Cultuur, Identiteit en Migratie in Nederland

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Cultuur, Identiteit en Migratie in Nederland

Leerdoelen

- Pluriforme samenleving
- Dominante en subculturen
- Culturele diversiteit
- Nature-nurturedebat
- Proces van socialisatie
- Persoonlijke en sociale identiteit
- Motieven voor migratie
- Migrantenstromen en -groepen
- Individualisering, globalisering en emancipatie

Een pluriforme samenleving betekent dat in de samenleving...

1. iedereen anders is maar toch gelijkwaardig
2. tegengestelde groepen zijn gevormd
3. op bepaalde kenmerken groepen zijn te onderscheiden
4. er geen integratie plaatsvindt

Er zijn drie uiteenlopende reacties op veranderingen die migratie met zich meebrengt. Welke drie? Antwoord zo: ..., ... en ...

Wat is GEEN functie van segregatie op de korte termijn?

1. Vermindert conflicten tussen bevolkingsgroepen
2. Het is makkelijker om je eigen levensstijl te houden
3. Sociale controle binnen eigen groep is makkelijker
4. Er ontstaat een integratieparadox

"Mannen horen achter het fornuis!" Hier is sprake van

1. Feminine cultuur (dimensie Hofstede)
2. Collectivistische cultuur (dimensie Hofstede)
3. Dominante cultuur
4. Masculiene cultuur (dimensie Hofstede)

Jouw stem voor de Tweede Kamerverkiezingen uitbrengen hoort bij

1. Juridisch burgerschap
2. Maatschappelijk burgerschap
3. A en B zijn juist
4. A en B zijn beide onjuist

Dominante en Subculturen

De dominante cultuur is de cultuur die het meest wordt geaccepteerd en gepraktiseerd in de samenleving. Subculturen zijn groepen mensen met hun eigen cultuur die afwijken van de dominante cultuur.

Wat is een voorbeeld van een cultuurkenmerk?

1. Feestdagen
2. Taal
3. Kledingstijl
4. Alle antwoorden zijn goed

Een Nederlandse vrouw verhuist naar Italië om daar te trouwen met haar Italiaanse vriendin. Wat is haar migratiemotief?

1. Vooral een economisch motief
2. Vooral een politiek motief
3. vooral een sociaal motief
4. Vooral een voorbeeldmotief

Je fietst automatisch aan de rechterkant van de weg. Welke functie van cultuur hoort hier vooral bij?

1. Gedragsregulatie
2. Gemeenschappelijk referentiekader
3. Socialisatiefunctie
4. Ruimte voor subculturen geven

Welke factor hoort niet bij de 6 waaruit culturele diversiteit bestaat?

1. Woonplaats
2. Geloof
3. Gender
4. Werk

Een 16-jarige, Overijsselse voetballer met een Turkse achtergrond. Welke subcultuur herken je hier?

1. Jongeren
2. Voetballers
3. Turkse achtergrond
4. Overijssels

"De overheid moet een maximum-inkomen voor topvoetballers invoeren." Deze uitspraak past bij

1. Confessionalisme
2. Socialisme
3. Liberalisme
4. Ecologisme

Iemand hoopt dat er geen mensen met buitenlandse wortels naast hem komen wonen. Hier is vooral sprake van

1. Discriminatie
2. Assimilatie
3. Xenofobie
4. Tolerantie

"In Nederland kan iedereen die dat wil studeren." Deze uitspraak duidt op

1. Een gesloten samenleving
2. Hokjesdenken
3. Disccriminatie
4. Sociale mobiliteit

Wanneer een jonge man met donkere huidskleur in een hele dure auto wordt aangehouden is vooral sprake van

1. Institutioneel racisme
2. Cultuurrelativisme
3. Emancipatie
4. Seculiere samenleving

Hoe noem je het als je als jongen op meisjes valt

1. Cisgender
2. Homoseksueel
3. Heteroseksueel
4. aseksueel

Hoe noem je het wanneer je met mannelijke geslachtskenmerken geboren bent, en je voelt je vrouw?

1. Transgender
2. Non binair
3. Panseksueel
4. Een tegencultuur

Culturele Diversiteit

Culturele diversiteit verwijst naar de verschillende aspecten van een cultuur, zoals taal, gebruiken, religie en waarden.

Nature-Nurturedebat

Het nature-nurturedebat gaat over de vraag of onze persoonlijkheid wordt bepaald door onze genen (nature) of door onze omgeving en opvoeding (nurture).

Proces van Socialisatie

Socialisatie is het proces waarbij we leren hoe we ons moeten gedragen volgens de normen en waarden van onze samenleving. Dit gebeurt door imitatie, informatie, socialiserende instituties, sociale controle, sancties en internalisatie.

Persoonlijke en Sociale Identiteit

Persoonlijke identiteit gaat over wie we zijn als individu, terwijl sociale identiteit verwijst naar onze groepsidentiteit, zoals onze culturele, etnische of nationale identiteit.

Motieven voor Migratie

De drie belangrijkste motieven voor migratie zijn economische redenen, politieke redenen en sociale redenen.

Migrantenstromen en -groepen

Migrantenstromen en -groepen verwijzen naar de verschillende groepen migranten die naar Nederland zijn gekomen. Deze groepen hebben verschillende motieven en kansen in het restrictieve toelatingsbeleid van Nederland.

Individualisering, Globalisering en Emancipatie

Individualisering verwijst naar de groeiende nadruk op individuele vrijheid en keuze. Globalisering verwijst naar de toename van internationale contacten en het samensmelten van culturen. Emancipatie verwijst naar de strijd voor gelijke rechten en kansen voor minderheden.

Relatieve en Dynamische Culturen

Culturen zijn relatief en dynamisch, wat betekent dat ze veranderen en zich aanpassen aan de omgeving en de tijd.

Verschillende Perspectieven

Het is belangrijk om verschillende perspectieven te begrijpen en te respecteren, vooral in een pluriforme samenleving zoals Nederland.

Samenvatting

We hebben geleerd over de Nederlandse pluriforme samenleving, dominante en subculturen, culturele diversiteit, nature-nurturedebat, proces van socialisatie, persoonlijke en sociale identiteit, motieven voor migratie, migrantenstromen en -groepen, individualisering, globalisering en emancipatie, en relatieve en dynamische culturen.

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.