Landstede Groep

2. Verkiezingen

Politiek


2. Verkiezingen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Introductie

Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen welke verkiezingen in Nederland worden gehouden en hoe deze verlopen.

Onderdelen in deze les

Politiek


2. Verkiezingen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze presentatie kun je herkennen en uitleggen welke verkiezingen in Nederland worden gehouden en hoe deze verlopen.

Slide 2 - Tekstslide

Waarom verkiezingen?


  • Kiezen van volksvertegenwoordigers


  • Wensen van de bevolking

Slide 3 - Tekstslide

Waarvoor verkiezingen?


  • Gemeenteraad


  • Provinciale Staten


  • Tweede Kamer 

Slide 4 - Tekstslide

Wanneer 

verkiezingen?


  • Elke 4 jaar


  • Na een kabinetsval (alleen landelijk)


  • Na gemeentelijke herindeling(alleen gemeente)

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Van pepermunt tot potlood
De verkiezingen van a tot z

Slide 7 - Tekstslide

1.

Kandidatenlijsten worden door de partijen samengesteld en samen met verkiezingspas opgestuurd.

Slide 8 - Tekstslide

2.

Campagne voeren door de partijen (canvassen). Daarnaast (veel) debatten op televisie en radio door de lijsttrekkers van de partijen.

Slide 9 - Tekstslide

3.
Verkiezingsdag

Slide 10 - Tekstslide

4. Bepalen van de uitslag


Kiesdeler:

Hoeveel stemmen heb je 

nodig voor 1 zetel (stoel)?


Slide 11 - Tekstslide

5.


De kamervoorzitter benoemt na overleg met de fractievoorzitters van de partijen, één of meerdere verkenners.

Een verkenner kijkt welke mogelijke samenwerkingen er zijn. 
Overigens is het gebruik een verkenner niet in de wet genoemd.

Slide 12 - Tekstslide

6.

Tweede kamer benoemt, tijdens een debat, één of meerdere informateurs. Zij moeten onderzoeken welke nieuwe regering mogelijk is.

Slide 13 - Tekstslide

Waarom is het vormen een nieuwe regering zo lastig?
  • Er zijn veel (kleine) partijen

  • Verschillende standpunten

  • Geen partij heeft de absolute meerderheid (de helft plus 1 = 76 zetels)

  • Partijen moeten dus samenwerken (coalitie)

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

7.

Informateurs brengen verslag uit aan de Tweede Kamer: zij melden dat er een regeerakkoord is

Slide 16 - Tekstslide

8.

De Tweede Kamer benoemt de formateur. Hij zoekt de juiste mensen voor de nieuwe regering (kabinet). De formateur is de nieuwe minister-president.

Slide 17 - Tekstslide

9.

Installeren en presenteren van het nieuwe kabinet

Slide 18 - Tekstslide

10.
Het nieuwe kabinet kan aan het werk!

Slide 19 - Tekstslide

Video
De Tweede Kamerverkiezingen

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Video

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 23 - Open vraag

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 24 - Open vraag