Oefenen met chemisch rekenen

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Oefenen chemisch rekenen

Zorg dat je je antwoorden van het HW bij de hand hebt
(die moet je straks invullen)

Daarnaast moet je je BINAS, rekenmachine en papier+pen bij de hand hebben.

(helaas moet ik machten van 10 hier typen als 10^..  en werkt sub en superscript niet.... dus kijk er een beetje doorheen....)

vraag 1
We lossen 1,25 gram natriumfosfaat op tot 385 mL oplossing. Bereken de molariteit van de natrium-ionen in deze oplossing.

1. 5,94 . 10^-2 M
2. 1,98 . 10^-2 M
3. 6,60 . 10^-3 M
4. niet gemaakt/anders

1) We lossen 1,25 gram natriumfosfaat op tot 385 mL oplossing. Bereken de molariteit van de natrium-ionen in deze oplossing.

Antwoord A:

Natriumfosfaat = Na3PO4   
(MM zie binas tabel 98)

n=1,25 g / 163,94 g/mol = 7,6….10-3 mol 

[Na3PO4] = 7,6….10-3 mol / 0,385 L = 1,98….10^-2 M

Na+ : Na3PO4 = 3 : 1 dus [Na+] = 3 x 1,98….10^-2 M = 5,94.10^-2 M

antw b: je hebt Na+ : Na3PO4 = 1 : 1  gebruikt

antw c:  Je hebt Na+ : Na3PO4 = 1:3 gebruikt
antw d: rekenfout? Verkeerde MM?

2) We verbranden 5,0 gram ethanol (CH3CH2OH) door lucht langs de (brandende) ethanol te blazen. Bij deze (volledige) verbranding wordt de benodigde zuurstof uit de lucht gebruikt. Bereken hoeveel liter lucht langs de ethanol geblazen moet worden om alle ethanol te verbranden. Je mag er vanuit gaan dat lucht voor 21 volume-% uit zuurstof bestaat. Bij de heersende omstandigheden geldt dat Vm = 55 L/mol.

1. 12 L
2. 85 L
3. niet gemaakt/anders
4. 57 L

2) We verbranden 5,0 gram ethanol (CH3CH2OH) door lucht langs de (brandende) ethanol te blazen. Bij deze (volledige) verbranding wordt de benodigde zuurstof uit de lucht gebruikt. Bereken hoeveel liter lucht langs de ethanol geblazen moet worden om alle ethanol te verbranden. Je mag er vanuit gaan dat lucht voor 21 volume-% uit zuurstof bestaat. Bij de heersende omstandigheden geldt dat Vm = 55 L/mol.

vraag 3:

We laten 0,20 gram (opgelost) fosforzuur (H3PO4) reageren met 45 mL
0,10 M natronloog. De oplossingen zitten niet in de juiste verhouding bij elkaar. De reactie die verloopt is:
H3PO4 (aq) + 3 OH- (aq) --> 3 H2O (l) + PO4 3- (aq)
Bereken het aantal fosfaat-ionen dat bij deze reactie ontstaat.

vr 3) We laten 0,20 gram (opgelost) fosforzuur (H3PO4) reageren met 45 mL

0,10 M natronloog. De oplossingen zitten niet in de juiste verhouding bij elkaar. De reactie die verloopt is:

 H3PO4 (aq) + 3 OH- (aq) --> 3 H2O (l) + PO4 3- (aq)

 Bereken het aantal fosfaat-ionen dat bij deze reactie ontstaat.

vr4: We hebben 25 mL 0,10 M bariumnitraat-oplossing. We voegen er nu 30 mL water aan toe. Bereken de nieuwe molariteit van de nitraat-ionen.
(maak een foto van je uitwerking en stuur dit in!)

vr 4)  We hebben 25 mL 0,10 M bariumnitraat-oplossing. We voegen er nu 30 mL water aan toe. Bereken de nieuwe molariteit van de nitraat-ionen.

Geef de vergelijking van de reacties die plaatsvinden, als men het volgende bij elkaar voegt:
vr 5) natronloog en een oplossing van ijzer(II)sulfaat

1. FeSO4 (aq) + NaOH (aq) --> Fe(OH)2 (s) + NaSO4 (aq)
2. FeSO4 (aq) + 2 NaOH (aq) --> Fe(OH)2 (s) + Na2SO4 (aq)
3. Fe 2+ (aq) + OH- (aq) --> FeOH (s)
4. Fe 2+ (aq) + 2 OH - (aq) --> Fe(OH)2 (s)

Geef de vergelijking van de reacties die plaatsvinden, als men het volgende bij elkaar voegt:

vr 5) natronloog en een oplossing van ijzer(II)sulfaat

Natronloog = oplossing van NaOH, dus Na+ (aq) + OH- (aq)

ijzer(II)sulfaat-opl = Fe2+ (aq) + SO4  2- (aq)

Maak een neerslagtabelletje mbv  BINAS tabel 45A

DUS  RV = Fe2+ (aq) + 2 OH- (aq) --> Fe(OH)2 (s)

                                                                                    ionen die niet mee reageren

                                                                                   (hier SO4 2- en Na+ schrijven
                                                                                   we niet in de RV

                                                                                   Dit zijn de TRIBUNE ionen.

en nu...

Jullie worden in teams weer naar aparte teams verdeeld

Maak vr11 van het oefenstencil en lever dit voor het eind van de dag met je groepje in.

HW :

maak vr 6 t/m 10,  (11)