Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Landstede Groep
‹
Terug naar zoeken
2.2 Stroom en spanning deel 1 (Stroom en Lading)
2.2 - Stroom en spanning
Nodig: boek, schrift, rekenmachine
1 / 18
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Natuurkunde
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
18 slides
, met
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
2.2 - Stroom en spanning
Nodig: boek, schrift, rekenmachine
Slide 1 - Tekstslide
Na deze les kun je :
Uitleggen wat statische elektriciteit is.
Wat lading is m.b.t. tot de bouw van een atoom
Wat is elementaire lading
Elektrische stroom
Spanning
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Statische elektriciteit
Als twee voorwerpen over elkaar wrijven wordt een voorwerp
elektrisch geladen
, het voorwerp is
statisch
Het voorwerp trekt andere voorwerpen aan.
Er kunnen vonkjes overspringen. Die kun je horen (als geknetter) en zien / voelen.
Slide 4 - Tekstslide
2 soorten lading
Materie, opgebouwd uit atomen: positieve (+) en negatieve (-) lading
Neutraal voorwerp: evenveel + als - lading
Neutron
Kern
Niet geladen
Kan niet verplaatsen
Proton
Kern
Positief geladen
Kan niet verplaatsen
Elektron
Negatief geladen
Kan verplaatsen
Slide 5 - Tekstslide
Elektronen
Geladen voorwerp krijg je door bijvoorbeeld met een doek of ballon te wrijven.
Door wrijving springen elektronen (deze zitten in de schil) over.
Protonen bewegen niet in een vaste stof.
Slide 6 - Tekstslide
Elektroscoop
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Lading en stroomsterkte
Q = lading [C]
I = stroomsterkte [A]
t = tijd [s]
stroomsterkte (I)
= hoeveelheid lading die in een bepaalde tijd door de schakeling stroomt.
De ampère [A] = coulomb per seconde [C/s].
Q
=
I
⋅
t
I
=
t
Q
Slide 11 - Tekstslide
Lading [Coulomb]
Eén elektron heeft een negatieve lading van:
zie BINAS T7
( elementaire lading )
De lading van een elektron is dus erg klein. Met een verhoudingstabel kunnen we uitrekenen hoeveel elektronen samen één coulomb aan lading vormen:
e
=
−
1
,
6
0
2
⋅
1
0
−
1
9
C
???????????
Slide 12 - Tekstslide
Lading [Coulomb]
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Hoeveel elektronen passeren er per minuut als je een stroom van 0,25A meet? Bereken eerst de totale lading met Q = I x t
gegeven:
I = 0,25A de lading van 1 elektron is Q = 1,6 x 10
-19
C
formule:
Q = I x t
Slide 16 - Tekstslide
Hoeveel elektronen passeren er per minuut als je een stroom van 0,25A meet?
Bereken eerst de totale lading met
Q = I * t
gegeven:
I = 0,25A
de lading van 1 elektron
is e = 1,6 x 10
-19
C
formule:
Q = I * t
Q=0,25*60 = 15 C
15/ (1,6*10
-19
) = 9,4**10
19
elektronen
Slide 17 - Tekstslide
Opdrachten van 2.2
Maak 8 t/m 10 + 13 + 14 + 16 + 19 + 22
Slide 18 - Tekstslide