Quadraam
Ruimte voor talent

Verloop van een rechtszaak

Criminaliteit
De rechter
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 4

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Introductie

Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier het rechtsproces in Nederland verloopt.

Onderdelen in deze les

Criminaliteit
De rechter

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je herkennen en uitleggen op welke manier het rechtsproces in Nederland verloopt.

Slide 2 - Tekstslide

Weet je nog?
De officier van justitie besluit om een verdachte voor de rechter te brengen. Dit noemen we ....

Slide 3 - Tekstslide

Pech...naar de rechter!


  • dagvaarding (waarom, wanneer, waar)


  • rechtszitting 


  • soms bij verstek veroordelen

Dit betekent dat de verdachte niet aanwezig is bij de rechtszaak.

Slide 4 - Tekstslide

Hoe verloopt een rechtszaak?
Een rechtszaak verloopt altijd aan de hand van 8 stappen.


Maar eerst... Wie zit waar?

Slide 5 - Tekstslide

Wie is wie?

  1. Verdachte
  2. Rechter
  3. Advocaat
  4. Getuige(n)
  5. Pers
  6. Publiek
  7. Officier van Justitie
  8. Griffier
Officier van Justitie
Getuige(n)
Verdachte
Advocaat
Griffier
Rechter
Pers
Publiek

Slide 6 - Tekstslide

1. De opening
De rechter controleert de persoonsgegevens van de verdachte.

Slide 7 - Tekstslide

2. De aanklacht

De officier van justitie leest de aanklacht (=tenlastelegging) voor.

Slide 8 - Tekstslide

3. Het getuigenverhoor
Deskundigen en eventuele getuigen komen tijdens deze stap aan het woord. Getuigen en deskundigen kunnen ondervraagd worden door rechter, OvJ, advocaat (en door verdachte als de verdachte geen advocaat heeft en zichzelf verdedigt in de rechtszaal).


Getuigen mogen niet liegen. Doen ze dat wel, dan plegen zij meineed en dat is strafbaar.

Slide 9 - Tekstslide

4. Het verhoor van de verdachte
Eerst vertelt de verdachte zelf wat er is gebeurd. Dan ondervragen de rechters, de officier van justitie en de advocaat de verdachte.

Slide 10 - Tekstslide

5. Het requisitoir


De officier van justitie zet na de ondervragingen het bewijs op een rijtje en komt met de strafeis.

Slide 11 - Tekstslide

6. Het pleidooi

De advocaat gaat de verdachte verdedigen en vraagt om vrijspraak of een lichte straf in een pleidooi.

(Soms doet de verdachte zelf zijn verdediging en houdt dus zelf het pleidooi.)

Slide 12 - Tekstslide

7. Het laatste woord

De verdachte heeft altijd het laatste woord. De verdachte kan ook nog iets zeggen over de strafeis van de officier.

Slide 13 - Tekstslide

8. De uitspraak

De rechter vertelt of je schuldig of onschuldig bent en welke straf hij wil geven. Bij zware misdrijven is de uitspraak of het vonnis pas later (na twee weken).

Slide 14 - Tekstslide

Slachtoffers
Slachtoffers hebben ook rechten:
- Spreekrecht tijdens een rechtszaak (in stap 3)
- Recht om via de OvJ een schadevergoeding te eisen
- Recht op slachtofferhulp
- Recht op informatie; over de voortgang van de rechtszaak en inzage in het dossier.
- Nabestaanden van slachtoffers hebben ook spreekrecht.

Slide 15 - Tekstslide

Iemand niet voor de rechter laten komen wegens gebrek aan bewijs.
A
negeren
B
marchanderen
C
tutoyeren
D
seponeren

Slide 16 - Quizvraag

Hoe noem je de uitspraak van een rechter?
A
oordeel
B
uitslag
C
vonnis
D
conclusie

Slide 17 - Quizvraag

Wie leest het requisitoir voor?
A
De advocaat
B
De griffier
C
De officier van justitie
D
De rechter

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Video