Quadraam
Ruimte voor talent

4. Het Einde van de Koude Oorlog 1920

De Koude Oorlog

EINDE VAN DE KOUDE OORLOG

1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

De Koude Oorlog

EINDE VAN DE KOUDE OORLOG

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Je kan uitleggen hoe de volgende gebeurtenissen verlopen zijn: 
  1. Het communisme van Michael Gorbatsov
  2. De val van het Oostblok en de Berlijnse Muur
  3. De Duitse eenwording 

Slide 2 - Tekstslide

Wat betekent de Koude Oorlog?
A
Een oorlog gevoerd in een koude periode
B
Een oorlog waarin veel actie ondernomen wordt
C
Een oorlog waarin weinig actie ondernomen wordt

Slide 3 - Quizvraag

De Koude Oorlog begint na:
(er zijn meerdere antwoorden goed)
A
de nederlaag van Duitsland
B
de dood van Roosevelt (april 1945)
C
nederlaag van Japan
D
na WOII in 1945

Slide 4 - Quizvraag

Na de Tweede Wereldoorlog was er al snel een nieuwe vijand voor de VS. Wat was de nieuwe vijand van de VS?
A
het kapitalisme
B
het liberalisme
C
het socialisme
D
het communisme

Slide 5 - Quizvraag

Kapitalisme
A
Westen
B
Oosten

Slide 6 - Quizvraag

Wat is Marshallhulp?
A
Hulp aan arme kinderen in Afrika
B
Economische hulp van de VS aan Europa na WOII
C
Hulp voor de SU tijdens de Koude Oorlog.
D
Militaire hulp van de VS

Slide 7 - Quizvraag

Het opstellen van vijfjarenplannen hoort bij...
A
nieuwe economische politiek
B
de planeconomie
C
collectivisatie
D
zuiveringen

Slide 8 - Quizvraag

Welke uitspraak over de CUBACRISIS is juist? De Cubacrisis is:
A
de aanleiding voor de revolutie op Cuba.
B
de oorzaak van het invoeren van hervormingen in Cuba.
C
de reden voor militaire steun van de VS aan Cuba.
D
het gevolg van het plaatsen van raketinstallaties op Cuba.

Slide 9 - Quizvraag

Vrije markteconomie past bij
A
communisme
B
kapitalisme

Slide 10 - Quizvraag

Wat heeft niets met de Koude Oorlog te maken?
A
Aanpassingspolitiek
B
Containmentpolitiek
C
Truman-doctrine
D
De Dominotheorie

Slide 11 - Quizvraag

Vraag en aanbod bepalen hoeveel auto's er gemaakt worden.
A
Planeconomie
B
vrijemarkteconomie
C
vrije economie
D
slimme economie

Slide 12 - Quizvraag

4. Het einde van de Koude Oorlog
CRISIS IN DE SOVJETUNIE

Slide 13 - Tekstslide

De planeconomie blijkt niet te werken
  • Planeconomie: voor bepaald aantal jaar vastleggen wat er geproduceerd moet worden (5 jaar in het geval SU)
  • Economisch gezien een rampzalig idee => Altijd tekorten, heel veel regeltjes en slechte kwaliteit producten=> Veel armoede onder bevolking SU 


Er was erg veel onvrede onder de bevolking

Slide 14 - Tekstslide

DE WAPENWEDLOOP 
De wapenwedloop met het Westen kostte enorm veel geld. 

De SU kon deze kosten, gezien de falende planeconomie, moeilijk opbrengen
De VS dreven de wapenwedloop nog verder op met Reagans Star Wars Program (SDI)


De eerste mens in de ruimte was in 1961 de  kosmonaut Joeri Gagarin uit de Sovjet Unie. 
De Amerikaanse Neil Armstron eerste man op de maan in 1969

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

De hervormingen van Gorbatsjov  
  • PERESTROJKA ofwel economische hervormingen => De Staat gaat zich minder bemoeien met economie, er wordt meer initiatief van burgers toegestaan.
  • Einde wapenwedloop (=>meer geld voor economie)
  • GLASNOST ofwel meer openheid => een meer democratischer bestuur, meer partijen werden toegestaan. Meer vrijheid voor burgers dus... 

Slide 17 - Tekstslide

De gevolgen van deze hervormingen.
Gorbatsjov wilde het communisme hervormen, niet afschaffen!  

Glasnost => meer openheid => mensen begonnen hun mening te geven=> overheid greep niet meer in. 

Perestrojka => men mocht weer eigen bedrijfjes stichten, het westen werd gevraagd deze ontwikkeling te steunen.

Ronald Wilson Reagan was de 40e president van de Verenigde Staten van 1981 tot 1989. Reagan ging, na een carrière als filmacteur, in de politiek. 
Michail Sergejevitsj Gorbatsjov is een voormalig secretaris-generaal van de Communistische Partij van de Sovjet-Unie van 1985 tot 1991 en president van de Sovjet-Unie van 1990 tot 1991.

Slide 18 - Tekstslide

Het Oostblok valt uiteen
  • Verzet tegen de communistische dictaturen>  steeds sterkere roep om democratische vrijheden en het recht om in vrijheid te reizen.
  • In het kader van glasnost nam de censuur af, burgers durfden meer te schrijven en wensen.

Vóór Gorbatsjov => hard militair optreden tegen anti-communistische opstanden (DDR in '53, Polen en Hongarije in '56, Praagse Lente '68) 
  • Gorbatsjov: weigert militair in te grijpen in de DDR 


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Gevolgen 
  • Val van de Muur (1989) 
  • Val van overige communistische regimes (Polen, Hongarije etc )
  • Einde eenpartijstaat in SU > Sovjet-Unie wordt opgeheven (1991)  
  • Burgeroorlog in voormalig Joegoslavië

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Slide 23 - Video

Slide 24 - Video

De Duitse Eenwording

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

HET NIEUWE GROTE DUITSLAND
  1. De bevolking groeide naar 79 miljoen inwoners
  2. De hereniging was een droom voor veel Oost-Duitsers
  3. De kosten om het  communistische Oost-Duitsland om te zetten naar het kapltalismse waren erg hoog. 
  4. De belasting werd flink verhoogd.
  5. Prijzen van levensmiddelen en huren stijgen
  6. Sluiting van Oost-Duitse fabrieken leidden tot werkloosheid. 

Slide 27 - Tekstslide

Helmut Kohl
  • In 1990 werd Duitsland weer één land. 
  • Velen maakten zich zorgen over een groot Duitsland.  Ze waren tenslotte al twee keer een oorlog begonnen? 
  • Duitsland speelt een belangrijke rol in de  Europese Eenwording. 

Slide 28 - Tekstslide

Einde van de Sovjet-Unie- 1991
  • Veel verschillende volken willen niet meer bij de Sovjet-Unie horen. Nationalisme komt sterk op in Oost-Europa
  • In 1991 houdt de Sovjet-Unie dan ook op te bestaan: grote delen van de Sovjet- Unie worden onafhankelijke landen, zoals Oekraïne, Wit-Rusland en Armenië, Estland, Letland, Lithouwen etc.
  • Het deel dat nog overblijft gaat verder als Rusland o.l.v. Boris Jeltsin.

Slide 29 - Tekstslide

Nieuwe machtsverhoudingen 
  • Communistische regimes komen ten val en worden democratisch. 
  • Het Warschaupact wordt opgeheven 
  • Oost Europese landen worden lid van de  NAVO
  • 2004: Oost-Europese landen worden lid van de EU
  • SCHEIDING OOST/WEST VOORBIJ

In 1991 breekt in Joegoslavië een bloedige burgeroorlog uit. 

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

                De burgeroorlog in voormalig Joegoslavië

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link

Slide 34 - Video

Gallerija 11/7/95  Sarajevo

Slide 35 - Tekstslide

Welke bewering over de politiek van Gorbatsjov is juist? Gorbatsjov wilde:
A
afschaffing van het communisme.
B
hervorming van het communisme.
C
uitbreiding van de macht van de Sovjet-Unie.
D
versterking van de staatsbedrijven.

Slide 36 - Quizvraag

GLASNOST was openheid over het bestuur van het land. Mensen kregen ook meer vrijheid om hun mening te uiten.
Welke politicus voerde deze hervormingen in?
A
Chroesjtsjov
B
Gorbatsjov
C
Brezjnev
D
Stalin

Slide 37 - Quizvraag


Hoe werden de ECONOMISCHE HERVORMINGEN in de SU in de tweede helft van de jaren '80 genoemd?
A
Glasnost
B
Nieuwe Economische Politiek
C
Perestrojka
D
Collectivisatie

Slide 38 - Quizvraag

Welke leiders waren aan de macht ten tijde van de val van de Berlijnse Muur?
A
Chroetsjov en Kennedy
B
Stalin en Roosevelt
C
Reagan en Chroetsjov
D
Bush en Gorbatsjov

Slide 39 - Quizvraag

Welke gebeurtenis wordt meestal gezien als het einde van de Koude Oorlog?
A
De val van de Berlijnse Muur (november 1989)
B
De eenwording van Duitsland (oktober 1990)
C
Het einde van de Sovjet-Unie (december 1991)
D
De aanval op de Verenigde Staten (september 2001)

Slide 40 - Quizvraag

Welke staten zijn na het einde van de Koude Oorlog uiteengevallen?
A
de Sovjet-Unie en Duitsland
B
Joegoslavië en de Sovjet-Unie
C
Frankrijk en Hongarije
D
Hongarije en Italië

Slide 41 - Quizvraag

In 1991 viel de Sovjet-Unie uit elkaar. Dit had grote gevolgen voor veel landen in Oost-Europa.
Welk gevolg geldt voor veel landen van Oost-Europa?
A
de invoering van de euro
B
de invoering van het kapitalisme
C
de toetreding tot de EU
D
Het nationalisme kwam in veel landen opzetten.

Slide 42 - Quizvraag

Aan de slag! 
Hoofdstuk 4 Het einde van de Koude Oorlog
Afmaken H4 + nakijken + inleveren via Teams. 

Klaar=> oefen met Quizlet
Maak een samenvatting van de leerdoelen. 

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Link