Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Landstede Groep
‹
Terug naar zoeken
Hoofdstuk 6. Je groene omgeving - Paragraaf 6.1 Organismen indelen
Wat gaan we doen vandaag:
- Start nieuwe hoofdstuk
1 / 15
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Biologie / Verzorging
Middelbare school
mavo, havo, vwo
Leerjaar 1
In deze les zitten
15 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
60 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Wat gaan we doen vandaag:
- Start nieuwe hoofdstuk
Slide 1 - Tekstslide
6.1 Organismen indelen
- Je leert dat je organismen indeelt in vier groepen;
- Je leert hoe je de naam van een plant of dier kunt opzoeken;
- Je leert ook dat elke soort een eigen leefomgeving heeft.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Ordenen
Als je dingen bij elkaar zoekt die bij elkaar horen heet dat
ORDENEN
Wat kun je ordenen?
- Je kamer
- Je stripboeken
- Voetbalplaatjes
- CD’s
- Etc.
Slide 4 - Tekstslide
Indelen organismen
Organismen zijn ingedeeld in
vier groepen
:
1. Planten
2. Schimmels
3. Dieren en mensen
4. Bacteriën
Slide 5 - Tekstslide
Verschillen op cel-niveau
Slide 6 - Tekstslide
Onderverdeling rijken
De vier rijken zijn weer onderverdeeld:
rijk → afdeling → klasse → orde → familie → geslacht → soort
Slide 7 - Tekstslide
Determineren
Determineren
is het opzoeken van de naam van een organisme.
- Zoekkaart;
- Determinatietabel;
- App op een computer of een smartphone.
Bij determineren beantwoord je vragen over de kenmerken van een organisme.
Slide 8 - Tekstslide
Eigen leefgebied
Het leefgebied van een organisme heet een
biotoop
.
De leefomstandigheden in een biotoop zijn precies goed voor de organismen die er leven.
Slide 9 - Tekstslide
Invloeden op organismen
Biotische invloeden
zijn omstandigheden uit de
levende
natuur.
Voorbeelden:
roofvijanden, voedsel.
Abiotische invloeden
zijn omstandigheden uit de
niet-levende
natuur.
Voorbeelden:
temperatuur, hoeveelheid licht.
Slide 10 - Tekstslide
Wetenschappelijke naam
Organismen zijn van
dezelfde soort
als ze
samen vruchtbare nakomelingen kunnen krijgen.
De soortnaam bestaat uit de geslachtsnaam en de soortaanduiding.
De geslachtsnaam schrijf je met een hoofdletter, de soortaanduiding met een kleine letter.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Aan het werk
Hoofdstuk 6. Je groene omgeving
Paragraaf 6.1 Naast je deur
Maken opdracht 1 t/m 18
+
Paragraaf 6.2 Biotoop onder de loep
Maken opdracht 1 t/m 22
BEN JE KLAAR?
Oefenen op www.biologiepagina.nl
timer
10:00
Slide 15 - Tekstslide