Landstede Groep

Hoofdstuk 9 - Bindingsvraagstuk: Veiligheid en criminaliteit | HAVO

Hoofdstuk 9
Bindingsvraagstuk: veiligheid en criminaliteit
1 / 84
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 84 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 150 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 9
Bindingsvraagstuk: veiligheid en criminaliteit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nog vragen over deze leerdoelen?
Wat heb ik het vorige hoofdstuk geleerd?
  • wat verhouding en sociale ongelijkheid inhoudt
  • hoe sociale ongelijkheid ontstaat
  • wat de gevolgen zijn van sociale ongelijkheid
  • hoe sociale ongelijkheid wordt bestreden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide


Startpunt van discussie, met in de volgende slide de vervolgvraag hoe leerlingen de veiligheid bij hun op school ervaren. 
Hoe ervaar jij de veiligheid op school?
En hoe zorgt jouw school voor een veilige omgeving?
Hoe ervaar jij de veiligheid op school?
En hoe zorgt jouw school voor een veilige omgeving?

Slide 4 - Woordweb

De vraag kan als stelling worden gebruikt voor een debat in de klas. Misschien kunnen de leerlingen ook aanbevelingen doen voor de school.
Wat leer ik dit hoofdstuk?
  • hoe ik veiligheid kan bestuderen
  • welke dilemma's komen kijken bij het meten en bestrijden van onveiligheid
  • wat de definitie en oorzaken van criminaliteit zijn
  • de gevolgen van criminaliteit
  • welke invloed en rol media spelen bij criminaliteit
  • de ontwikkelingen in de aanpak van criminaliteit door de overheid
Ik leer...

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§9.1 Veiligheid bestuderen

Slide 6 - Tekstslide

Pagina 165
Waar denk je aan bij veiligheid?
Waar denk jij aan bij veiligheid?

Slide 7 - Woordweb

Veiligheid gaat niet alleen over fysiek geweld, oorlog of bedreiging, maar ook over veilig opgroeien of sexting.
Veiligheid als maatschappelijk vraagstuk
  • Veiligheid gaat niet alleen om criminaliteit, maar ook om bijvoorbeeld natuurrampen, veilige thuissituaties en een pandemie.
  • Er zijn verschillende sociale en politieke instituties om te zorgen dat we veilig en gezond kunnen leven. 
 

Slide 8 - Tekstslide

p. 166
Voor een veilige samenleving zijn we afhankelijk van elkaar, daarom is het een bindingsvraagstuk.
Veiligheid als politiek vraagstuk
  • Veiligheid is ook een politiek vraagstuk: veel mensen vinden dat de overheid actie moet ondernemen om de veiligheid te vergroten.
  • De handhaving van orde is een van de basisfuncties van de staat.

 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Video

Deze slide heeft geen instructies



Het streven naar veiligheid, kan het inperken van vrijheid beperken. Wat is belangrijker voor jou?
Het streven naar veiligheid, kan het inperken van vrijheid beperken. Wat is belangrijker voor jou?
Vrijheid
Veiligheid

Slide 11 - Poll

Bespreek in de klas waar de grens ligt. Het lesboek gebruikt op pagina 162/163 de coronamelderapp als voorbeeld.
Veiligheidsutopie
  • Het bieden van veiligheid is een basisfunctie van de overheid.
  • Een veiligheidsutopie is de onbereikbare wens voor optimale individuele vrijheid en tegelijkertijd het willen garanderen van de collectieve veiligheid. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Veiligheidsutopie
Waar houdt de bescherming van de staat op? Discussieer over de volgende stellingen: 
"De staat moet ons beschermen tegen ongezonde producten zoals sigaretten en alcohol"
"De staat moet ons beschermen tegen klimaatverandering"

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"De staat moet ons beschermen tegen ongezonde producten zoals sigaretten en alcohol"
"De staat moet ons beschermen tegen ongezonde producten zoals sigaretten en alcohol"
Voor
Tegen

Slide 14 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

"De staat moet ons beschermen tegen ongezonde producten zoals sigaretten en alcohol"
"De staat moet ons beschermen tegen klimaatverandering"
Voor
Tegen

Slide 15 - Poll

Deze slide heeft geen instructies



In welk metrostation voel jij je veiliger?
In welk metrostation voel jij je veiliger?

Slide 16 - Poll

Veiligheidsdilemma met een link naar subjectieve veiligheid

Bescherming en het zien van mensen in uniform met wapens kan ik ook de vraag oproepen 'gaat hier mogelijk iets onveiligs gebeuren?'
Subjectief of objectief?
Er zijn twee soorten veiligheid: 

Objectieve veiligheid: feitelijke aantal misdrijven en ongevallen en feitelijke kans op rampen en risico’s van ongevallen
Subjectieve veiligheid: gevoelens en de beleving van onveiligheid. Dit kan reële gevolgen hebben voor de sociale cohesie of het gezag van de overheid. 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedreigingen voor de veiligheid worden in drie categorieën onderverdeeld. Sleep het plaatje naar de juiste categorie (blz. 168).
Bedreiging van technologische aard
Bedreiging van natuurlijke aard
Bedreiging van sociale aard

Slide 18 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rationalisering
Een verklaring voor de afname van natuurlijke en de toename van technologische bedreigingen

Slide 19 - Tekstslide

Het proces van ordenen en systematiseren van de werkelijkheid met de bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken en
het proces van het doelgericht inzetten van middelen om zo efficiënt en effectief mogelijk resultaten te bereiken.

Slide 20 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Pas het begrip toe op dit filmpje, welke bedreigingen brengt deze technologische innovatie met zich mee?
Pas het begrip toe op dit filmpje; welke bedreigingen brengt deze technologische innovatie met zich mee?

Slide 21 - Open vraag

Terugkoppeling naar dilemma veiligheid-privacy

Leg het begrip rationalisering uit aan de hand van de uitvinding van de auto.

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Globalisering en veiligheid
  • Globalisering is het proces van uitbreiding en intensivering van contacten en afhankelijkheden over zeer grote afstanden en over landsgrenzen heen. 
  • Bijvoorbeeld: samenwerking Europol en Interpol

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Institutionalisering en veiligheid
  • Institutionalisering is bedoeld om gedrag te reguleren (en zo ook meer voorspelbaar te maken).
  • Regels vanuit de overheid -> gedragsverandering.
  • De keerzijde is dat er steeds meer systemen zijn die kwetsbaar zijn voor bedreigingen.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leg de bedreiging die institutionalisering kan opleveren uit aan de hand van de coronacrisis.
Leg de bedreiging die institutionalisering kan opleveren uit aan de hand van de coronacrisis.

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Risicomaatschappij volgens Ulrich Beck
  • In risicomaatschappij is het onduidelijk wie er verantwoordelijk is voor de risico’s en de aanpak van bedreigingen.
  • Bijvoorbeeld: wie is er verantwoordelijk voor de opwarming van de aarde?  
  • Deze onduidelijkheid kan zorgen voor conflicten en daling van gezag van de overheid.


Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"De staat moet ons beschermen tegen ongezonde producten zoals sigaretten en alcohol"
"De staat moet ons beschermen tegen alle mensen die een grote kans op crimineel gedrag hebben"
Voor
Tegen

Slide 27 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

§9.2 Hoe onveiligheid en criminaliteit ontstaan

Slide 28 - Tekstslide

Pagina 171
Criminaliteit
  • Criminaliteit is gedrag dat door de overheid wettelijk strafbaar is gesteld. 
  • Criminaliteit is relatief: het is afhankelijk per plaats en tijd.
  • Sociale controle is belangrijk voor de binding in de samenleving en kan zorgen voor het voorkomen van crimineel gedrag. 



Slide 29 - Tekstslide

Relatief: Wiet roken op straat, vreemdgaan, pesten?
Criminologische theorieën
  1. Gelegenheidstheorie
  2. Rationele keuzetheorie
  3. Anomietheorie
  4. Etiketteringstheorie 

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gelegenheidstheorie en rationele keuze theorie
Rationele keuzetheorie = een kosten-batenafweging maken voor gedrag. Wat levert het mij op, en wat kost het mij?
Gelegenheidstheorie = kosten-batenafweging plus de omstandigheden van de dader (zie volgende dia).

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gelegenheidstheorie
Het niveau van de criminaliteit wordt bepaald door de aanwezigheid van potentiële daders, de aanwezigheid van  geschikte doelwitten en de afwezigheid van voldoende sociale bewaking.

Slide 32 - Tekstslide


p.173
Bindingstheorie
Sterke verbinding met een (sociale) groep remt de neiging tot crimineel gedrag. De remming wordt verklaard door de kans op verlies van de bindingen.
Deze theorie sluit aan bij het belang van formele en informele sociale controle

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Anomietheorie
Criminaliteit kan worden beïnvloed door omgevingsfactoren (nurture). De sociale druk om algemeen aanvaarde doelen te bereiken leidt ertoe dat mensen de wetten kunnen gaan overtreden.

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Etiketteringstheorie
Iemand gaat zich gedragen naar het etiket dat op een groep wordt geplakt, waartoe deze persoon behoort of zich identificeert.
Voorbeeld: door racisme worden in Amerika zwarte Amerikanen sneller als crimineel gezien dan witte Amerikanen -> minder kansen/kapitaal --> vaker crimineel gedrag -> maakt namelijk toch niet uit hoe ze zich gedragen

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij welke theorie is sociale ongelijkheid een oorzaak van criminaliteit?
Bij welke theorie is sociale ongelijkheid een oorzaak van criminaliteit?
A
Gelegenheidstheorie
B
Anomietheorie
C
Bindingstheorie
D
Rationele keuzetheorie

Slide 36 - Quizvraag

Anomietheorie: criminaliteit kan worden beïnvloedt door omgevingsfactoren. De sociale druk om doelen te bereiken leidt ertoe dat mensen de wetten kunnen gaan overtreden. 
De sociale structuur van de maatschappij werkt crimineel gedrag in de hand.
Maatschappelijke veranderingen
  • Individualisering zorgt voor minder sociale controle en traditionele sociale bindingen.
  • Ook is er sprake van informalisering: verhoudingen tussen mensen worden minder hiërarchisch, formeel (bv. "Raak me niet aan!")
 

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zou een gevolg van de informaliteit kunnen zijn?
Wat zou een gevolg van de informaliteit kunnen zijn?

Slide 38 - Open vraag

Antwoord in filmpje volgende slide

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Maatschappelijke veranderingen
Verschillende factoren zorgen voor de bevordering van criminaliteit:
  • Minder sociale cohesie
  • Meer groepsvorming en integratie in ‘criminele (jeugd)groepen’
  • Meer losse gezagsverhoudingen
  • Meer ongelijkheid

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

§9.3 Gevolgen van onveiligheid en criminaliteit

Slide 41 - Tekstslide

Pagina 176

Materiële en immateriële schade
We onderscheiden twee soorten gevolgen van criminaliteit:
  • Materiële gevolgen: schade en het verlies van bezittingen
  • Immateriële gevolgen: gevoel en beleving van slachtoffers, zoals trauma en reputatieschade.

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen voor slachtoffers
  • Slachtoffers bestaan uit nabestaanden, getuigen en betrokkenen. Via Slachtofferhulp kunnen zij praktische, juridische en psychologische hulp krijgen. 
  • Directe slachtoffers kunnen allerlei emoties ervaren zoals angst, verdriet, boosheid, etc.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen voor de samenleving
  • Stereotypering, dit kan leiden tot etnisch profileren.
  • De samenleving ontwrichten. Bijvoorbeeld het bedreigen van de rechtsstaat.
  • Foute rolmodellen: criminele socialisatie.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Gevolgen voor verdachten en daders
  • Emotionele schade en reputatieschade bij (on)juiste beschuldiging
  • Somberheid door vrijheidsbeperking
  • Relaties met sociale contacten kunnen worden geschaad 

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Straffen
De straf die wordt opgelegd na een strafbaar feit heeft verschillende doelen.
  1. Vergelding 
  2. Afschrikking
  3. Speciale preventie - "een ernstige waarschuwing" 
  4. Resocialisatie - "heropvoeden" 
  5. Bescherming van de samenleving

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

"Oog om oog, tand om tand"

Bij welk doel van straf hoort deze uitspraak?
"Oog om oog, tand om tand"

Bij welk doel van straf hoort deze uitspraak?
A
Vergelding
B
Afschrikking
C
Speciale preventie
D
Bescherming van de samenleving

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Rol van de media
  • Media spelen een rol in onze beeldvorming over veiligheid.
  • Meervoudige berichten over een onderwerp, kunnen een perceptie van onveiligheid creëren.
  • Beeldvorming kan invloed hebben op de kloof tussen objectieve en subjectieve veiligheid.

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rol van de media
Er zijn verschillende hypothesen over de rol van de media in de beeldvorming over criminaliteit:
 
  • Cultivatiehypothese: het beeld van de werkelijkheid wordt beïnvloedt als mensen veel over een onderwerp kijken of lezen.

  • Opinieleidershypothese: mensen nemen normen, waarden en gedragingen over van invloedrijke personen, opinieleiders.

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rol van de media
  • Mediaframing hypothese: mediamakers kiezen altijd voor een bepaalde invalshoek

  • Selectiviteitshypothese: het idee dat mensen graag nieuws lezen of kijken dat hun mening bevestigt (selectieve keuze) en uit berichten datgene oppikken dat aansluit bij hun referentiekader (selectieve perceptie)

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Welke rol zou de media kunnen spelen in deze casus?
Welke rol zou de media kunnen spelen in deze casus?
A
Mediaframing hypothese
B
Selectiviteitshypothese
C
Opinieleiders hypothese
D
Cultivatiehypothese

Slide 52 - Quizvraag



Bron:
https://nos.nl/artikel/2417215-lil-kleine-in-amsterdam-gearresteerd-na-mishandeling-vriendin

Slide 53 - Link

Medialogic maakt goede uitzendingen over beeldvorming. Deze aflevering gaat over onze percepties van 'een aanslag'. Kijktip!
Meten van criminaliteit
  • Het meten van criminaliteit is lastig, doordat daders ongezien willen blijven. 
  • Om criminaliteit te meten, kijken we onder andere naar politie- en rechtbank statistieken.
  • Het nadeel hiervan is dat rechtbankstatistieken alleen veroordelingen in kaart brengen. Daarnaast worden veroordelingen en rechters beïnvloedt door maatschappelijke processen.

Slide 54 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Wat voor maatschappelijke processen kunnen het aantal veroordelingen door rechters beïnvloeden?
Wat voor maatschappelijke processen kunnen het aantal veroordelingen door rechters beïnvloeden?

Slide 55 - Open vraag

"veroordelingen door rechters worden beïnvloed door maatschappelijke processen, zoals de hoeveelheid geld dat beschikbaar is voor rechtszaken, het aantal beschikbare rechters en de maatschappelijke wens om nadruk te leggen op bepaalde specifieke misdrijven."

Slide 56 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Politiestatistieken
Politiestatistieken zijn afhankelijk van aangiftebereidheid.
Dit is afhankelijk van verschillende factoren:
  • Type delict, bijvoorbeeld inbraak versus huiselijk geweld
  • Vertrouwen dat slachtoffers hebben in politie en justitie, bijvoorbeeld bij fietsendiefstal wordt weinig aangifte gedaan.

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfrapportage
Criminaliteit kan ook in beeld worden gebracht door onderzoeken die gebruiken maken van zelfreportages. Er zijn twee vormen van zelfrapportage: 
  1. Slachtoffers: slachtoffers wordt gevraagd wanneer en hoe ze slachtoffer waren.
  2. Misdrijven: wanneer en welk type misdrijf ze als dader gepleegd hebben (anoniem).

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Wat zijn nadelen van de onderzoeksmethode 'zelfrapportage'?
Wat zijn nadelen van de onderzoeksmethode 'zelfrapportage'?

Slide 59 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

§9.4 Onveiligheid en criminaliteit bestrijden

Slide 60 - Tekstslide

pagina 182
Twee scholen van mensbeelden
Er zijn twee scholen binnen de criminologie met verschillende visies over de verklaringen van criminaliteit: 
Klassieke school
  • De mens is een rationeel wezen, criminaliteit een rationele keuze
  • Criminaliteit heeft te maken met afwegen van kosten en baten
Moderne school
  • De mens is onvrij in zijn denken en handelen
  • Beslissingen zijn nooit helemaal rationeel
  • Rekening houden met nature en nurture-factoren

Slide 61 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Past jouw visie op straffen en criminaliteit meer bij de klassieke school of bij de moderne school?
Past jouw visie op straffen en criminaliteit meer bij de klassieke school of bij de moderne school?
Klassieke school
Moderne school

Slide 62 - Poll

Vraag de leerlingen naar hun keuze. Dat is een goed moment om de verschillen tussen de twee scholen nog duidelijker op een rij te krijgen.
Twee scholen van mensbeelden
Klassieke school
Daadrecht
alle daders van een vergelijkbaar vergrijp moeten dezelfde straf krijgen.
Afschrikking en vergelding zijn belangrijke hoofddoelen
Moderne school
Daderrecht
de omstandigheden en de context van de dader en het delict worden meegenomen in het afwegen van de straf.

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 64 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Straffen
In Nederland is het strafrecht een combinatie van de klassieke en moderne school. Er is per vergrijp enerzijds een vastgelegde straf, anderzijds wordt de context van het vergrijp en de gevolgen voor de dader meegenomen in het bepalen van de straf.

Slide 65 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overheidsbeleid
  • De overheid heeft een tweesporenbeleid ontwikkeld om criminaliteit en onveiligheid te bestrijden.
  • Daarin worden preventie en repressie gecombineerd.
  • Het beleid bestaat uit drie strategieën

Slide 66 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tweesporenbeleid
Repressie
Preventie
Ondersteuning en hulpverlening
Beperken van de gelegenheid
Rechtshandhaving

Slide 67 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Overheidsbeleid - preventie
Gericht op het voorkomen van criminaliteit door:
  • Ondersteuning en hulpverlening: 'risicogroepen' worden ondersteund om te voorkomen dat zij het foute pad op gaan.
  • Beperken van gelegenheid tot criminaliteit: bouwt voort op de gelegenheidstheorie. Bijvoorbeeld door extra politie-inzet.
Het volgende filmpje is het tegenovergestelde van preventie

Slide 68 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 69 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dilemma van de rechtsstaat
Rechtshandhaving
orde & veiligheid
Rechtsbescherming
beschermen van vrijheid

Slide 70 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 71 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Ideologieën - socialisme/sociaaldemocraten
  • Maatschappelijke omstandigheden zoals armoede zijn oorzaken van criminaliteit.
  • Nadruk op rechtsbescherming.
  • Stimuleren van gelijke rechten en kansen op macht, bezit en status. Preventie!
  • Criminaliteit moet sterk worden bestreden door overheid en scholen.
  • Europese aanpak is van belang.

Slide 72 - Tekstslide

***

Ideologieën - liberalisme
  • Persoonlijke vrijheid en eigen verantwoordelijkheid (om je aan de wetten te houden) als hoogste waarden.
  • Mensen zijn rationele wezens en kiest zelf wat het beste is. 
  • Focus op rechtshandhaving en het verdedigen van de democratische rechtsorde met juiste juridische grenzen en straffen.

Slide 73 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ideologieën - confessionelen
  • Het gezin, school en het maatschappelijk middenveld zijn belangrijke socialisatoren voor de preventie van criminaliteit.
  • Normen en waarden zijn belangrijk en het ondersteunen van gezinnen die het moeilijk hebben. 
  • De wet handhaven en rechtvaardigheid nastreven past bij de religieuze waarde van confessionele partijen

Slide 74 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 75 - Video

Deze slide heeft geen instructies




Welke stroming herken je in de tekst van Mark Rutte?
Welke stroming herken je in de tekst van Mark Rutte?
A
Socialisme
B
Liberalisme
C
Confessionalisme

Slide 76 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies



Door welke woorden of aspecten kwam je op je antwoord?
Door welke woorden of aspecten kwam je op je antwoord?

Slide 77 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Ontwikkelingen veiligheidsbeleid
  • Integraal veiligheidsbeleid: samenhangende aanpak van politie, justitie, overheidsinstellingen, maatschappelijke organisaties en het bedrijfsleven om criminaliteit te bestrijden.
  • Veiligheidsbeleid is ook afhankelijk van het kabinet.
  • Er is steeds meer aandacht voor de slachtoffers van criminaliteit

Slide 78 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 79 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 80 - Link

Deze slide heeft geen instructies



Wat heb je geleerd deze les?
Wat heb je geleerd deze les?

Slide 81 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies



Wat vind je nog lastig?*
Wat vind je nog lastig?

Slide 82 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat leerde ik dit hoofdstuk?
Leerdoelen
  • hoe ik veiligheid kan bestuderen
  • welke dilemma's komen kijken bij het meten en bestrijden van onveiligheid
  • wat de definitie en oorzaken van criminaliteit zijn
  • de gevolgen van criminaliteit
  • welke invloed en rol media spelen bij criminaliteit
  • de ontwikkelingen in de aanpak van criminaliteit door de overheid

Slide 83 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Einde van hoofdstuk 9
Bindingsvraagstuk: veiligheid

Slide 84 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies