Landstede Groep
Bk1a les 17 februari
BREUKEN
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1
In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
BREUKEN
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen:
- Ongelijke breuken gelijknamig maken
- Breuken vermenigvuldigen
- Breuken delen
- Breuken omrekenen naar decimalen getallen
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Breuken
Slide 7 - Tekstslide
Op welke manieren kun je breuken gelijknamig maken?
Dus....... hoe zorg je ervoor dat de noemers hetzelfde worden?
Slide 8 - Tekstslide
nog een voorbeeld....
Slide 9 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen een breuk gelijknamig en gelijkwaardig maken?
Slide 10 - Tekstslide
Even oefenen!
Samen gaan we een aantal sommen uitrekenen.
Probeer deze sommen even te maken op een papiertje voor jezelf, op de volgende pagina's zie je straks de uitleg van deze sommen.
2 1 7 1
- + - = - - - =
8 4 12 3
Slide 11 - Tekstslide
Breuken vermenigvuldigen
Je kunt een breuk vermenigvuldigen met een heel getal.
Bijvoorbeeld: 5 x 4
8
Je vermenigvuldigt alleen de TELLER met het hele getal:
5 x 4 = 20 = 5 = 2 1 (vereenvoudig zover mogeijk)
8 8 2 2
:4
Slide 12 - Tekstslide
Even oefenen!
Samen gaan we een aantal sommen uitrekenen
3 x 5 = 6 x 8 =
- -
6 10
Slide 13 - Tekstslide
Opdracht
Zorg dat je in totaal 36 smarties over hebt, alle smarties is
Sorteer de smarties nu op kleur.
Maak van elke kleur een breuk, dus heb je twee gele smarties heb je deel gele smarties van het totaal.
Dit doe je met alle kleuren en dan maak je de breuk in stapjes ze klein mogelijk, in dit geval wordt wordt
Ben je klaar, kijk ik even met je mee of je alles goed hebt gedaan.
364
364
182
91
3636
Slide 14 - Tekstslide
Zelfstandig aan de slag
timer
30:00
Huiswerk voor volgende week is minimaal 45 minuten werken
aan je persoonlijke leerroute.
Je mag nu met je huiswerk aan de slag of je kiest ervoor om een
breukenspel te doen.
Slide 15 - Tekstslide
Eventueel een aantal vragen bespreken van het oefenblad.
Slide 16 - Tekstslide
Breuken vermenigvuldigen
Je kunt een breuk vermenigvuldigen met een heel getal.
Bijvoorbeeld: 5 x 4
8
Je vermenigvuldigt alleen de TELLER met het hele getal:
5 x 4 = 20 = 5 = 2 1 (vereenvoudig zover mogeijk)
8 8 2 2
:4
Slide 17 - Tekstslide
Even oefenen!
Samen gaan we een aantal sommen uitrekenen
3 x 5 = 6 x 8 =
- -
6 10
Slide 18 - Tekstslide
Einde eerste deel uitleg breuken gelijknamig maken en bij elkaar optellen en van elkaar af halen.
Slide 19 - Tekstslide
Even herhalen, breuken gelijknamig maken......
2 1 5 1 5 1 2 5
- + - = 2 - + 1 - = - - - = 4 - - 2 - =
5 2 6 4 12 6 7 3
Slide 20 - Tekstslide
Breuken vermenigvuldigen
Je kunt een breuk vermenigvuldigen met een heel getal.
Bijvoorbeeld: 5 x 4
8
Je vermenigvuldigt alleen de TELLER met het hele getal:
5 x 4 = 20 = 5 = 2 1 (vereenvoudig zover mogeijk)
8 8 2 2
:4
Slide 21 - Tekstslide
Even oefenen!
Samen gaan we een aantal sommen uitrekenen
3 x 5 = 6 x 8 =
- -
6 10
Slide 22 - Tekstslide
Breuken delen
Je kunt een breuk delen door een heel getal.
Bijvoorbeeld: 9 : 3 =
12
Je deelt alleen de TELLER door het hele getal:
9 : 3 = 3 = 1 (vereenvoudig zover mogeijk)
12 12 4
:3
Slide 23 - Tekstslide
Breuken delen
Soms kun je de teller niet door het hele getal delen....
Dan reken je de breuk om zodat de teller wel deelbaar is:
1 : 4 = 4 : 4 = 1
2 8 8
1 x 4 = 4
2 x 4 = 8
Slide 24 - Tekstslide
Even oefenen!
Samen gaan we een aantal sommen uitrekenen
10 3
- : 5 = - : 2 =
12 5
Slide 25 - Tekstslide
Breuken en decimale getallen
- Je kunt een breuk als decimaal (kommagetal) opschrijven.
- Je gebruikt hiervoor breuken met als noemer 10 (tienden)
of 100 (honderdsten)
- Je rekent vermenigvuldigt of deelt de NOEMER naar 10 of 100.
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Video
Stap 1 van breuk naar decimaal
Reken de breuk om naar tienden (0,1) of honderdsten (0,10)
1 25
- x 25 = -
4 100
Slide 28 - Tekstslide
Stap 2 van breuk naar decimaal
Schrijf de breuk op als decimaal getal.
Als je de breuk uitspreekt, kun je horen welk decimaal getal je moet schrijven...
25
- = 0,25
100
Slide 29 - Tekstslide
Tekst
Maak het werkblad om verder te oefenen!
2
10
12
100
50
100
8
10
125
100
0,50
0,8
0,12
0,2
1,25
Slide 30 - Sleepvraag
Stap 1 van decimaal naar breuk
Je weet hoe je een decimaal getal uitspreekt.
Bijvoorbeeld: 0,45 = ?
45 vijfenveertig
100 honderdsten
VEREENVOUDIG DE BREUK ZOVER MOGELIJK...
Slide 31 - Tekstslide
Tekst
1,75
0,48
0,3
2,15
2,6
1 3
4
2 3
20
3
10
12
25
2 3
5