Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Landstede Groep
‹
Terug naar zoeken
trappen van vergelijking - vormen
Steigerungsstufen
de trappen van vergelijking
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4-6
In deze les zitten
18 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Steigerungsstufen
de trappen van vergelijking
Slide 1 - Tekstslide
3 vormen:
Stellende trap (Positiv): snel
Vergrotende trap (Komparativ): sneller
Overtreffende trap (Superlativ): snelst / het snelst
Slide 2 - Tekstslide
Basisregel in het Duits:
schnell - schnell
er
- schnell
st
schön - schön
er
- schön
st
Slide 3 - Tekstslide
Woorden met 1 lettergreep met een -a, -o of -u in de stam:
dumm - d
ü
mmer - d
ü
mmst
arm -
ä
rmer -
ä
rmst
jung - j
ü
nger - j
ü
ngst
--> Umlaut op klinker bij stap 2 en 3
Slide 4 - Tekstslide
Woorden die eindigen op -t, -d of een sisklank (ß, s, ss, x, z)
breit - breiter - breit
est
hart - härter - härt
est
süß - süßer - süß
est
kurz - kürzer - kürz
est
--> extra -e bij stap 3
Slide 5 - Tekstslide
De overtreffende trap (stap 3) kan je ook als bijwoord gebruiken
Deze foto is
het mooist
--> Dieses Foto ist
am schönsten
--> am ..... - sten
Slide 6 - Tekstslide
schnell - schneller - schnellst /
am schnellsten
schön - schöner - schönst /
am schönsten
dumm - dümmer - dümmst /
am dümmsten
arm - ärmer - ärmst /
am ärmsten
jung - jünger - jüngst /
am jüngsten
breit - breiter - breitest /
am breitesten
hart - härter - härtest /
am härtesten
süß - süßer - süßest /
am süßesten
kurz - kürzer - kürzest /
am kürzesten
Slide 7 - Tekstslide
Onregelmatige vormen:
groß - größer - größt gern - lieber - liebst
gut - besser - best oft - öfter/häufiger - häufigst
hoch - höher - höchst
nah - näher - nächst
viel - mehr - meist
wenig - weniger/minder - wenigst/mindest
bald - eher - ehest (zie handboek 36)
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Schrijf de vergrotende en overtreffende trap op van het volgende woord: schnell
timer
0:20
Slide 10 - Open vraag
Schrijf de vergrotende en overtreffende trap op van het volgende woord: dumm
timer
0:20
Slide 11 - Open vraag
Schrijf de vergrotende en overtreffende trap op van het volgende woord: wenig
timer
0:20
Slide 12 - Open vraag
Schrijf de vergrotende en overtreffende trap op van het volgende woord: kalt
timer
0:20
Slide 13 - Open vraag
Schrijf de vergrotende en overtreffende trap op van het volgende woord: alt
timer
0:20
Slide 14 - Open vraag
Schrijf de vergrotende en overtreffende trap op van het volgende woord: groß
timer
0:20
Slide 15 - Open vraag
Schrijf de overtreffende trap als bijwoord: kalt - kälter - ...
timer
0:20
Slide 16 - Open vraag
Schrijf de overtreffende trap als bijwoord: süß - süßer - ...
timer
0:20
Slide 17 - Open vraag
Stel hier een vraag over de inhoud van de trappen van vergelijking.
Slide 18 - Open vraag