert de oppervlakte van een figuur te berekenen door rechthoeken op te tellen

Slide 2 - Tekstslide

8.5 Oppervlaktematen omrekenen
Een oppervlakte-eenheid is een maat voor de grootte van een bepaald oppervlak of gebied. Bij het omrekenen van eenheden, reken je met de stapgrootte.

De bekendste standaardmaat voor de oppervlakte is de vierkante meter. Het symbool is m2

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

8.5 oppervlaktematen omrekenen
 
1 m2 = 1 m x 1 m 


Je berekent de oppervlakte van een kubus of balk  met:
lengete x breedte = oppervlakte

Slide 5 - Tekstslide

8.5 Oppervlaktematen omrekenen
Voorbeeld:
6 km² = .... m
Stap 1:
Ga ik naar links of rechts op het schema?
Stap 2:
Hoeveel stappen moet ik zetten?
Stap 3:
Bereken het antwoord.
Naar rechts, dus x
We zetten drie stappen naar rechts, dus x 100 x 100 x 100
6 x 100 x 100 x 100 = 6 000 000
Dus 6 km² = 6 000 000 m²

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Figuren verdelen
Om de oppervlakte van dit figuur te kunnen berekenen zou je de figuur in rechthoeken kunnen verdelen.
Oppervlakte A:
1,5 x 1,5 = 2,25
Oppervlakte B:
1,5 x 1 = 1,5
Oppervlakte C:
2 x 1,5 = 3
2,25 + 1,5 + 3 = 6,75
Dus de oppervlakte is 6,75 m²

Slide 8 - Tekstslide

Even oefenen.....
Je krijgt een aantal meerkeuzenvragen. Probeer steeds het juiste antwoord te geven.

Slide 9 - Tekstslide

Ken jij je het rijtje oppervlaktematen al uit je hoofd? 






Sleep de oppervlaktematen naar de juiste plek.  
km²
hm²
dam²
dm²
cm²
mm²

Slide 10 - Sleepvraag

Sleep de antwoorden naar de juiste plek
3 hm² = .. dm²
0,2 km² = .. m²
5 km² = .. m²
3000 cm² = .. m²
20 m² = .. dm²
2000
200000
5000000
0,3
3000000
300
200

Slide 11 - Sleepvraag

500 000 m2 = ____ km2
A
500
B
5
C
0,5

Slide 12 - Quizvraag

Terugblik.
Hoe bereken je de oppervlakte van een rechthoek?
A
alle lengte bij elkaar optellen
B
alle lengtes keer elkaar
C
lengte x breedte
D
lengte + breedte

Slide 13 - Quizvraag


Slide 14 - Open vraag

Huiswerk
Maak opdracht 38; 39; 41 en 43 van paragraaf 8.5
- Kijk de vragen na.
- Heb je een aantal fouten? kijk goed naar wat het antwoorden- boek doet, kies zelf nog 2 vragen uit om verder te oefenen.
- Ging het goed? Daag jezelf uit met een uitdagende opdracht.

Slide 15 - Tekstslide