LMC Voortgezet Onderwijs

Chapitre 5

Chapitre 5. Entre copains
Wat gaan we doen? Qu'est ce que on fait?
1. Woordenweb maken--> Wat ga je leren?
2. Woorden Bron A en B leren. 42.
3. Fais  l'exercices, page. 12 en 13. 
4. Les devoirs--> apprends les mots A et B
1 / 56
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 56 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Chapitre 5. Entre copains
Wat gaan we doen? Qu'est ce que on fait?
1. Woordenweb maken--> Wat ga je leren?
2. Woorden Bron A en B leren. 42.
3. Fais  l'exercices, page. 12 en 13. 
4. Les devoirs--> apprends les mots A et B

Slide 1 - Tekstslide

Wat ga je leren in Chapitre 5?
Livre B. page. 8 Typ je antwoorden.

Slide 2 - Woordweb

praten
A
parler
B
passer
C
manger
D
rigoler

Slide 3 - Quizvraag

doorbrengen
A
rigoler
B
parler
C
passer
D
aimer

Slide 4 - Quizvraag

eten
A
parler
B
rigoler
C
écouter
D
manger

Slide 5 - Quizvraag

lachen, lol maken
A
rigoler
B
manger
C
parler
D
passer

Slide 6 - Quizvraag

ontmoeten
A
manger
B
parler
C
rigoler
D
rencontrer

Slide 7 - Quizvraag

de oma
A
le grand-père
B
l'oncle
C
la grand-mère
D
le voisin

Slide 8 - Quizvraag

de opa
A
la mère
B
le cousin
C
le grand-père
D
la grand-mère

Slide 9 - Quizvraag

de oom
A
l'oncle
B
le voisine
C
le cousine
D
le tante

Slide 10 - Quizvraag

de buurman
A
la cousine
B
le cousin
C
le voisin
D
la voisine

Slide 11 - Quizvraag

de nicht
A
la voisine
B
la cousine
C
le cousin
D
le voisin

Slide 12 - Quizvraag

de buurvrouw
A
la cousine
B
le voisin
C
le cousin
D
la voisine

Slide 13 - Quizvraag

de neef
A
le lapin
B
le cousin
C
la cousine
D
la voisin

Slide 14 - Quizvraag

bij
A
qui
B
pourqoui
C
bonjour
D
chez

Slide 15 - Quizvraag

wie
A
quoi
B
qui
C
oui
D
non

Slide 16 - Quizvraag

bij
A
chez
B
qui
C
quoi
D
prochain(e)

Slide 17 - Quizvraag

Traduis en français: heb je een leuk weekend gehad?

Slide 18 - Open vraag

ja, ik heb een film gekeken met Simon

Slide 19 - Open vraag

wie is dat, Simon?

Slide 20 - Open vraag

Het is mijn vriend.

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Video

maart
A
mars
B
avril
C
janvier
D
juillet

Slide 23 - Quizvraag

januari
A
février
B
janvier
C
mars
D
avril

Slide 24 - Quizvraag

juni
A
juillet
B
aout
C
mai
D
juin

Slide 25 - Quizvraag

februari
A
janvier
B
mars
C
février
D
avril

Slide 26 - Quizvraag

mei
A
avril
B
juin
C
mai
D
mars

Slide 27 - Quizvraag

augustus
A
août
B
mars
C
mai
D
juin

Slide 28 - Quizvraag

april
A
mai
B
avril
C
mars
D
juin

Slide 29 - Quizvraag

juli
A
aout
B
juin
C
juillet
D
mai

Slide 30 - Quizvraag

Traduis en français oktober

Slide 31 - Open vraag

december

Slide 32 - Open vraag

dit jaar
A
longtemps
B
cette année
C
bien sûr
D
refuser

Slide 33 - Quizvraag

vragen
A
refuser
B
je peux
C
cette année
D
demander

Slide 34 - Quizvraag

weigeren
A
demander
B
lngtemps
C
refuser
D
bien sûr

Slide 35 - Quizvraag

lang (tijd)
A
longtemps
B
cette année
C
bien sûr
D
demander

Slide 36 - Quizvraag

natuurlijk
A
bon
B
bien sûr
C
longtemps
D
demander

Slide 37 - Quizvraag

ik kan
A
le jardin
B
l'argent
C
je peux
D
demander

Slide 38 - Quizvraag

ik ben op 11 maart jarig
A
mon anniversaire, c'est le 11 mai
B
mon anniversaire, c'est le 11 avril
C
mon anniversaire, c'est le 11 janvier
D
mon anniversaire, c'est le 11 mars

Slide 39 - Quizvraag

het geld
A
l'argent
B
le jardin
C
je peux
D
l'âge

Slide 40 - Quizvraag

de tuin
A
cette année
B
le cousin
C
l'argent
D
le jardin

Slide 41 - Quizvraag

hoe oud ben je?
A
Tu est a quel âge?
B
Tu as quel âge?
C
Tu aimes quel âge?
D
Tu a quel âge

Slide 42 - Quizvraag

ik ben dertien jaar oud
A
je suis treize ans
B
j'ai treize ans
C
c'est mon copain
D
c'est le treize mars

Slide 43 - Quizvraag

Traduis en français: de broer

Slide 44 - Open vraag

de zus
A
la couisne
B
le frère
C
la grand-mère
D
la soeur

Slide 45 - Quizvraag

groen
A
vert
B
rouge
C
porter
D
noir

Slide 46 - Quizvraag

dragen
A
passer
B
manger
C
parler
D
porter

Slide 47 - Quizvraag

ik zie
A
je peux
B
je mange
C
je vois
D
je suis

Slide 48 - Quizvraag

rood
A
vert
B
rouge
C
bleu
D
jaune

Slide 49 - Quizvraag

zwart
A
gris
B
noir
C
rouge
D
vert

Slide 50 - Quizvraag

blauw
A
noir
B
vert
C
marron
D
bleu

Slide 51 - Quizvraag

grijs
A
gris
B
vert
C
bleu
D
noir

Slide 52 - Quizvraag

klein
A
grand(e)
B
petit(e)
C
blond(e)
D
marron

Slide 53 - Quizvraag

het haar
A
les yeux
B
les cheveux
C
marron
D
grand(e)

Slide 54 - Quizvraag

de ogen
A
los ojos
B
les yeux
C
les cheveux
D
marron

Slide 55 - Quizvraag

Les devoirs
Livre B. Chapitre 5. Fais l'exercises à la page 12 et 13. 

Slide 56 - Tekstslide