Der Ritterroman -> z.B. Parzival - Wofram v. Eschenbach
Das Nibelungenlied (Volks- und Heldenepos)
Der Minnesang
Dichter trugen selbst ihre Dichtungen vor. Wurden oft auch gesungen.
höfische Dichtung, lässt nach als die Macht des Rittertums schwächer wird.
Gattung: Epik (die Nibelungensage) und Lyrik: Minnesang (zB. von Walter von der Vogelweide) oder .
Slide 19 - Tekstslide
Ritterliche Ideale
Treue
Tapferkeit
Höfisches Benehmen
Tiefe Frömmigkeit
Maßhalten
Slide 20 - Tekstslide
Im Minnesang ging es um die Idealisierung ...
A
der Hochzeit
B
des Ritters
C
der Frau
D
der Beziehung zwischen Mann und Frau
Slide 21 - Quizvraag
Lyrik im Lied: Minnesang
(Blüte: 1150-1300)
Liebeslieder, die von einem ritter gedichtet und einer adlichen Dame vorgetragen werden. Die Frau wird als Herrin verehrt. Der Ritter erwartet keine Gegenliebe.
Bekannteste Lyriker: Walther von der Vogelweide
Slide 22 - Tekstslide
Walther von der Vogelweide (1170-1230)
ist der berühmtesten deutsche Lyriker des Hochmittelalters.
Von Walther sind 500 Strophen in über 90 Liedern (Minnelieder) und 150 Sangsprüche überliefert.
Er schrieb das Palestinalied und thematisierte damit Kreuzzüge.
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Das Nibelungenlied
... ist ein mittelalterliches Volks- und Heldenepos.
Der heute bekannte Text wurde zu Beginn des 13. Jahrhunderts auf Mittelhochdeutsch niedergeschrieben.
Der Stoff ist jedoch bedeutend älter. Dichter ist/sind anonym.
Bürgerliche Literatur: Literatur wird vom Bürgertum selber verfasst.
Ideale: Redlichkeit, Klugheit und praktischer Sinn
Meistersang, Volkslieder (über Liebe und Gewohnheiten), Volksballaden (historisch und fabelhaft) Volksbuch, Drama und Fastnachtspiele
Der Roman -> Till Eulenspiegel
Slide 28 - Tekstslide
Das Allgemeingültige und die Idealisierung des Rittertums standen im Mittelpunkt
Literatur entstand meistens durch einen Auftrag
Kirchliche und Höfische Literatur
Mündliche Überlieferung
Er zijn uit de vroege Middeleeuwen slechts weinig ‘Duitse’ teksten overgebleven. In eerste instantie werden teksten mondeling overgeleverd, maar gelukkig zijn enkele teksten bewaard gebleven omdat ze werden opgeschreven. Schrijven kon alleen de geestelijkheid en die schreef vrijwel uitsluitend in het Latijn.
De literatuur kon hoofdzakelijk worden onderverdeeld in kerkelijke literatuur en hoofse literatuur. Terwijl de eerste de Latijnse taal gebruikte en geestelijke thema's behandelde, was de hoofse literatuur gericht op wereldlijke thema's en het ridderlijke ideaal en werd geschreven in de volkstaal.
Rond de elfde eeuw kwam het ridderwezen in Europa op. Dat veranderde ook de literatuur, waarin ridderlijke deugden als avontuur, moed, daadkracht, trouw en liefde een belangrijke rol gingen spelen. Deze literatuur wordt ‘hoofse’ literatuur genoemd. De dichters trokken langs de verschillende adellijke hoven en droegen daar hun werken voor, veelal begeleid door muziek.
Middeleeuwse literatuur ging minder over de persoonlijke ervaringen en waarnemingen van een individu, maar veel meer over het universele. Naast verhalen die de ridderlijkheid idealiseerden, waren er fictieve fabels en heldenverhalen.
Slide 29 - Sleepvraag
Aangezien in de eerste plaats het universele werd afgebeeld, moest ook de mens als zodanig worden afgebeeld. Het individu speelde geen rol, waarbij vooral werd teruggegrepen op traditioneel geijkte thema's en vormen.
De meeste verhalen gingen over de strijd van goed tegen kwaad. Zij speelden meestal met de karakters van de held (de beste), de dames (de mooiste) en de schurken (de slechtste). Er was een voorkeur voor clichés en traditionele personages.
Vooral poëzie was populair in de Middeleeuwen en dus werden de werken geschreven in dichtvorm en op rijm. Op deze manier konden de verhalen van de Minnesang gemakkelijk worden onthouden en voorgedragen. Pas tegen het einde van het tijdperk, toen de literatuur steeds meer werd beïnvloed door de opkomende bourgeoisie en de cultuur van de steden, alsmede door de opkomende universiteiten, werden steeds meer werken in prozavorm geschreven.
Het is de oudste liefdespoëzie in het West-Europese taalgebied en vond zijn hoogtepunt in de Middeleeuwen. Het gaat over hoofse liefde en de liefdesverklaring van een ridder of minnezanger aan een adellijke dame. Het was het instrument om het ridderlijke ideaal te verbeelden.
Keine Individualität
Kampf von Gut und Böse
Dichtung und Prosa
Minnesang
Slide 30 - Sleepvraag
Wanneer werd de boekdrukkunst uitgevonden?
A
rond 850
B
rond 1150
C
rond 1450
D
rond 1650
Slide 31 - Quizvraag
Waarom waren geestelijken zo belangrijk voor de middeleeuwse literatuur?
A
Zij bepaalden welke boeken er werden geschreven.
B
Zij waren de enigen die konden lezen, schrijven en onderwijs geven.
C
Alleen zij hadden geld voor het uitgeven van boeken.