LMC Voortgezet Onderwijs
‹Terug naar zoeken

HH H7

1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Welkom! 
Welkom

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we vandaag doen?
Opstarten
05 min
Uitleg recht evenredig verband
10 min
Oefenopdrachten
15 min
Zelfstandig leren + nakijken
25 min
Oefenopdrachten
10 min
Lesafsluiting
05 min

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Planning komende lessen:
  • Maandag 28 aug:          Paragraaf 7.2 Versnellen en Vertragen
  • Woensdag 30 aug:       Paragraaf 7.3 Kracht en Beweging
  • Vrijdag 1 sept:                 Paragraaf 7.4 deel 1 Energie 
  • Maandag 4 sept:           Paragraaf 7.4 deel 2 Bewegingsenergie
  • Woensdag 6 sept:        Herhalingsles
  • Vrijdag 8 sept:                SO H7 Paragraaf 1 t/m 4

Slide 5 - Tekstslide

SO H7
  • Morgen:                SO H7 Paragraaf 1 t/m 4
  • Wie L2S?
  • Neem mee:    Rekenmachine + Geodriehoek

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag
  • Wat? Maak 7.4 opdracht 77 t/m 80
  • Hoe? In je werkboek
  • Hulp? Bekijk blz. 182 nogmaals
  • Tijd? 05 minuten
  • Resultaat? Je weet hoe je een energieschema maakt
  • Klaar? Maak 7.4 opdracht 75 + 76 + 81 + 82
timer
5:00

Slide 7 - Tekstslide

Formules en verbanden
Recht evenredig verband:



De tijd en afstand zijn recht evenredig.
- tijd 2x zo groot             afstand ook 2x zo groot 
v=​t​​s​​=constant
t
s

Slide 8 - Tekstslide

Formules en verbanden
Omgekeerd evenredig verband:



De snelheid en tijd zijn omgekeerd evenredig.
- snelheid 2x zo groot, tijd 2x zo kort.

s=v ⋅ t=constant
v
t

Slide 9 - Tekstslide

Formules en verbanden
Kwadratisch verband:
Tussen bewegingsenergie en snelheid
is een kwadratisch verband.

- snelheid 2x  zo groot
- dan bewegingsenergie 2² = 4x zo groot
Ek
v

Slide 10 - Tekstslide

Even oefenen!

Een hardloper (m = 52 kg) heeft een constante snelheid. Hij legt in 25 minuten een afstand af van 4,8 km.

Bereken de bewegingsenergie van de hardloper.

(TIP: bereken eerst de snelheid van de hardloper)

Gebruik het stappenplan.

Slide 11 - Tekstslide

Antwoord!
G: m = 52 kg,     t = 25 min. = 25 · 60 = 1500 s,             s = 4,8 km = 4800 m
G: Ek = ? J
F:  

B:

A: de bewegingsenergie van de hardloper is 226,24 J
E​k​​=​2​​1​​ ⋅ m ⋅ v​2​​
E​k​​=​2​​1​​ ⋅ 52 ⋅ 3,2​2​​=226,24
v=​t​​s​​
v=​1500​​4800​​=3,2

Slide 12 - Tekstslide

timer
5:00

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

timer
5:00
Tekst

Slide 15 - Tekstslide

Zelfstandig leren
Kies uit een van de volgende dingen om te doen:
- Leren voor morgen
- Samenvatting maken
- Oefentoets maken 
- Zelfstandig nakijken (zie Mag. Berichten)
- Filmpjes kijken met oortjes (zie Mag. Berichten)

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Lesdoelen:
Aan het eind van de les kun je:

  • Een energieschema invullen
  • beschrijven wat Bewegingsenergie is
  • Rekenen met bewegingsenergie

Slide 23 - Tekstslide

Wat is de juiste formule om de gemiddelde snelheid uit te rekenen?
A
t = s : v
B
s = v · t
C
v = s : t
D
v = s · t

Slide 24 - Quizvraag

Wat hoort waar bij? Sleep de  symbolen naar de juiste plek. Er moeten er overal drie staan!
snelheid
afstand
tijd
s
h
m/s
km/h
t
m
km
v

Slide 25 - Sleepvraag

Omrekenen:
12 minuten =
A
0,5 uur
B
0,2 uur
C
0,12 uur
D
0,72 uur

Slide 26 - Quizvraag

Welke grafiek geeft een versnelde beweging weer?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 27 - Quizvraag

Wat voor soort beweging voert het paard hiernaast uit?
A
een eenparige beweging
B
een vertraagde beweging
C
een versnelde beweging
D
dat kun je niet zeggen

Slide 28 - Quizvraag

Hoe groot is de
netto-kracht?

Slide 29 - Open vraag

Wat de is afstand die de fietser aflegt
A
16 m
B
24 m
C
40
D
42 m

Slide 30 - Quizvraag

Van welke factoren hangt de hoeveelheid
energie af die de motor moet leveren?

Slide 31 - Woordweb