Sinus en cosinus uitleg (en paar vraagjes)

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Hoe groot is

∠D

Sinus en cosinus

Sinus

Je kunt ook de sinus gebruiken om 

de grootte van een hoek te 

berekenen wanneer je de 

overstaande en schuine zijde weet. 

sin ∠  = overstaande zijde : schuine zijde

Voor het berekenen van 

hoeken gebruik je sin -1

Sinus

Je kunt de sinus ook gebruiken

om een onbekende zijde te 

berekenen wanneer je de hoek

weet.

Hierbij moet je de formule omschrijven

Voor het berekenen van 

een zijde gebruik je sin

Cosinus

Je kunt ook de cosinus gebruiken 

om de grootte van een hoek te 

berekenen wanneer je de 

aanliggende en schuine zijde weet. 

cos ∠  = aanliggende zijde : schuine zijde

Voor het berekenen van 

hoeken gebruik je cos -1

Cosinus

Je kunt de cosinus ook gebruiken

om een onbekende zijde te 

berekenen wanneer je de hoek

weet.

Hierbij moet je de formule omschrijven

Voor het berekenen van 

een zijde gebruik je cos

Bereken de grootte van hoek A

De torenwachter (T) zit op 43 meter hoogte. Bereken de grootte van hoek T1.

Cosinus = aanliggende : Schuine
Je doet hier dus cos-1(8 : 20) = 66,42 graden