LMC Voortgezet Onderwijs

6.5 Rekenen in driehoeken

Hoofdstuk 6
afmaken introductie
Hoeken en zijden uitrekenen in rechthoekige driehoeken.
1 / 9
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 9 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 6
afmaken introductie
Hoeken en zijden uitrekenen in rechthoekige driehoeken.

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk:
Opgaven maken ging ....
A
Goed
B
Deels
C
Ik snapte er niks van
D
Ik heb het niet gemaakt

Slide 2 - Quizvraag

Opdracht op je tafel
Tijd: 10-15 min
Met wie: alleen (lukt het niet, dan samen)
Hulp: buurman/vrouw, daarna docent
Klaar: lees de theorie van 6.5.

Slide 3 - Tekstslide

Hoofdstuk 6

6.5 Rekenen in driehoeken

1. Je weet wanneer je sinus, cosinus of tangens het beste kan gebruiken bij het bereken van een zijde.
2. Je kunt een zijde uitrekenen, van een rechthoekige driehoeken, met de sinus, cosinus en tangens.



Slide 4 - Tekstslide

6.5 Rekenen in driehoeken

Slide 5 - Tekstslide

6.5 Rekenen in driehoeken

Slide 6 - Tekstslide

6.5 Rekenen in driehoeken

Slide 7 - Tekstslide

Aantekening 6.5 Rekenen in driehoeken
SOSCASTOA of SOLCALTOA
TOA

SOS/SOL

CAS/CAL
Opgave 28, 29, 30, 31 en 32.
Bekijk wat uit te rekenen en welke zijden / hoek bekend is.
Sinus, cosinus en tangens kun je alleen gebruiken in rechthoekige driehoeken. Driehoek niet rechthoekig, maar een rechthoekige driehoek met een hulplijn.

Slide 8 - Tekstslide

Huiswerk
Maken: opgave 28 t/m 32 
Hoe: alleen of samen 
Tijd: tot 5 min voor het einde van de les.
Hulp: docent 
Klaar?:   Kijk de opdrachten an en lees de theorie van 6.6


Slide 9 - Tekstslide