In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
§4.5 MEERDERE APPARATEN, ANDERE REGELS
Benodigheden
- Werkboek
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop
LessonUp:
JA!
Telefoons in de telefoontas!
Slide 1 - Tekstslide
Wat kun je doen als je huiswerk moet maken maar je schrift kwijt bent?
In een stroomkring met een lamp vloeit een stroom van 3,00 A. De lamp heeft een weerstand van 52,0 Ohm. Bereken hoe groot de spanning van de aangesloten spanningsbron is.
timer
4:00
Slide 2 - Open vraag
Wat kun je doen als je huiswerk moet maken maar je schrift kwijt bent?
Wat kun je doen als je huiswerk moet maken en je bent je schrift kwijt?
Slide 3 - Open vraag
Slide 4 - Tekstslide
Bekijk de afbeelding hiernaast. Is dit een serie-, een parallel- of een gemengde schakeling?
A
serie
B
parallel
C
gemengde schakeling
Slide 5 - Quizvraag
Bekijk de afbeelding hiernaast. Is dit een serie- of een parallelschakeling?
A
serie
B
parallel
C
gemengde schakeling
Slide 6 - Quizvraag
Bekijk de afbeelding hiernaast. Is dit een serie- of parallelschakeling?
A
Serieschakeling
B
Parallelschakeling
C
gemengde schakeling
Slide 7 - Quizvraag
Meerdere spanningsbronnen
Spanningsbronnen kun je op twee manieren op elkaar aansluiten:
Serie: alle batterijen achter elkaar
Parallel: batterijen in aparte stroomkringen
Slide 8 - Tekstslide
In een serieschakeling is de stroomsterkte (I) overal gelijk!
Slide 9 - Tekstslide
In een serieschakeling is totale spanning (Utotaal) gelijk aan de spanning van spanningsbronnen.
Slide 10 - Tekstslide
In een serieschakeling is totale spanning (Utotaal) gelijk aan de spanning van spanningsbronnen.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Wat is de spanning van de batterij?
1 lampje is 2,25 V.
?
A
2,25 V
B
2,25 A
C
4,5 V
D
4,5 A
Slide 13 - Quizvraag
De linker spanningsbron is 6 V. De rechter spanningsbron is 3 V. Wat is de totale spanning?
A
Onbekend
B
3V
C
6V
D
9V
Slide 14 - Quizvraag
Slide 15 - Tekstslide
Aangezien het aantal tonnen op de wagens overal gelijk is = de spanning bij een parallelschakeling overal gelijk.
Slide 16 - Tekstslide
De stroomsterkte is bij een parallelschakeling dus niet overal gelijk.
Slide 17 - Tekstslide
Serieschakeling
Parallelschakeling
Stroomsterkte overal gelijk
Itotaal = I1 = I2 = I3 = Ietc
Stroomsterkte niet overal gelijk
Itotaal = I1 + I2 + I3 + Ietc
Spanning overal gelijk
Utotaal = U1 = U2 = U3 = Uetc
Spanning niet overal gelijk
Utotaal = U1 + U2 + U3 + Uetc
Slide 18 - Tekstslide
Hoe groot is de stroomsterkte door de lamp in de afbeelding hiernaast?