Quadraam
Ruimte voor talent

Prepositions of direction

Prepositions of direction
Grammar 4
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Prepositions of direction
Grammar 4

Slide 1 - Tekstslide

Prepositions of direction tells in which direction someone or something is moving.

Slide 2 - Tekstslide

Across

After

Along

Alongside

Around
Naar de overkant

Achterna

Langs

Gelijk op met

Om ... heen

Slide 3 - Tekstslide

Down

From

Into

Off

Onto
Naar beneden

Van

In

Van ... af

Op

Slide 4 - Tekstslide

Out of

Over

Past

Round

To
Uit

Overheen

Voorbij

Rond

Naar

Slide 5 - Tekstslide

Through

Towards

Up
Door

Naar ... toe

Naar boven

Slide 6 - Tekstslide

Nu een paar vragen.
Je moet invullen welke van de prepositions of direction het best in de zin past.

Slide 7 - Tekstslide

I am going ... my grandma's house.

Slide 8 - Open vraag

Mike met me ... the river.

Slide 9 - Open vraag

In my vacation I jump ... a plane.

Slide 10 - Open vraag

I took my dog for a little walk ... the block

Slide 11 - Open vraag

The cat fell ... the tree.

Slide 12 - Open vraag

The rocket flew ... the atmosphere.

Slide 13 - Open vraag

The painting fell ... the wall.

Slide 14 - Open vraag

Shall we go for a walk ... the park?

Slide 15 - Open vraag

He was walking ... my new house

Slide 16 - Open vraag

My mom ran ... me, because I stole some cookies.

Slide 17 - Open vraag

The capitain took a walk ... the ship before leaving

Slide 18 - Open vraag