Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Landstede Groep
‹
Terug naar zoeken
H10 Geluid Samengevat
H10 geluid - hoofdstuk 10 samengevat
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons
in de telefoontas!
1 / 31
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nask / Techniek
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 4
In deze les zitten
31 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H10 geluid - hoofdstuk 10 samengevat
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons
in de telefoontas!
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen/ vragen
staan in de lessonups van elke paragraaf
oefenvragen zitten in de lessonup van elke paragraaf.
Slide 2 - Tekstslide
10.1 Geluid maken en horen
Slide 3 - Tekstslide
GELUIDSBRON
Geluid ontstaat doordat iets gaat trillen, we noemen dit dan een
trilling
alles wat geluid maakt noemen we een
geluidsbron
"Dat wil dus zeggen dat er aan of in elke geluidsbron iets zit dat trilt..."
Slide 4 - Tekstslide
Geluidsbron - Tussenstof - Ontvanger
Slide 5 - Tekstslide
Snelheid van geluid
Geluid heeft altijd een tussenstof nodig om te verplaatsen.
Snelheid van geluid hangt af van de tussenstof.
Hoe dichter de tussenstof, hoe sneller het geluid zicht verplaatst.
Snelheid van geluid in water = 1500 m/s
Snelheid van geluid in lucht = 340 m/s
Binas tabel 27 vind je geluidsnelheid van verschillende stoffen
Slide 6 - Tekstslide
Rekenen met geluidsnelheid
Geluidsnelheid berekenen:
V
geluid
= s : t
Afstand berekenen:
s = V
geluid
x t
Hierin is:
V
geluid
= snelheid van geluid in meter/seconde (m/s)
s = afstand in meters (m)
t = tijd in seconde (s)
Slide 7 - Tekstslide
Echo:
echo is het terugkaatsen van geluid. Geluid gaat heen en weer van geluidsbron
Slide 8 - Tekstslide
Echo en Sonar
Echo
= Geluid dat wordt teruggekaatst.
Sonar
= Zien met behulp van hele hoge geluidssignalen
Sonar:
Echo =
Geluid dat wordt teruggekaatst.
Sonar =
Zien met behulp van hele hoge geluidssignalen
Slide 9 - Tekstslide
Afstand bepalen met echo/sonar:
meet de tijd tussen zenden en ontvangen
zoek de snelheid van het geluid op
s = v x t
DEEL DE UITKOMST DOOR 2! (want het geluid ging heen en weer..)
Slide 10 - Tekstslide
10.2 Geluidsniveau
Slide 11 - Tekstslide
Hoe hard klinkt geluid
geluidsniveau
geeft aan hoe hard geluid is
Geluid kun je versterken met een klankkast
Geluidssterkte wordt gemeten in
Decibel (dB)
Geluidssterkte meet je met een
decibelmeter
Slide 12 - Tekstslide
Wanneer loop je gehoorschade op?
Tot 80 dB is veilig
Vanaf 90 dB is kans op
gehoorschade
140 dB doet pijn en kan gehoor direct beschadigen
Beschermen met
gehoorbeschermers
binas tabel 28,29,30 gaat over gehoorgevoeligheid en blootstellingsduur
Slide 13 - Tekstslide
1
2
3
4
5
6
Geluidssterkte (decibel - dB)
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Geluidsgolven worden steeds zwakker naarmate de afstand groter wordt.
Slide 16 - Tekstslide
Hoe verminder je geluidsoverlast
geluidoverlast kun je verminderen met isolatie
Geluidsisolatie
werkt beste met zachte materialen (schuimrubber, textiel)
Zachte materialen
absorberen
het geluid (het geluid verdwijnt)
Geluidsschermen
kaatsen geluid terug
Slide 17 - Tekstslide
10.3 Hoge en lage tonen
Slide 18 - Tekstslide
FREQUENTIE
Het aantal trillingen in één seconde noemen we
frequentie
Hoe lager de frequentie, hoe lager de toon
Hoe hoger de frequentie, hoe hoger de toon
De eenheid van frequentie is HERTZ, afkorting Hz
Slide 19 - Tekstslide
Formule frequentie/trillingstijd
T = trillingstijd in seconde (s)
f = frequentie in Hertz (Hz)
Trillingstijd: T = 1 / f Frequentie: f = 1 / T
1 seconde = 1000 milliseconde
1 kHz = 1000 Hz
(Binas Tabel 6 en 8)
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
GEHOOR-BEREIK
De laagste toon die mensen kunnen horen is 20Hz
Dit noemen we de
onderste gehoor-grens
De hoogste toon die mensen kunnen horen is 20.000Hz (20 kHz)
Dit noemen we de
bovenste gehoor-grens
Als je ouder wordt ga je hoge tonen steeds minder horen, dus je bovenste gehoorgrens wordt dan lager. De onderste gehoorgrens verandert niet veel.
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Tekstslide
gehoordrempel:
Geeft aan Hoe hard geluid moet zijn om te horen
Slide 25 - Tekstslide
10.4 hoge en lage tonen
alleen de kopjes:
hoe maak je een beeld van geluid
wat is het verschil tussen tonen
Slide 26 - Tekstslide
Oscilloscoop
Geluid kun je zichtbaar maken met oscilloscoop
Op een oscilloscoop stel je de
tijdbasis
en
gevoeligheid
in.
De tijdbasis is de tijdschaal op de horizontale as van het scherm.
De oscilloscoop hiernaast is ingesteld op 5ms/div.
Dat betekent 5ms per vakje
Met een oscilloscoop kun je de frequentie van een toon/ geluid bepalen.
Slide 27 - Tekstslide
frequentie met oscilloscoop berekenen
1 hokje is 5 ms
1 trilling duurt 2 hokjes
Trillingstijd = 10 ms = 0,010 s
f = 1 / T
f = 1 / 0,010 = 100 Hz
Slide 28 - Tekstslide
Amplitude: afstand tussen horizontale as en top van golf. hoe groter de afstand hoe harder de toon.
Slide 29 - Tekstslide
1 toon
muziek: verschillende tonen
Slide 30 - Tekstslide
Aan de slag:
- maken de oefentoets vragen van hoofdstuk 10 (uitgedeeld)- maken samenvatting of doornemen lessonup's
- extra oefening, maak en kijk na de opdrachten die je per paragraaf moet maken.
Slide 31 - Tekstslide