Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
LMC Voortgezet Onderwijs
‹
Terug naar zoeken
Hoofdletters en punten
Hoofletters en punten.
1 / 42
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 3
In deze les zitten
42 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Hoofletters en punten.
Slide 1 - Tekstslide
Hoe schrijf je:
mevrouw hamers
A
Mevrouw hamers
B
Mevrouw Hamers
Slide 2 - Quizvraag
Hoe schrijf je:
engels drop
A
Engels drop
B
engels drop
C
D
Slide 3 - Quizvraag
Hoe schrijf je:
januari
A
Januari
B
januari
Slide 4 - Quizvraag
Hoe schrijf je:
loes van loo
A
Loes van Loo
B
Loes Van loo .
Slide 5 - Quizvraag
Hoe schrijf je:
's hertogenbosch
A
'S hertogenbosch.
B
's Hertogenbosch.
Slide 6 - Quizvraag
Hoe schrijf je:
ik ga met kerstmis naar groot- brittannië
A
Ik ga met Kerstmis naar Groot- Brittannië.
B
Ik ga met kerstmis naar groot- Brittannië.
C
D
Slide 7 - Quizvraag
Hoe schrijf je:
op dinsdag gaan we naar de maas
A
Op dinsdag gaan we naar de Maas.
B
Op Dinsdag gaan we naar De Maas.
Slide 8 - Quizvraag
hoofdletters
Slide 9 - Woordweb
Slide 10 - Video
Geen hoofdletters
Bij namen van dagen (maandag, dinsdag, woensdag, etc.)
Bij namen van maanden (januari, februari, maart, etc.)
Bij namen van seizoenen (herfst, lente, winter, zomer)
Bij namen van windstreken (oost, west, zuid, noordwest, etc.)
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Lesdoelen
Aan het eind van deze les weet je wanneer je hoofdletters moet gebruiken.
Aan het eind van deze les kun je hoofdletters bijna altijd juist toepassen.
Slide 13 - Tekstslide
Regel 1: begin van een zin
Aan het begin van een zin:
J
e begint een zin met een hoofdletter.
Als de zin met een afgekort woord begint, verschuift de hoofdletter naar het tweede woord:
's
O
chtends sta ik vroeg op.
't
W
as vanochtend wel erg koud.
Slide 14 - Tekstslide
Regel 2: namen van personen
Je schrijft een hoofdletter bij voor- en achternamen, doopnamen en voorletters:
Elisabeth Sarah Jansen
Aanspreektitels (mevr.) en tussenvoegsels (van der) krijgen
geen
hoofdletter.
fam. Berkmans
Bert van den Brink
Slide 15 - Tekstslide
Regel 2: namen van personen
Wanneer er voor het tussenvoegsel
geen
voornaam of voorletter wordt genoemd, krijgt het tussenvoegsel
wel
een hoofdletter.
meneer De Vries
Bij een tweede achternaam krijgt het tussenvoegsel geen hoofdletter.
mevrouw Van de Ven - de Vries
Slide 16 - Tekstslide
Wat is goed geschreven?
A
meneer Jansen
B
Meneer Jansen
C
meneer jansen
Slide 17 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
Lisa de Vries - de Groot
B
Lisa De Vries - De Groot
Slide 18 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
't Is niks voor mij.
B
'T is niks voor mij.
Slide 19 - Quizvraag
Regel 3: organisaties, merken, producten
Organisaties, merken en producten krijgen een hoofdletter.
Apple
Verenigde Naties
Soms gebruiken bedrijven de hoofdletters afwijkend, je neemt dit dan over.
iPhone
Slide 20 - Tekstslide
Regel 4: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij aardrijkskundige namen van landen, steden, rivieren enzovoort gebruik je een hoofdletter.
Eindhoven
Amerikaanse president
Ook bij volken, talen of dialecten gebruik je een hoofdletter.
Fransman
Limburgs dialect
Slide 21 - Tekstslide
Regel 4: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij een windstreek gebruik je
geen
hoofdletter.
Er komt vandaag een noordelijke wind.
Als de windstreek onderdeel is van een naam, gebruik je
wel
een hoofdletter.
Noordelijke IJszee
Slide 22 - Tekstslide
Regel 4: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Als je met de windstreek een gebied bedoelt, schrijf je een hoofdletter.
In het Nabije Oosten is de situatie erg gespannen.
Arme landen krijgen steun van het Westen.
Slide 23 - Tekstslide
Wat is goed geschreven?
A
Westelijke zeestroom
B
westelijke zeestroom
Slide 24 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
amstellaan
B
Amstellaan
Slide 25 - Quizvraag
Regel 5: historische gebeurtenissen en kalendergebruiken
Historische gebeurtenissen en feestdagen schrijf je met een hoofdletter.
Koude Oorlog
Vaderdag
Maar bij samenstellingen met feestdagen schrijf je
geen
hoofdletter:
vaderdagontbijt
Slide 26 - Tekstslide
Regel 5: historische gebeurtenissen en kalendergebruiken
Seizoenen, maanden en gewone dagen krijgen
geen
hoofdletter.
zaterdag
januari
Ook een historische periode krijgt
geen
hoofdletter.
renaissance
prehistorie
Slide 27 - Tekstslide
Regel 6: religieuze en culturele begrippen
Heilige begrippen wel een hoofdletter.
God
Bijbel
Godsdiensten en culturele stromingen en woorden die daarvan zijn afgeleid krijgen
geen
hoofdletter.
jodendom
humanisme
jood
God
Bijbel
Slide 28 - Tekstslide
Wat is goed geschreven?
A
Allah
B
allah
Slide 29 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
boeddhisme
B
Boeddhisme
Slide 30 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
Het is Herfst
B
Het is herfst.
Slide 31 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
kerstbal
B
Kerstbal
Slide 32 - Quizvraag
2: namen van personen
Je schrijft een hoofdletter bij voor- en achternamen, doopnamen en voorletters:
Elisabeth Sarah Jansen
Aanspreektitels (mevr.) en tussenvoegsels (van der) krijgen
geen
hoofdletter.
fam. Berkmans
Bert van den Brink
Slide 33 - Tekstslide
2: namen van personen
Is er
geen
voornaam of voorletter, dan krijgt het tussenvoegsel
wel
een hoofdletter.
meneer De Vries
Bij een tweede achternaam krijgt het tussenvoegsel geen hoofdletter.
mevrouw Van de Ven - de Vries
Slide 34 - Tekstslide
3: namen van organisaties, merken, producten
Organisaties, merken en producten krijgen een hoofdletter.
Apple
Verenigde Naties
Soms gebruiken bedrijven de hoofdletters afwijkend, je neemt dit dan over.
iPhone
Slide 35 - Tekstslide
Wat is goed geschreven?
A
Wil jij een pepsi max?
B
Wil jij een Pepsi Max?
C
Wil jij een Pepsi max?
Slide 36 - Quizvraag
3: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij aardrijkskundige namen van landen, steden, rivieren enzovoort gebruik je een hoofdletter.
Eindhoven
Amerikaanse president
Ook bij volken, talen of dialecten gebruik je een hoofdletter.
De Franse Fransman spreekt Frans
Limburgs dialect
Slide 37 - Tekstslide
3: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Bij een windstreek gebruik je
geen
hoofdletter.
Er komt vandaag een noordelijke wind.
Als de windstreek onderdeel is van een naam, gebruik je
wel
een hoofdletter.
Noordelijke IJszee
Slide 38 - Tekstslide
3: aardrijkskundige namen, volken, talen, windstreken
Als je met de windstreek een cultureel, economisch of politiek gebied bedoelt, schrijf je een hoofdletter.
In het Nabije Oosten is de situatie erg gespannen.
Arme landen krijgen steun van het Westen.
Slide 39 - Tekstslide
Wat is goed geschreven?
A
noord-brabant
B
Noord-brabant
C
Noord-Brabant
D
noord-Brabant
Slide 40 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
Met ananas erop is het geen Italiaanse pizza!
B
Met ananas erop is het geen italiaanse pizza!
Slide 41 - Quizvraag
Wat is goed geschreven?
A
Woon jij aan de amstellaan?
B
Woon jij aan de Amstellaan?
Slide 42 - Quizvraag