LMC Voortgezet Onderwijs

Kunststromingen

Quiz kunststromingen
Wat weten jullie al van de kunststromingen
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Culturele en kunstzinnige vormingMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Quiz kunststromingen
Wat weten jullie al van de kunststromingen

Slide 1 - Tekstslide


De Kunststroming van dit werk is:
A
Kubisme
B
Expressionisme
C
Surrealisme
D
Abstracte kunst

Slide 2 - Quizvraag

Welke kunststroming is dit?
A
Barok
B
Impressionisme
C
Futurisme
D
Surrealisme

Slide 3 - Quizvraag

Welke kunststroming is dit?
A
impressionisme
B
expressionisme

Slide 4 - Quizvraag

Welke kunststroming is dit?
A
impressionisme
B
expressionisme

Slide 5 - Quizvraag

Noem een stijlkenmerk van het Kubisme
A
Felle kleuren
B
Korte penseelstreken (streepjes)
C
Geometrische vormen
D
Geen schaduw

Slide 6 - Quizvraag

Welke afbeelding is Pop-art?
A
B
C
D

Slide 7 - Quizvraag


A
impressionisme
B
surrealisme
C
expressionisme
D
kubisme

Slide 8 - Quizvraag


A
impressionisme
B
surrealisme
C
expressionisme
D
kubisme

Slide 9 - Quizvraag

In welke kunststroming gebruikt men stripboek-afbeeldingen als kunst?
A
Expressionisme
B
Pop art
C
Realisme
D
Romantiek

Slide 10 - Quizvraag

Expressionisme of Impressionisme?
A
Impressionisme
B
Expressionisme

Slide 11 - Quizvraag

Bij welke kunststroming hoort dit schilderij?
A
Impressionisme
B
Kubisme
C
Expressionisme
D
Romantiek

Slide 12 - Quizvraag

welk van de onderstaande afbeeldingen behoort niet tot de Pop-art?
A
B
C
D

Slide 13 - Quizvraag

Wat betekent abstract?
A
Realistisch
B
Herkenbare voorstelling
C
Zonder herkenbare figuren
D
Figuratief

Slide 14 - Quizvraag

Hoe herken je het impressionisme?
A
alle beelden zijn geromantiseerd
B
wazig en in het moment geschilderd
C
perfectie
D
actie en gevoel is belangrijk

Slide 15 - Quizvraag

Je maakt in tweetallen een tijdlijn op chronologische volgorde over de kunstgeschiedenis vanaf de Romantiek tot en met Landart.

 

Wat moet er in de tijdlijn
Bij iedere kunststroming beschrijf je de volgende onderdelen:
- Waar gaat deze kunststroming over?
- Wanneer was deze kunststroming ‘actief’?
- twee belangrijke kunstenaars die hierbij horen.
- 1 of 2 plaatjes welke kenmerkend zijn voor deze kunststroming. (met de titel, jaartal en schilder)

Slide 16 - Tekstslide

Te doen in deze les:
- Kijk op Itslearning naar de kunststromingen
- Zet de kunststromingen op chronologische volgorde
- Zoek informatie op over de eerste 6 kunststromingen

Slide 17 - Tekstslide