In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Feedback...
Is een terugkoppeling van anderen over jouw werk.
Helpt je om je werk gericht te verbeteren.
Laat je mogelijkheden zien waar je misschien zelf nog niet aan had gedacht.
Is een belangrijk onderdeel van ieders ontwikkeling!
Slide 2 - Tekstslide
Wat voor feedback kunnen we geven?
Positieve feedback
Constructieve feedback
Negatieve feedback
Slide 3 - Tekstslide
"Hé sukkel, je hebt het weer eens helemaal verpest!" Dit is...
A
Positieve feedback
B
Constructieve feedback
C
Negatieve feedback
Slide 4 - Quizvraag
"Wat kan jij ontzettend mooi zingen!" Dit is...
A
Positieve feedback
B
Constructieve feedback
C
Negatieve feedback
Slide 5 - Quizvraag
"Bij de volgende toets moet je een netter handschrift gebruiken." Dit is...
A
Positieve feedback
B
Constructieve feedback
C
Negatieve feedback
Slide 6 - Quizvraag
Slide 7 - Video
Goede feedback...
Begint met een waarneming (ik heb gezien dat...);
Is specifiek en direct;
Richt zich op de belangrijkste dingen;
Gaat over het werk, niet over de persoon;
Wordt altijd gegeven met de bedoeling om te helpen;
Is realistisch.
Slide 8 - Tekstslide
Wat is er mis met deze feedback? "Je hebt goede cijfers gehaald, maar we merken dat je niet graag samenwerkt. Je bent wel altijd op tijd, en toch had je de opdracht voor Latijn beter kunnen doen."
Slide 9 - Open vraag
Wat is er mis met deze feedback? "Ik vind jou altijd heel aardig, dus daarom vind ik dat je de presentatie heel goed hebt gedaan."
Slide 10 - Open vraag
Wat is er mis met deze feedback? "Ik vind het altijd zo vervelend als mensen een te lange powerpoint gebruiken, jij ook?"
Slide 11 - Open vraag
Feedback krijgen doe je zo:
Luister rustig en goed naar wat een ander te zeggen heeft.
Let vooral op wat hij/zij zegt en minder op hoe het gezegd wordt.
Check of je het goed begrepen hebt: Jij vindt dus dat…
Zeg of jij iets hebt aan de opmerkingen: Ik zou misschien…
Als je het er niet mee eens bent, zeg dat dan eerlijk zonder negatieve klank.
Bedank hem of haar voor de moeite en de tips.
Slide 12 - Tekstslide
Rubrics
Manier om feedback te structureren;
Gebruikt categorieën en een puntsysteem;
Een rubric is het begin van feedback geven, niet het einde!
Voorbeeld:
Slide 13 - Tekstslide
Rubric Presentatie
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Het doel van feedback geven is ...
timer
0:30
A
geruststellen
B
overtuigen
C
tips geven
D
beledigen
Slide 16 - Quizvraag
De juiste houding om feedback te geven is ...
timer
0:30
A
rustig
B
agressief
C
verdedigend
D
aarzelend
Slide 17 - Quizvraag
De juiste houding om feedback te krijgen is ...
timer
0:30
A
verdedigend
B
gelaten
C
belangstellend
D
arrogant
Slide 18 - Quizvraag
Waarom is feedback ontvangen altijd lastig?
timer
0:30
A
Het roept in je hersenen boosheid en verdriet op.
B
Het roept in je hersenen adrenaline op.
C
Het roept in je hersenen angst en verdediging op.
D
Het geeft je hersenen een positieve impuls
Slide 19 - Quizvraag
Hoe kun je het beste reageren op die gevoelens?
timer
0:30
A
Aan gevoelens moet je gewoon toegeven.
B
Je moet je gevoelens beheersen en erover nadenken.
C
Tegen zulke gevoelens moet je blijven vechten.
D
In de verdediging gaan
Slide 20 - Quizvraag
Waarom moet je iemand bedanken voor feedback?
timer
0:30
A
Dat is beleefd en beschaafd.
B
Aan goede feedback heb je veel, het is een cadeau.
C
Goede feedback is zeldzaam dus wees er zuinig op.
D
Ik bedank helemaal niet
Slide 21 - Quizvraag
Situaties
Lees op de volgende pagina's de vier situaties en bedenk of jullie feedback zouden geven in zo'n geval. Bedenk steeds een reden om WEL feedback te geven, maar ook een reden om dat NIET te doen.
Slide 22 - Tekstslide
Situatie 1
Je zit in de klas. De leerkracht legt iets uit wat je niet begrijpt. De uitleg gaat snel en een beetje rommelig. Het is nog steeds erg onduidelijk. Eigenlijk snap je er niets van
Slide 23 - Tekstslide
Situatie 2
Je zusje draait keiharde muziek, terwijl jij die 'moeilijke' anatomie toets wil leren. Je kan je slecht concentreren op je huiswerk.
Slide 24 - Tekstslide
Situatie 3
Je bent de anatomie toets aan het maken. Vraag 3 is moeilijk, oneerlijk zelfs. De vraag gaat over iets wat je niet moest leren.
Slide 25 - Tekstslide
Situatie 4
Je vrienden willen een avondje weg. Jij hebt geen zin om te gaan omdat het vorige keer daar uit de hand liep. Je hebt al drie keer gezegd dat je niet mee wilt. Ze vragen het nog een keer.
Slide 26 - Tekstslide
Feedback geven aan je leraar
Je leraar legt iets uit, veel te snel, en helemaal onduidelijk. Je snapt er niets van. Bekijk de afbeelding.
Hoe zal de leraar reageren op deze feedback, denk jij?
Slide 27 - Tekstslide
Feedback geven aan je moeder
Je bent weer eens te laat thuisgekomen en je moeder gaat flippen. Bekijk de afbeelding. Hoe zal je moeder reageren op deze feedback, denk jij?
Slide 28 - Tekstslide
Feedback geven aan je vrienden
Je vrienden willen een weekend weg, maar jij hebt geen zin. Bekijk de afbeelding.