Landstede Groep

Valentijnsdag

Valentijnsdag

Een terugblik op liefde en relaties,
ontdekken van de oorsprong van valentijnsdag.
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Valentijnsdag

Een terugblik op liefde en relaties,
ontdekken van de oorsprong van valentijnsdag.

Slide 1 - Tekstslide

Valentijnsdag

liefde en relaties,
ontdekken van de oorsprong van valentijnsdag.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is verliefdheid?
Elke keer als je die leuke jongen of dat leuke meisje tegenkomt, voel je het in je buik: je bent verliefd
Het stofje oxytocine stroomt dan door je lijf, wat zorgt voor dat fijne gevoel.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat voel je als je
verliefd bent?

Slide 5 - Woordweb

Verliefd op iemand anders
Het kan best lastig zijn als je wordt versierd door iemand die je niet zo leuk vindt. 
Meike vertelt in het volgende filmpje wat zij heeft meegemaakt en wat ze deed toen ze zelf verliefd was.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Wat zou jij doen als iemand op jou verliefd is, maar jij niet op hem/haar?

Slide 8 - Open vraag

Wat is Valentijnsdag?

Slide 9 - Woordweb

Op welke datum is het Valentijnsdag?

Slide 10 - Woordweb

Slide 11 - Video

Valentijnsdag
Op 14 februari is het Valentijnsdag.
Valentijnsdag is de dag van de liefde.
Op deze dag laten mensen elkaar weten dat ze elkaar leuk vinden.
Of dat ze van elkaar houden.
Ze sturen elkaar kaartjes of geven elkaar een cadeau. 

Slide 12 - Tekstslide

Priester
Lang geleden was er een priester in Italië.
Zijn naam was Valentinus
Valentinus was een goed mens en
hielp alle mensen die hulp nodig hadden. 


Slide 13 - Tekstslide

Priester
Valentijn gaf de mensen altijd een bloem als
ze hem om raad of hulp vroegen. 
Valentijn kreeg ruzie met de keizer van Italië.
De keizer stuurde de priester daarom naar de gevangenis.

Slide 14 - Tekstslide

Priester
In de gevangenis waren de meeste bewakers niet aardig tegen Valentijn.
Sommige bewakers sloegen hem zelfs. 

Slide 15 - Tekstslide

Vriend
Toch werd een van de bewakers zijn vriend.
Deze bewaker had een dochter die blind was.
Valentijn werd verliefd op haar.
Hij zorgde ervoor dat het meisje weer kon zien.
Iedereen vond dat een groot wonder.

Slide 16 - Tekstslide

Liefdesbriefje
Valentijn stierf op 14 februari, 270 jaar voor de geboorte van Jezus.
Vlak voor zijn dood schreef hij nog een liefdesbriefje aan de dochter van de bewaker.
Op het briefje stond: 'Van je Valentijn'.

Slide 17 - Tekstslide

Kaartje sturen
In Nederland wordt Valentijnsdag nog niet zo lang gevierd.
Mensen sturen op Valentijnsdag een kaartje naar iemand.
Bijvoorbeeld omdat ze verliefd zijn.

Slide 18 - Tekstslide

Anoniem
Vroeger werden valentijnskaartjes anoniem verstuurd.
De schrijver schreef dan geen naam op de kaart.
De ontvanger wist dus niet wie de kaart had verstuurd. 

Slide 19 - Tekstslide

Een quiz
Heb je goed opgelet?
Dan komen nu een aantal vragen over het verhaal. 

Slide 20 - Tekstslide

Wat was het beroep van Valentijn?
A
priester
B
timmerman
C
bakker
D
gevangenisbewaker

Slide 21 - Quizvraag

Uit welk land kwam Valentijn?
A
Amerika
B
Japan
C
Italië
D
Nederland

Slide 22 - Quizvraag

Waarom moest Valentijn naar de gevangenis?
A
Hij had wat gestolen
B
Hij kreeg ruzie met de keizer
C
Hij had een liefdesbrief geschreven
D
Hij had te hard gereden met zijn auto

Slide 23 - Quizvraag

Op wie werd Valentijn verliefd?
A
Op de dochter van de keizer
B
Op de dochter van een bewaker
C
Op de dochter van de bakker
D
Op de dochter van de smit

Slide 24 - Quizvraag

Wanneer stierf Valentijn?
A
Op 14 april
B
Op 14 maart
C
Op 14 februari
D
Op 14 september

Slide 25 - Quizvraag

Wat stond er op het briefje dat Valentijn voor zijn dood schreef?
A
'Van je Valentijn'
B
'Van je liefje'
C
'Van je snoepje'
D
'Van je vriendje'

Slide 26 - Quizvraag

Valentijnskaarten zijn vaak anoniem. Wat betekent dat?
A
Dat de afzender zijn naam er niet op schrijft.
B
Dat de afzender zijn naam er wel op schrijft.
C
Dat de afzender zijn naam mooi versierd.
D
Dat de afzender eerst vraagt of hij/ zij een kaartje mag sturen.

Slide 27 - Quizvraag

Heb je weleens een valentijnskaart naar iemand gestuurd?

Slide 28 - Woordweb

Schrijf in één zin op waar deze les over ging.

Slide 29 - Woordweb

Slide 30 - Video

Opdracht Valentijn
Wij gaan ieder een eigen kaart maken waarin je aan iedereen in de klas een compliment geeft. 
Je krijgt een vel papier. 
Je schrijft alle namen van de klas op, en zet bij iedere naam een compliment over die persoon. 

Slide 31 - Tekstslide