Landstede Groep

5.4 grammatica Bijwoord of bijvnaamwoord

Bijwoord of bijvoeglijknaamwoord
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Bijwoord of bijvoeglijknaamwoord

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
  • Je weet wat bijwoorden zijn.
  • Je kunt bijwoorden van bijvoeglijk naamwoorden onderscheiden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je nog over het
bijvoeglijk naamwoord?

Slide 3 - Woordweb

Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over een zelfstandig naamwoord. Bijvoorbeeld een kleur of andere eigenschap.
Bijwoorden
Een bijwoord lijkt op een bijvoeglijk naamwoord, maar dan zegt het iets over een werkwoord, een bijvoeglijk naamwoord of een ander bijwoord.

Bijvoorbeeld:
Dat shirt past goed.
Ik vind die jurk heel mooi.
Deze broek past ontzettend slecht.


Slide 4 - Tekstslide

Het bijwoord goed zegt wat over het werkwoord passen.

Het bijwoord heel zegt wat over het bijvoeglijk naamwoord mooi.

Het bijwoord ontzettend zegt wat over het bijwoord slecht.
Wat is het woord tussen haakjes?

Het winkelcentrum zat vol met [pauzerende] scholieren.
A
een bijvoeglijk naamwoord
B
een bijwoord

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het woord tussen haakjes?

Die man loopt [eigenaardig].
A
een bijvoeglijk naamwoord
B
een bijwoord

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het woord tussen haakjes?

Deze tijden zijn [spannend] voor onze regering.
A
een bijvoeglijk naamwoord
B
een bijwoord

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zegt het bijwoord tussen haakjes iets over?

Ik koop [bijna] nooit koekjes.
A
over een werkwoord
B
over een bijvoeglijk naamwoord
C
over een ander bijwoord

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zegt het bijwoord tussen haakjes iets over?

[Morgen] vlieg ik naar Portugal.
A
over een werkwoord
B
over een bijvoeglijk naamwoord
C
over een ander bijwoord

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zegt het bijwoord tussen haakjes iets over?

Dat vind ik een [bijzonder] mooie film.
A
over een werkwoord
B
over een bijvoeglijk naamwoord
C
over een ander bijwoord

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Link

Deze slide heeft geen instructies



Even denken

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke vragen heb je nog?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies