LMC Voortgezet Onderwijs

kommagetallen in context (ordenen)

Waar kom je allemaal kommagetallen tegen?
1 / 10
volgende
Slide 1: Woordweb
RekenenBasisschoolGroep 7

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Waar kom je allemaal kommagetallen tegen?

Slide 1 - Woordweb

Wat gaan we vandaag leren?
  • Waarom we iets moeten leren over kommagetallen.
  • herhaling tienden -> 1,1
  • kennismaken hondersten -> 1,11
  • getallen ordenen -> van groot naar klein

Slide 2 - Tekstslide

Waarom zullen we iets moeten leren over kommagetallen?

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Zet de getallen van groot naar klein
  • Kijk eerst naar het cijfer voor de komma, zo kun je al een inschatting maken van welke getallen vooraan staan of achteraan.
  • Kijk daarna na het eerste cijfer achter de komma. Is dit cijfer bij meerdere getallen gelijk? Kijk dan naar het tweede cijfer achter de komma.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is hier het kleinste getal?
A
1,25
B
2,00
C
1,24
D
1,89

Slide 6 - Quizvraag

Zet de volgende getallen van klein naar groot:
1,10 1,25 1,89 1,00 1,75

Slide 7 - Open vraag

Zet de getallen van groot naar klein
  • Kijk eerst naar het cijfer voor de komma, zo kun je al een inschatting maken van welke getallen vooraan staan of achteraan.

  • Kijk daarna na het eerste cijfer achter de komma. Is dit cijfer bij meerdere getallen gelijk? Kijk dan naar het tweede cijfer achter de komma. 

  • Staat er geen tweede cijfer achter de komma? Dan mag je hier een nul voor in de plaats denken.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is hier het kleinste getal?
A
2,23
B
2,22
C
2,02
D
2,2

Slide 9 - Quizvraag

Zet in volgorde van klein naar groot
2,2 2,02 2,22 2,52 2,5 2,00

Slide 10 - Open vraag