Geef elkaar feedback: wat ging er goed? wat kan beter? wat was moeilijk? wat viel mee?
werken volgens beschrijving (protocol), volg de stappen!!!
Slide 7 - Tekstslide
Lesdoelen
Na de les weet je wat zelfredzaamheid is
Na de les weet je samenredzaamheid is
Na de les weet je hoe je zelfredzaamheid kunt stimuleren
Slide 8 - Tekstslide
Waar denk je dat dit keuzedeel over gaat?
A
Ouderen die ondersteuning nodig hebben?
B
Geen idee?
C
Wat kinderen nodig hebben in de opvoeding?
D
Ouderen en volwassen die zorg nodig hebben?
Slide 9 - Quizvraag
Zelfredzaamheid
Slide 10 - Woordweb
Zelfredzaamheid
Slide 11 - Tekstslide
Zelfredzaamheid is:
dat mensen zich zoveel mogelijk op eigen kracht kunnen redden, met zo min mogelijk ondersteuning.
Slide 12 - Tekstslide
Resultaten van zelfredzaamheid
ouderen wonen langer thuis
meer zelfvertrouwen (18+ en ouderen)
meer eigenwaarde (18+ en ouderen)
voelt je prettiger (18+ en ouderen)
Slide 13 - Tekstslide
zelfredzaamheid stimuleren (ouderen)
ADL= algemene dagelijkse verrichtingen; wat kan de klant wel en niet?
thuiszorg moet gericht zijn op zelfredzaamheid
jij, als zorgprofessional, moet je klanten stimuleren om zoveel mogelijk zelf te doen, je moet ze aanmoedigen om zoveel mogelijk zelf te doen
Slide 14 - Tekstslide
zelfredzaamheid stimuleren (ouderen)
kan de klant ook doen wat ik nu voor de klant doe?
observeer de klant en stel vragen
overleg met de klant wat hij kan en wil
luister naar de klant, dwing niet en geef niet te snel op
geef de klant de kans om te oefenen.....heb geduld
Slide 15 - Tekstslide
zelfredzaamheid stimuleren (jongeren)
Om jezelf te redden heb je een aantal praktische vaardigheden nodig:
jezelf verzorgen
huishoudelijke vaardigheden
sociale vaardigheden
Slide 16 - Tekstslide
zelfredzaamheid stimuleren (jongeren)
bedenk wat de jongere zelf kan en waarbij hulp nodig is = achterhaal de hulpbehoefte
observeer, stel vragen, luister goed
stimuleer de jongere om dingen zelf te doen = dit zorgt voor een groei in het zelfvertrouwen van de jongere
Slide 17 - Tekstslide
Meneer de Vrieze wil graag naar de markt op woensdag, maar hij is niet goed ter been. Wat kun jij voor meneer de Vrieze betekenen?
Slide 18 - Open vraag
Maken in je boek
Blok 1
opdracht 1 t/m 7
Tekstbron: blz 219, 199, 217
Slide 19 - Tekstslide
Oefenen maar...
Speel in tweetallen het rollenspel
Lees de werkkaart rollenspel
Speel opdracht 7.2 en 3.2 uit
Slide 20 - Tekstslide
Ik vond deze les nuttig?
πππππ
Slide 21 - Poll
Samenredzaamheid
Stimuleren zelfredzaamheid
Goede bejegening
Wat doet de hulpverlener wat kan de klant zelf. Observeer de klant en stel vragen. Achterhaal de hulpbehoefte. Overleg met de klant wat kan en wil hij echt?Geef de klant de kans om te oefenen en dingen zelf te doen. Het ontwikkeling van sociale vaardigheden is hier ook onderdeel van.
Goed en respectvol met mensen omgaan. Klanten willen gezien en gehoord worden, serieus genomen worden, zorg krijgen die afgestemd is op hun behoeften. Geduldig zijn
Dit is een onderdeel van zelfredzaamheid. Zoveel mogelijk zelf doen met de hulp van je netwerk. Hierdoor stapelt het werk niet op voor de hulpverlener. Wie kan er mee helpen, zodat de klant zolang mogelijk thuis blijft wonen.