5.2 Wat voor ondernemingen?

• Economie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3

Welkom! Neem deel!

Lesdoelen vorige les

- Je kunt uitleggen wat voor arbeidsmotieven er zijn

- Je kunt uitleggen hoe de hoogte van je loon bepaald wordt

- Je kunt je nettoloon berekenen

- Je kunt uitleggen wat het minimumloon is

Wat zijn voorbeelden van arbeidsmotieven?

1. Geld
2. Nuttig en zinvol bezig zijn
3. Leren van nieuwe dingen
4. Structuur en regelmaat

Waar of niet waar...
De hoogte van je loon wordt mede bepaald door afspraken in het CAO

1. Waar
2. Niet waar

Nettoloon = € 550,-
Sociale lasten = € 50,-
Belastingen = € 80,-
Wat is je brutoloon?

Lesdoelen

- Je kunt uitleggen welke verschillende productiesectoren er zijn.

- Je kunt het begrip arbeidsverdeling uitleggen.

- Je kunt de verschillen benoemen tussen verschillende ondernemingsvormen

Nu

Lezen 5.2

Moeilijke woorden?

Primaire sector

Landbouw

Visserij

Winning van grondstoffen

Secundaire sector

Industrie

Bouw

Ambachten (bijv. bakker)

Tertiaire sector

Commerciële dienstverlening

Banken

Winkels

Transportbedrijven

Quartaire sector

Niet commerciële dienstverlening

Onderwijs

Gezondheidszorg

Overheidsinstellingen

Productiesectoren

Productiesectoren kan je onderverdelen in vier groepen:

1. Primaire sector:

Landbouw, visserij, grondstofwinning

2. Secundaire sector:

Industrie, bouw en ambachten

3. Tertiaire sector:

Commerciële dienstverlening  zoals handel, transport en financiële diensten (banken en verzekeringen)

4. Quartaire sector: 

niet commerciële dienstverlening zoals onderwijs, gezondheidszorg en politie

Een chirurg, tandarts en politieagent horen in dezelfde sector. Welke sector is dit?

1. Primaire sector
2. Secundaire sector
3. Tertiaire sector
4. Quartaire sector

Welke productiesector levert diensten om winst te maken?

1. Commerciële dienstverlening (tertiaire sector)
2. Niet-commerciële dienstverlening (quartaire sector)

Arbeidsverdeling

In een bedrijf worden taken verdeeld. Zo doet iedereen waar hij/zij goed in is. Dit heet arbeidsverdeling.

Taken kunnen worden verdeeld in:

• Leidinggevend werk
• Uitvoerend werk

Joyce heeft een eigen kledingwinkel met 4 werknemers. Wat voor werk doet Joyce?

1. Leidinggevend werk
2. Uitvoerend werk

Vivian is automonteur bij een grote autogarage. Wat voor werk doet Vivian?

1. Leidinggevend werk
2. Uitvoerend werk

Ondernemingsvormen

Nu

Een samenvatting maken van de ondernemingsvormen.

ALLE informatie uit je boek verwerk je.

Zoek passende afbeeldingen.

Klaar? Herhalingslessonup rekenwerk!

Opdracht maken

Samen met je buur maak je de opdrachten

op het uitgedeelde formulier

Bespreking

Opdrachten maken

Zelfstandig ga je aan de slag met opdrachten uit je boek:

 4, 5 en 6

10, 12 en 13

Lesdoelen

- Je kunt uitleggen welke verschillende productiesectoren er zijn.

- Je kunt het begrip arbeidsverdeling uitleggen.

- Je kunt de verschillen benoemen tussen verschillende ondernemingsvormen