Hoe maak je de passé composé met avoir?
Je begint met de juist vorm van avoir.
Bijvoorbeeld: J'ai
dan neem je het hele werkwoord op -er Bijvoorbeeld: travailler
Om het voltooid deelwoord te maken haal je -er er af
en zet je er - é achter.
Dus: J'ai travaillé - Ik heb gewerkt.