LMC Voortgezet Onderwijs

5.3

5.3 Oren en Ogen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

5.3 Oren en Ogen

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
- Aan het einde van de les kun je de delen van het oor benoemen met hun functie
- Aan het einde van de les kun je de bouw en werking van het oog beschrijven

Slide 2 - Tekstslide

Noem enkele onderdelen van het oog of oor.

Slide 3 - Open vraag

Buitenkant van je oor
- Geluid neem je waar met gehoorzintuigen.
- Je oorschelp vangt trilling op uit de lucht die uit geluid bestaat.
- Deze trillingen gaan via de gehoorgang je oor in

Slide 4 - Tekstslide

Het opvangen van geluid
  1. Via de gehoorgang komt geluid bij het trommelvlies, die hierdoor gaat trillen.
  2.   Je trommelvlies geven de trillingen door aan de gehoorbeentjes in de trommelholte
  3.  De gehoorbeentjes geven de trillingen door aan het slakkenhuis waar de zintuigcellen het opvangen.
  4.  In de zintuigcellen ontstaan impulsen die via de gehoorzenuw naar de hersenen gaan

Slide 5 - Tekstslide

Binnenkant van je oor
- De oorsmeerkliertjes maken oorsmeer.
- In de trommelholte bevinden zich drie gehoorbeentjes.
- De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met de keelholte.
--> De buis gaat open als je slikt of gaapt. Hierdoor kan lucht van de trommelholte naar de keelholte. 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

De buitenkant van het oog
- Harde oogvlies: Witte gedeelte van je oog.
- Iris: gekleurde gedeelte van je oog
- Pupil: het zwarte rondje in de iris
- Over de iris en de pupil ligt het hoornvlies, die doorzichtig is
- Je traanklieren maken vocht aan om uitdroging te voorkomen. Ook spoelt het kleine stofjes weg.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

De binnenkant van het oog
- De oogspieren laten de ogen draaien in de richting waar je kijkt.
- De oogbol bestaat uit een soort gelei: het glasachtige lichaam
- Je lens zorgt ervoor de je scherp kunt zien.

Slide 11 - Tekstslide

Drie lagen
De wand van het oog bestaat uit:
- Harde oogvlies: buitenste laag
- Vaatvlies: middelste laag met veel bloedvaten voor het voeden van het oog.
- Netvlies: binnenste laag, waar de zintuigcellen liggen die impulsen vervoeren via de oogzenuw naar de hersenen

- Gele vlek: in je netvlies. Hiermee kun je het scherpst zien
-: Blinde vlek: de plaats in het netvlies waar de oogzenuw het oog verlaat.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

bijziend en verziend
- Het niet goed werken van je ooglens waardoor je niet scherp genoeg ziet.
- Bijziend: kun je alleen dichtbij scherp zien ( holle lenzen)
- Verziend: kun je alleen in de verte goed zien ( bolle lenzen)

Slide 15 - Tekstslide

Welk deel van het oor bevat zintuigcellen die het geluid opvangen?

Slide 16 - Open vraag

Wat is juist?
A
Iris: het zwarte rondje in je oog
B
pupil: het zwarte rondje in de iris
C
pupil: gekleurde gedeelte van het oog
D
iris: gekleurde gedeelte van je oog

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Video