Nationaal Archief
Hét kanaal voor bronmateriaal

Slavernij op plantages en de opkomst van het abolitionisme

Slavernij op plantages en de opkomst van het abolitionisme
Archiefkast
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 1,2

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Introductie

Met behulp van originele bronnen leren de leerlingen over slavernij op plantages en het ontstaan van de beweging van het abolitionisme.

Instructies

Archiefkast
Archiefkasten zijn (veelal) lange, inhoudelijke lessen met veel bronmateriaal. Deze lessen bevatten alle noodzakelijke informatie uit de lesmethode en actieve, verwerkende werkvormen. Bij archiefkasten ligt de nadruk op kennisontwikkeling met enige vaardigheidsontwikkeling.

Instructie
Deze les bevat basiskennis over slavernij op plantages, over de opkomst van het abolitionisme (zowel in Engeland als in Nederland) en de factoren die een rol speelden in de afschaffing van de slavernij. 
Deze les wordt klassikaal gegeven en de leerlingen kunnen met hun device actief meedoen. De les bevat interactieve elementen (open vraag, quiz). Zo gewenst kunnen de vragen ook klassikaal zonder devices behandeld worden. Het is sterk aangeraden om de docentenhandleiding door te nemen, voordat de les wordt gebruikt. De transcriptie van een aantal bronnen is in de bijlage opgenomen.

Instructies

Onderdelen in deze les

Slavernij op plantages en de opkomst van het abolitionisme
Archiefkast

Slide 1 - Tekstslide

Archiefkast:
Archiefkasten zijn (veelal) lange, inhoudelijke lessen met veel bronmateriaal. Deze lessen bevatten alle noodzakelijke informatie uit de lesmethode en actieve, verwerkende werkvormen. Bij archiefkasten ligt de nadruk op kennisontwikkeling met enige vaardigheidsontwikkeling.

Achtergrond:

Brief aan Koning Willem III. Toegang
Detail bekijken
Vraag/discussie
Extra informatie
Klik op hotspot
Notities
Klik op hotspot
Klik op hotspot

Slide 2 - Tekstslide

Doel van deze slide:
Uitleg van de interactieve elementen.

Zie ook de docentenhandleiding voor uitleg en achtergrondinformatie.
Tijdvak

Slide 3 - Tekstslide

Tijdvak:
Tijd van Pruiken en Revoluties.

Kenmerkende aspecten:
- Slavenarbeid op plantages en de opkomst van het abolitionisme

Leerdoelen
Je kan uitleggen wat abolitionisme betekent.
Je kan uitleggen welke rol abolitionisme speelde bij de afschaffing van de slavernij.

Slide 4 - Tekstslide

Voorkennis:
Voor deze les moeten leerlingen beschikken over basiskennis over de Nederlandse slavernij en handel in slaafgemaakten.


timer
1:00
Wat weet je al?
Slavernij op plantages

Slide 5 - Woordweb

Doel van deze slide:
Ophalen voorkennis over slavernij op plantages. Wat weten leerlingen al? 

Zo gewenst kan een timer gebruikt worden.
De West-Indische Compagnie ontvoert mensen in West-Afrika. Vanaf daar gaan zij in schepen naar koloniën in de Amerika's. Bij aankomst in de koloniën worden deze mensen tot slaaf gemaakt. 
De gekleurde vakken zijn plantages. In Suriname worden op de plantages met name suikerriet, koffie en cacao verbouwd. 
Deze kaart is van Suriname. Dit is niet de enige plek waar Nederlanders zich schuldig maken aan slavernij. Overal waar de Nederlanders komen, komt slavernij voor: Curaçao, Bonaire, Sint-Maarten, Saba, Sint-Eustatius, Aruba, Brazilië, Berbice, Zuid-Afrika en delen van Azië. 
De inwoners van Suriname worden hier expres primitief afgebeeld. De kolonisten maken zo duidelijk dat zij zichzelf belangrijker vinden. Ze vinden het terecht dat primitieve volken tot slaaf gemaakt worden.
De kaartmaker heeft alleen de plantages getekend. Alles eromheen is bos. In deze bossen stichten gevluchte slaafgemaakten dorpen. Vanuit die dorpen vallen ze plantages aan en maken ze meer mensen vrij. Dit is een belangrijke vorm van verzet tegen de koloniale machthebber.

Slide 6 - Tekstslide

Doel van deze slide
Informatie verschaffen over plantageslavernij.

Bespreek met de leerlingen
Wat zien de leerlingen?
Wat zou dit voor kaart zijn? 
Wat zouden de gekleurde vakken zijn? 

Klik daarna de hotspots aan voor meer informatie.

Bron:
Abolitionisme
to abolish = afschaffen
abolitionisme = het streven van een groep witte mensen om de slavernij af te schaffen
Abolitionisme ontstaat in de 18e eeuw.
Er waren veel abolitionisten in Engeland en de VS. In Nederland was het een kleine groep (vooral vrouwen).
Slaafgemaakten komen altijd al, sinds het begin van de slavernij, in verzet. Met het abolitionisme wordt alleen het verzet van witte, vrije mensen tegen slavernij bedoeld.

Slide 7 - Tekstslide

Doel van de slide:
In enkele zinnen toelichten wat abolitionisme is. 

Het verzet van slaafgemaakten valt niet onder het abolitionisme. 


Abolitionisme in Nederland
7 oktober 1855
'Ondergetekenden, allen ingezetenen van de Gemeente Marum, provincie Groningen, diep doordrongen van het onchristelijke en onmenschelijke der slavernij'
transcriptie
'Ja Sire! Het is de wensch van ons allen, onze vurigste bede: dat Neerlands geliefde Koning eerlang met opgeruimd hart zeggen mag: Wij hebben onder de vele millioenen menschen die wij in onderscheidene werelddelen der aarde regeeren geene slaven meer, alle onze onderdanen zijn vrij.'
transcriptie
Alle inwoners van Marum (Groningen) vinden slavernij onchristelijk en onmenselijk.
Het is de diepste wens dat de Koning zal zeggen: alle Nederlandse onderdanen zijn vrij, er leeft nergens in een Nederlandse kolonie nog iemand in slavernij.
Voor welke vraag is deze bron bruikbaar? Op de volgende slide beantwoord je deze meerkeuzevraag. 

Slide 8 - Tekstslide

Doel van deze slide
Leerlingen leren over het protest tegen slavernij in de Nederlandse samenleving. 

Op de volgende slide volgt een vraag over deze bron. De vraag staat alvast rechtsonder. 

Achtergrondinformatie
Deze brief van de Marumse vrouwen verwijst naar de troonrede van de koning waarin hij afschaffing van slavernij heeft aangekondigd. De totstandkoming van de afschaffing duurt echter lang, omdat de financiële compensatie van de eigenaren een struikelblok blijft.

In de 19e eeuw komen langzaam abolitionistische bewegingen op gang. In Engeland haalt een groep vrouwen 400.000 handtekeningen op, wat een bijdrage levert aan de afschaffing van slavernij door Engeland in 1833. 
Ook in Nederland zetten abolitionistische groepen, veelal vrouw, zich in. 

Bron: 
Brief aan Koning Willem III. Toegang 
2.10.02, inv. nr. 465. Nationaal Archief.

Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Voor welke vraag is deze bron bruikbaar?
Wij Vrouwen Eisen
Er zijn twee antwoorden mogelijk
A
Hoeveel abolitionisten waren er in Nederland?
B
Hoe proberen de abolitionisten hun doel te bereiken?
C
Welk doel hadden de abolitionisten in Nederland?
D
Wie waren de belangrijkste abolitionisten in Nederland?

Slide 9 - Quizvraag

Doel van deze slide
De leerlingen bedenken hoe de bron op de vorige slide gebruikt kan worden.

Opdracht
Er zijn 2 goede antwoorden mogelijk: B en C. 


Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Welke actie hoort niet bij het abolitionisme? 
Wij Vrouwen Eisen
Toon je kennis
A
Een groep vrouwen uit Groningen stuurt een brief naar de koning, met de vraag slavernij zo snel mogelijk af te schaffen.
B
De Marrons, gevluchte slaafgemaakten, vallen plantages aan vanuit de jungle in Suriname.
C
In Engeland worden handtekeningen verzameld, als gezamenlijke oproep om de slavernij af te schaffen.
D
Het maken van een mooi borduursel voor een loterij, met als doel geld op te halen om slaafgemaakten vrij te kopen.

Slide 10 - Quizvraag

Doel van deze slide

Opdracht


Afschaffing slavernij
De slavernij in de Engelse koloniën wordt in 1833 afgeschaft.
In Suriname moeten slaafgemaakten na de afschaffing nog 10 extra jaar doorwerken. 
Met dit Koninklijk Besluit wordt de slavernij in Suriname afgeschaft.
De plantage-eigenaren kregen per slaafgemaakte een geldbedrag. De slaafgemaakten kregen niets.
De slavernij in de Nederlandse koloniën wordt in 1863 afgeschaft.

Slide 11 - Tekstslide

Industrialisatie
Afschaffing handel in slaafgemaakten
VK 1807
Engels abolitionisme
v.a. 1750
Opstanden op plantages
Het abolitionisme speelt in Engeland een grote rol. Veel mensen komen in actie tegen slavernij. 

Slide 12 - Tekstslide

Doel van de slide:
Leerlingen zien de 4 belangrijke oorzaken van de afschaffing van de Engelse slavernij (1833) op een rij. 
1. Opstanden op plantages: met name de opstand op Haïti had laten zien hoe risicovol deze opstanden waren. In dat geval had Frankrijk de kolonie verloren. De koloniale machten schaften liever slavernij af, als dat betekende dat ze wel de koloniën konden behouden. 
2. Industrialisatie: met de opkomst van machines, waren er minder mensen nodig om het werk te doen op de plantages. 
3. Afschaffing handel in slaafgemaakten (dit gebeurde onder druk van de abolitionisten): het was moeilijker slaafgemaakten te verkrijgen om het werk te doen. 
4. Het abolitionisme in Engeland: dit was een grote beweging, die een aanzienlijke rol heeft gespeeld in de afschaffing. Op deze slide wordt duidelijk dat het abolitionisme in eerste instantie invloed had op de afschaffing van de handel in slaafgemaakten (1807).
Industrialisatie
Afschaffing handel in slaafgemaakten
VK 1807
Engels abolitionisme
v.a. 1750
Opstanden op plantages
Het abolitionisme speelt in Engeland een grote rol. Veel mensen komen in actie tegen slavernij. 
Afschaffing Slavernij Engeland
1833

Slide 13 - Tekstslide

Doel van de slide:
Leerlingen zien dat deze 4 zaken zorgen voor de afschaffing van de Engelse slavernij (1833).
Industrialisatie
Afschaffing handel in slaafgemaakten
VK 1807
Engels abolitionisme
v.a. 1750
Opstanden op plantages
Het abolitionisme speelt in Engeland een grote rol. Veel mensen komen in actie tegen slavernij. 
Afschaffing Slavernij Engeland
1833
Engeland legt druk op Nederland en andere landen om de slavernij af te schaffen
Nederlands abolitionisme

Slide 14 - Tekstslide

Doel van de slide:
Leerlingen zien de gevolgen van de 
situatie in Engeland.

Er komen 2 blauwe vakjes/gevolgen bij:
1. Engeland gaat druk leggen op andere landen om de slavernij af te schaffen.
2. Er ontstaat een kleine Nederlandse abolitionistische beweging.

Achtergrondinformatie mbt druk vanuit Engeland:
"De oorlogen op het vasteland van Europa breidden zich als direct gevolg van de napoleontische bezetting uit naar de Europese koloniën. In dezelfde periode dat Napoleon Europa bezette, bezette Engeland Bonaire (in 1804) en Curaçao (in 1805). In de onderhandelingen om hun soevereiniteit terug te krijgen en een constitutionele vorst aan te stellen, werden de Nederlanders in 1814 verplicht hun deelname in de slavenhandel te staken. Engeland behield Sri Lanka en Kaap de Goede Hoop, maar betaalde daarvoor de nieuwe Nederlandse koning Willem I compensatie waarmee hij zijn leger kon opbouwen."
Bron: Nimako, K. 'Slavernij, afschaffingen en doorwerkingen'. Staat en Slavernij. Amsterdam: Atheneum, 2023. p. 127.

Industrialisatie
Afschaffing handel in slaafgemaakten
VK 1807
Engels abolitionisme
v.a. 1750
Opstanden op plantages
Het abolitionisme speelt in Engeland een grote rol. Veel mensen komen in actie tegen slavernij. 
Afschaffing Slavernij Engeland
1833
Engeland legt druk op Nederland en andere landen om de slavernij af te schaffen
Nederlands abolitionisme
Afschaffing Slavernij
Nederland
1863

Slide 15 - Tekstslide

Doel van de slide:
Leerlingen zien dat de Engelse situatie Nederland beïnvloedt.
Er komt 1 blauw vakje bij:
- De Nederlandse slavernij wordt afgeschaft in 1863.

Er staat een stippelpijl vanaf het Nederlands abolitionisme: dit was zo'n kleine beweging dat deze nauwelijks invloed had.
Vooral de internationale druk, met name vanuit Engeland, zorgde voor de Nederlandse afschaffing.
Industrialisatie
Afschaffing handel in slaafgemaakten
VK 1807
Engels abolitionisme
v.a. 1750
Opstanden op plantages
Het abolitionisme speelt in Engeland een grote rol. Veel mensen komen in actie tegen slavernij. 
Afschaffing Slavernij Engeland
1833
Engeland legt druk op Nederland en andere landen om de slavernij af te schaffen
Nederlands abolitionisme
Afschaffing Slavernij
Nederland
1863

Slide 16 - Tekstslide

Doel van de slide:
De rode vakken hadden ook allemaal invloed op de Nederlandse afschaffing.
Om niet een wirwar van pijlen te creëren wordt dat op deze manier nog benadrukt.

Extra achtergrondinformatie
De Napoleontische tijd in NL speelt ook een rol in de afschaffing van de slavernij. Dit is in dit schema niet meegenomen, omdat dat het geheel te complex maakt.


Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
De druk vanuit Engeland is een ...... van de afschaffing van slavernij door Nederland
Wij Vrouwen Eisen
Toon je kennis
A
kwestie
B
gevolg
C
conclusie
D
oorzaak

Slide 17 - Quizvraag

Doel van deze slide
De leerlingen denken na over oorzaak en gevolg.

Opdracht
Het goede antwoord is D.


Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Welke stelling klopt?
Wij Vrouwen Eisen
Toon je kennis
A
De Nederlandse abolitionisten hadden vrij veel invloed op de afschaffing van de Nederlandse slavernij.
B
De Engelse abolitionisten hadden vrij veel invloed op de afschaffing van de Nederlandse slavernij.

Slide 18 - Quizvraag

Doel van deze slide
De leerlingen denken na over hoe het abolitionisme de Nederlandse afschaffing beïnvloed heeft.

Antwoord
Het juiste antwoord is B.
Het Engelse abolitionisme was een grote beweging. Deze beweging speelde een grote rol in de afschaffing in Engeland. Vervolgens speelde Engeland een grote rol in de afschaffingen in andere landen. De Engelse abolitionisten hadden dus meer invloed op de Nederlandse afschaffing dan de Nederlandse. 
Doorwerking van het slavernijverleden
Er is nog altijd verzet tegen racisme: 
de Black Lives Matter-beweging is hier een voorbeeld van. 
Slavernij werd afgeschaft, maar racisme bleef bestaan.

Slide 19 - Tekstslide


Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Maar:
  • Geen twijfel aan de positie van Filips II.
  • De religieuze problemen worden vooruit geschoven.
Wat is de juiste definitie van abolitionisme?
Wij Vrouwen Eisen
Toon je kennis
A
Het verzet van slaafgemaakten tegen de slavernij
B
Het streven van een groep witte mensen om de handel in slaafgemaakten af te schaffen
C
Het streven van een groep witte mensen om de slavernij af te schaffen
D
Het verzet van slaafgemaakten én witte, vrije mensen om de slavernij af te schaffen

Slide 20 - Quizvraag

Doel van deze slide
Controle leeropbrengst.

Antwoord
Het juiste antwoord is C.


De abolitionisten verzetten zich tegen onrecht. Er bestaat nog steeds verzet tegen onrecht. Denk aan de Black Lives Matter-beweging. Noem nog een voorbeeld.
Bronnen van Onafhankelijkheid, 1576-1581
Bronnen van Onafhankelijkheid, 1576-1581
Toon je kennis
Toon je kennis
Toon je kennis
Toon je kennis
Toon je kennis

Slide 21 - Open vraag

Doel van deze slide
Leerlingen vormen een mening over wat ze net geleerd hebben. 

Noem iets wat je geleerd hebt van deze les en iets wat je nog niet goed begrijpt.
Bronnen van Onafhankelijkheid, 1576-1581
Bronnen van Onafhankelijkheid, 1576-1581
Toon je kennis
Toon je kennis

Slide 22 - Open vraag

Doel van deze slide
Controle leeropbrengst.