LMC Voortgezet Onderwijs

Lección 11 de enero

Lección 11 de enero
  • Overhoring: Palabras Capítulo 4
  • El reloj en español
  • Ejercicios con el reloj 

1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Lección 11 de enero
  • Overhoring: Palabras Capítulo 4
  • El reloj en español
  • Ejercicios con el reloj 

Slide 1 - Tekstslide

Traduce:
De leerling(e)

Slide 2 - Open vraag

alto/-a

Slide 3 - Open vraag

geschiedenis

Slide 4 - Open vraag

Engels

Slide 5 - Open vraag

maken/doen

Slide 6 - Open vraag

los deberes

Slide 7 - Open vraag

de docent(e)

Slide 8 - Open vraag

la escuela

Slide 9 - Open vraag

het leerjaar

Slide 10 - Open vraag

la nota

Slide 11 - Open vraag

de middelbare school

Slide 12 - Open vraag

la clase

Slide 13 - Open vraag

Aardrijkskunde

Slide 14 - Open vraag

gym

Slide 15 - Open vraag

hacer los deberes

Slide 16 - Open vraag

¿Qué hora es? Hoe laat is het?
  • Het is=                                 es la/ son las 
  • Het is een uur =                 es la una
  • Het is tien over één =      es la una y diez
  • Het is kwart over twee= son las dos y diez
  • Het is tien voor halfdrie = son las dos y veinte
  •  Het is half tien=                  son las nueve y media

Slide 17 - Tekstslide

Los números= de getallen
1(=een /uno) 2(=twee/ dos) 3(=drie/tres) 4(=vier/cuatro) 5(=vijf/cinco) 6(=zes/seis) 7(=zeven/siete) 8(=acht/ocho) 9(=negen/nueve) 10(=tien/diez) 11(=elf/once) 12(=twaalf/doce)
20 (=twintig/veinte) 30 (=dertig/treinta) 40 (=veertig/cuarenta) 50 (=vijftig/cincuenta)

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Son las dos
A
het is twee uur
B
het is drie uur
C
het is tien
D
het is vier uur.

Slide 21 - Quizvraag

het is kwart over drie
A
son las tres y diez
B
son las tres y cuarto
C
son las tres y cinco
D
son las tes y veinte

Slide 22 - Quizvraag

Het is half vijf
A
son las cinco
B
son las cinco y cuarto
C
son las cuatro y media
D
son las seis y media

Slide 23 - Quizvraag