Landstede Groep
‹Terug naar zoeken

8.3 Tabellen

8.3 Tabellen
leerdoel: je kunt interpoleren en extrapoleren binnen een tabel
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

8.3 Tabellen
leerdoel: je kunt interpoleren en extrapoleren binnen een tabel

Slide 1 - Tekstslide

Gaat het in de tabel om lineaire groei of exponentiële groei?
t
0
1
2
3
N
55
65
77
91
Lineair
Exponentieel

Slide 2 - Poll

Gaat het in de tabel om lineaire groei of exponentiële groei?
t
0
1
2
3
N
55
65
77
91
​55​​65​​≈1,18,​65​​77​​≈1,18,​77​​91​​≈1,18

Slide 3 - Tekstslide

Lineaire groei
Exponentiële groei
Per tijdseenheid neemt de hoeveelheid met hetzelfde getal toe.
Per tijdseenheid wordt de hoeveelheid met hetzelfde getal vermenigvuldigd.

Slide 4 - Sleepvraag

Interpoleren en extrapoleren
Inter = tussen
extra = buiten

Slide 5 - Tekstslide

Geef door interpoleren een schatting van de hoeveelheid frisdrank die de Nederlander in 1998 gemiddeld dronk.





jaar
1980
1985
1990
1995
2002
2010
aantal liters
58
58
71
81
94
103

Slide 6 - Tekstslide

Geef door interpoleren een schatting van de hoeveelheid frisdrank die de Nederlander in 1998 gemiddeld dronk.




Aflezen 1995 - 81 liter
               2002 - 94 liter
Dat is 94 - 81 = 13 liter meer in 7 jaar tijd.
In één jaar is dat

jaar
1980
1985
1990
1995
2002
2010
aantal liters
58
58
71
81
94
103
​7​​13​​

Slide 7 - Tekstslide

Geef door interpoleren een schatting van de hoeveelheid frisdrank die de Nederlander in 1998 gemiddeld dronk.




Aflezen 1995 - 81 liter
               2002 - 94 liter
Dat is 94 - 81 = 13 liter meer in 7 jaar tijd.
In één jaar is dat
1998 is 3 jaar na 1995,                                        liter
jaar
1980
1985
1990
1995
2002
2010
aantal liters
58
58
71
81
94
103
​7​​13​​
81+3⋅​7​​13​​≈87

Slide 8 - Tekstslide

Geef door extrapoleren een schatting van de hoeveelheid frisdrank die de Nederlander in 2020 gemiddeld dronk.
jaar
1980
1985
1990
1995
2002
2010
aantal liters
58
58
71
81
94
103
A
112
B
113
C
114
D
115

Slide 9 - Quizvraag

Geef door extrapoleren een schatting van de hoeveelheid frisdrank die de Nederlander in 2020 gemiddeld dronk.




Aflezen 2002 - 94
               2010 - 103
Dat is 103 - 94 = 9 liter meer in 8 jaar tijd.
In één jaar is dat 
2020 is 10 jaar na 2010,                                          liter
jaar
1980
1985
1990
1995
2002
2010
aantal liters
58
58
71
81
94
103
​8​​9​​
103+10⋅​8​​9​​≈114

Slide 10 - Tekstslide

Interpoleren en extrapoleren

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Nu zelf aan de slag!
  • Aan de slag met opgaven 32 t/m 36
  • Klaar? leren/oefenen voor de toets:
    Je kunt oefenen in de herhaling, online oefentoets, D-toets, en gemengde opgaven
timer
15:00

Slide 13 - Tekstslide