Antwoorden - toepassingsvragen - paragraaf 8.1 Democratie
10 a De derde dinsdag van september. Het parlementair jaar wordt geopend. De koning leest in de Ridderzaal de Troonrede voor.
b Ze zijn aanwezig. Ze rijden in een koets. Aan het eind gaan ze op het balkon staan bij Paleis Noordeinde, waar ze worden toegezwaaid door vele mensen.
c Het is voor iedereen al duidelijk wie de nieuwe koning of koningin wordt.
11 a 5,6 miljoen euro, maar in feite 0,9 miljoen.
b Het feitelijk inkomen is wat de Koning verdient. Kosten in begrotingen zijn de onkosten die de diverse departementen maken voor het Koningshuis.
c Eigen mening.
d Bijvoorbeeld: Nee, want een president moet ook betaald worden.
12 Willem-Alexander wordt afgebeeld met het kapsel van zijn moeder. Hij is de opvolger van Beatrix.
13 a Voorlezen van de troonrede.
b Ze is teleurgesteld en vindt blijkbaar sommige dingen niet goed (een beetje dom).
14 Macron.
15 a Dat ze slecht functioneert. Je trekt je blijkbaar niks meer aan van de mening van de kiezers. b Door bij nieuwe verkiezingen niet meer op ze te stemmen.