In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.
Voor welk publiek een tekst bedoeld is,
zie je aan:
- het onderwerp
- het taalgebruik
- de bron
- Om het DOEL van een tekst te kunnen bereiken, moet de schrijver rekening houden met zijn PUBLIEK
DOEL:
Amuseren
De schrijver wil je vermaken
DOEL:
Adviseren
De schrijver wil je raad geven
DOEL:
Activeren
De schrijver wil dat je iets WEL gaat doen
DOEL:
Waarschuwen
De schrijver wil dat je iets NIET doet
DOEL:
Overtuigen
De schrijver wil zijn mening geven
- De schrijver wil bij de lezer iets bereiken, daarom heeft een tekst een DOEL