LMC Voortgezet Onderwijs

Begrijpend lezen: tentamenstof periode 2

Tekst voorlezen
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Tekst voorlezen

Slide 1 - Tekstslide

Hoofd- en bijzaken in een tekst
Hoofdzaak = gebeurtenis, feit , jaartallen en eigenschappen van het onderwerp
Waar? Meestal begin of einde tekst
Bijzaak = Voorbeelden en extra uitleg over het onderwerp
Handig om te weten bij het maken van een samenvatting

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een hoofdzaak in deze tekst?
A
Ook in het kabinet zitten alle partijen niet op een lijn.
B
Daarnaast is er ook veel weerstand van de burgemeesters.
C
De avondklok lag vorig jaar al een paar keer ‘op tafel’, maar ging er toen telkens weer van af.
D
'Even kijken of ze nog iets van een ruggengraat over hebben en tegen deze disproportionele vrijheidsbeperking blijven!', zegt Wilders nu op Twitter.

Slide 3 - Quizvraag

Globaal lezen
Vijf stappen:
1. Lees titel, daarna tussenkopjes.
2. Lees de inleiding en bekijk plaatjes.  >> onderwerp
3. Lees de eerste en laatste zin van elke alinea. >> belangrijkste informatie
4. Bedenk wat je al weet over het onderwerp. 
5. Bedenk waar de tekst over zou kunnen gaan.

Slide 4 - Tekstslide

Waar gaat de tekst bij dia 1 over?

Slide 5 - Open vraag

Hoe heb je het onderwerp van deze tekst gevonden?

Slide 6 - Open vraag

Bedenk bij deze tekst zelf nog twee vragen die je kunt beantwoorden door globaal lezen.

Slide 7 - Open vraag

Wat is een bron?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Een krantenartikel
B
Iemand die een ander informatie geeft
C
Waar iemand informatie vandaan heeft.
D
Iets wat niet opgezocht kan worden

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Kaart

Maak een foto van waar je Mc Donalds ziet.

Slide 10 - Open vraag

Wanneer is zoekend lezen handig?

Slide 11 - Open vraag

Wat hoort niet bij zoekend lezen?
A
Zoekwoorden bedenken
B
Tussenkopjes lezen
C
Alleen de inleiding lezen
D
Letten op getallen en tekens

Slide 12 - Quizvraag

Maak een eigen zoekvraag bij de kaart van Rotterdam

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Onderwerp vinden
Globaal lezen

Slide 18 - Tekstslide

Uitleg indeling

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Hoofd- en bijzaken in een tekst
Hoofdzaak = gebeurtenis, feit , jaartallen en eigenschappen van het onderwerp
Waar? Meestal begin of einde tekst
Bijzaak = Voorbeelden en extra uitleg over het onderwerp
Handig om te weten bij het maken van een samenvatting

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Vraag bij de teksten

Slide 24 - Tekstslide

Waarom is het belangrijk om te weten of een tekst betrouwbaar is?

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Wat voor tekstsoort zie je op dia 27?
Is deze tekst betrouwbaar? Hoe zie je dat?

Slide 28 - Open vraag

Wat vind jij van een avondklok?
Ik vind het goed.
Ik vind het een slecht idee.
Ik vind het een goed idee, want ik zie heel veel mensen 's avonds op straat.
Ik vind het een slecht idee, want ik bepaal zelf wanneer ik naar buiten ga

Slide 29 - Poll

Tot welke tekstsoort behoren de antwoorden?
A
Informerende tekst
B
Instructietekst
C
Overtuigende tekst
D
Overhalende tekst.

Slide 30 - Quizvraag

Kon je bij vraag 29 ook kiezen uit antwoorden met argumenten? Schrijf een voorbeeld op.

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide

Lees dia 32: Welke tekst geeft alleen een mening?
A
Tekst links
B
Tekst links en rechts
C
Tekst rechts

Slide 33 - Quizvraag

Hoe herken je een betrouwbare tekst?
Vul in!

Slide 34 - Woordweb

Deze serie vragen maak je me een groepje.
Schrijf een tekst met een duidelijk doel. Bedenk er twee toetsvragen bij.

Slide 35 - Open vraag

Stuur een foto van een tekst die overhalend is.

Slide 36 - Open vraag

Zoek een foto met een tabel

Slide 37 - Open vraag

Bedenk drie zoekvragen bij de tabel.

Slide 38 - Open vraag

Zoek een tekst met een of meer moeilijke woorden. Geef een instructie aan je klasgenoot over een woordraadstrategie.

Slide 39 - Open vraag