Quadraam
Ruimte voor talent

Komedie

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
DramaMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Komedie,
 Leerjaar 2  Deeltaak 5

De informatie in deze lesson-up heb je nodig om een goede komische scene te kunnen maken.

De volgende slides gaan over 7 elementen die zorgen dat een scene, toneelstuk of film grappig wordt.
Kies een aantal van deze elementen die je in jouw scene wil verwerken.

Slide 2 - Tekstslide

1. De confrontatie
1. De confrontatie
Dit is de meest voor de hand liggende komische situatie. Er is een protagonist met een sterke wil en een antagonist met een even sterke tegenwil. Hoe deze twee botsende krachten hun zin proberen door te drijven, de veranderende strategieën en de oplopende emoties leveren de komedie op.





Slide 3 - Tekstslide

2. Het geheim
De meeste interessante conflicten zitten van binnen. Intern conflict.
Als iemand innerlijk kookt van emotie terwijl de situatie van hem vraagt dat hij naar buiten toe doet alsof er niks aan de hand is, is vrijwel alles wat hij doet en zegt automatisch grappig. Geheimen die bewaard moeten blijven zijn dus een goede basis voor komische scènes.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

3. Miscommunicatie
Miscommunicatie, waarbij de ene het ene bedoelt en de andere iets totaal anders denkt te horen, wordt leuker naarmate de partijen beter hun best doen om elkaar te begrijpen. Goede bedoelingen worden belemmerd door het menselijk tekort.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

4. Voorkennis
Het publiek weet iets wat de personages niet weten. Dit kan zo simpel zijn als een man die een deftige speech houdt voor een groot publiek terwijl zijn gulp openstaat.

bij thriller heet dit: SUSPENSE

Slide 8 - Tekstslide

5. Ordeverstoring
Deze komische situatie speelt zich af in een omgeving waar sprake is van bepaalde gebruiken en verwachtingspatronen. Als er iets gebeurt wat deze gang van zaken verstoort, komen alle deelnemers voor een lastige keuze te staan. Reageren ze op de ordeverstoring en breken hiermee de conventie nog meer? Proberen ze de situatie te rectificeren? Of houden ze hun gezicht in de plooi en gaan ze precies door volgens de ongeschreven regels alsof er niks aan de hand is? Tegelijkertijd moeten ze hun omgeving sterk in de gaten houden om te zien of anderen misschien anders reageren.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

6. Sneeuwbaleffect
Wat de komische situatie ook is, de protagonist moet een strategie kiezen om de obstakels te overwinnen. Maar wat als deze strategie het probleem niet oplost? Wat als hij een nieuw, groter probleem veroorzaakt of de situatie alleen nog maar erger maakt? Wat voor paniek, frustratie maakt dit los bij de held? Wat voor nieuwere, creatievere strategieën zal hij nu moeten bedenken? Dit is de essentie van het sneeuwbaleffect.
 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

7. Onlogische logica
Slapstick leunt ook op een ander gegeven: een kijker krijgt een onlogische situatie gepresenteerd als logica. Hoewel de mogelijkheden hierin onbegrensd lijken, is ook deze situatie sterk afhankelijk van het karakter van de held. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide