Quadraam
Ruimte voor talent

Thema 8 Blok 3: Zorg of bemoeizucht


Blok 3 Zorg of Bemoeizucht? 
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
mens en maatschappijMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les


Blok 3 Zorg of Bemoeizucht? 

Slide 1 - Tekstslide

Agenda invullen

Mk.: 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 15, 16, 17, 18, 21, 23, 24 en 25
Lz: Blz 42 t/m 45
Lr: K&K + begr. bl 1, 2 en 3

Denk ook aan het inplannen van je PO!

2C & 2D bij 19 november
2A & 2B bij 21 november
2E  & 2F bij 22 november

Slide 2 - Tekstslide

3. Zorg of bemoeizucht
Deelvraag: Leidt de zorg van de overheid tot vrijheid of onvrijheid?

Slide 3 - Tekstslide

Les 1 Wat kun je na blok 3?
  • uitleggen wat het verschil is tussen basisbehoeften en overige behoeften.
  • de ontwikkeling van nachtwakersstaat tot verzorgingsstaat beschrijven.
  • drie vormen van sociale zekerheid noemen.
  • uitleggen hoe de sociale zekerheid betaald wordt..
  • uitleggen wat het verschil is tussen directe belastingen en indirecte belastingen.
  • uitleggen waarom de overheid accijns heft.
  • berekeningen maken met btw.
  • berekeningen maken met gegevens uit de rijksbegroting.
  • uitleggen hoe het begrotingstekort de staatsschuld veroorzaakt.
  • uitleggen wat de ‘valkuil van de sociale zekerheid’ is.

Slide 4 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
1. Voorkennis activeren
2 Uitleg
3. Zelfstandig werken
4. Filmpje
5. Samen werken

Slide 5 - Tekstslide

In thema 6 Arm en Rijk
BASISBEHOEFTEN
Wat weet je nog?

Slide 6 - Woordweb

Wat betekent BTW?
A
belasting toegevoegde waarde
B
belasting terug winnen
C
belasting tegen werken
D
belasting toegevoegde winst

Slide 7 - Quizvraag

Liberalen vinden ... het aller belangrijkste.
A
vrijheid
B
gelijkheid
C
geld
D
geloof

Slide 8 - Quizvraag

Een land met een overheid die veel geld uitgeeft aan onderwijs, gezondheidszorg en uitkeringen is:
A
Een luilekkerland
B
Een verzorgingsstaat
C
Een verzorgend land
D
Een bijstandsland

Slide 9 - Quizvraag

Sociale voorzieningen worden betaald met ....
A
Belastinggeld
B
Premies
C
Uitkeringen
D
BTW

Slide 10 - Quizvraag

Zorgen voor jezelf


Basisbehoeften
  • Voedsel
  • Huisvesting
  • Onderwijs
  • Gezondheidszorg
Uitleg

Slide 11 - Tekstslide

Zorgen voor jezelf
Soorten behoeften: 
Behoeften -> Alles wat je nodig hebt en/ of graag wilt hebben.

Wat zijn basisbehoefte?  Dat wat mensen nodig hebben om goed te kunnen (over)leven.

Overige behoeften: alle andere behoeften bv een verzekering of ID kaart. Deze behoeften worden soms door anderen bepaald. 


Als iedereen kan voorzien in zijn eigen behoeften, is de welvaart groot.

Slide 12 - Tekstslide

Voor iedereen
De overheid zorgt voor voorzieningen die voor iedereen zijn: bv. dijken, wegen, straatverlichting... Zo leef je in een veilige omgeving! 

De overheid betaalt deze voorzieningen met het geld van de belasting.

Soms vraagt de overheid ook nog  extra bijdrage in de vorm van tol. Dan betalen de gebruikers extra. 

Voor de Westerscheldetunnel in Zeeland moet je tol betalen.

Slide 13 - Tekstslide

Hier en toen: De overheid zorgt voor je
  1. Rond 1850 zijn de Liberalen aan de macht. 
    --> Zij wilden een staat met weinig overheidsbemoeienis, een nachtwakersstaat.

Na 1870  begon de industrialisatie
-1874 Kinderwetje van Van Houten
-1901 Ongevallenwet

Volgens het kinderwetje mochten kinderen jonger dan 12 niet meer werken in fabrieken

Slide 14 - Tekstslide

De overheid zorgt voor je
Jaren ’30 economische crisis:
-Werkgelegenheidsproject: Afsluitdijk.

Na de Tweede Wereldoorlog wilde de overheid een bestaansminimum garanderen: verzorgingsstaat.
De overheid zorgde voor een vangnet voor alle burgers. 

Als je werkloos was in de jaren ’30, moest je twee keer per dag stempelen om een kleine uitkering te ontvangen. Foto uit 1931.

Slide 15 - Tekstslide

Zorgen voor elkaar
Er is in Nederland sociale zekerheid: een uitkering voor mensen die niet kunnen werken.

  • Werknemersverzekeringen voor mensen die werken: werkloosheid (WW) en arbeidsongeschiktheid (WIA). 
  •  Volksverzekeringen voor iedereen: ouderdom (AOW), kinderbijslag. 
  •  Sociale voorzieningen: bijstand (WWB), huurtoeslag, zorgtoeslag. 

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Zelfstandig  werken
Lezen: Blz 42 t/m 45
Maken: 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 15, 16, 17, 18, 21, 23, 24 en 25 
Leren: Kennen en Kunnen. Begrippen. Leerdoelen -> samenvatting maken 
 
 
Denk aan: Netjes werken, hoofdletters, punten & verbeteren in een andere kleur. 
timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video

Samenwerken
Lezen: Blz 42 t/m 45
Maken: 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 15, 16, 17, 18, 21, 23, 24 en 25 
Leren: Kennen en Kunnen. Begrippen. Leerdoelen -> samenvatting maken 
 
 
Denk aan: Netjes werken, hoofdletters, punten & verbeteren in een andere kleur. 

Slide 20 - Tekstslide

3. Zorg of bemoeizucht
Deelvraag: Leidt de zorg van de overheid tot vrijheid of onvrijheid?

Slide 21 - Tekstslide

Les 2 Wat gaan we doen?
1. Uitleg
2. Zelfstandig werken
3. Rekenen met BTW
4. Samen werken
5. Quizlet

Slide 22 - Tekstslide

Wat kun je na blok 3?
  • uitleggen wat het verschil is tussen basisbehoeften en overige behoeften.
  • de ontwikkeling van nachtwakersstaat tot verzorgingsstaat beschrijven.
  • drie vormen van sociale zekerheid noemen.
  • uitleggen hoe de sociale zekerheid betaald wordt..
  • uitleggen wat het verschil is tussen directe belastingen en indirecte belastingen.
  • uitleggen waarom de overheid accijns heft.
  • berekeningen maken met btw.
  • uitleggen hoe het begrotingstekort de staatsschuld veroorzaakt.
  • uitleggen wat de ‘valkuil van de sociale zekerheid’ is.

Slide 23 - Tekstslide

Wie betaalt dat allemaal?
De overheid ontvangt geld van de inwoners van Nederland. Zij betalen belasting en sociale premies.

  • Mensen die werken spreken met hun baas een brutoloon af.
  • Op je rekening ontvang je je nettoloon.
    Dat is je brutoloon - de loonheffing.
  • Loonheffing bestaat uit de loonbelasting en de premies voor de volksverzekeringen. 


Slide 24 - Tekstslide

Op je loonstrookje staat hoeveel loonheffing je betaalt.

Slide 25 - Tekstslide

De overheid beperkt en stimuleert
  • Accijns = extra belasting op ongezonde en milieuvervuilende producten. 
  • Op alle producten die worden verkocht, zit belasting op de toegevoegde waarde (btw). 

  • Subsidie = een bedrag dat je krijgt als beloning voor goed gedrag. 

Voor sigaretten betaal je veel accijns

Slide 26 - Tekstslide

De overheid beperkt en stimuleert
Directe belasting = belasting die je rechtstreeks aan de overheid betaalt: loon- en inkomstenbelasting.

Indirecte belasting = belasting die je via een omweg betaalt, zoals btw of accijns. Dat betaal je aan de winkelier, die het afdraagt aan de overheid.

Slide 27 - Tekstslide

Indirecte belasting 

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Plannen van de regering
Op Prinsjesdag leest de koning de Troonrede voor. Daarin staan de plannen van de regering voor het volgend jaar.

  • Rijksbegroting: overzicht van alle verwachte inkomsten en uitgaven van de overheid voor het volgend jaar. 
  • Als de overheid van plan is meer uit te geven dan ze denkt te ontvangen, is er een begrotingstekort
  • Als de overheid geld leent, ontstaat er een staatsschuld

Slide 30 - Tekstslide

Nadelen van sociale zekerheid

Hoge belasting en sociale premies stimuleert mensen niet om betaald werk te zoeken. 

Sommigen mensen gaan zwart werken: stiekem werken zonder belasting en premies te betalen.

Valkuil van de sociale zekerheid

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Zelfstandig  werken
Lezen: Blz 42 t/m 45
Maken: 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 15, 16, 17, 18, 21, 23, 24 en 25 
Leren: Kennen en Kunnen. Begrippen. Leerdoelen -> samenvatting maken 
 
 
Denk aan: Netjes werken, hoofdletters, punten & verbeteren in een andere kleur. 
timer
15:00

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Link

3. Zorg of bemoeizucht
Deelvraag: Leidt de zorg van de overheid tot vrijheid of onvrijheid?

Slide 36 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
1. Zelfstandig werken
2. Rekenen met btw
3. Tussentijdse check: Hoe ver ben je met al je werk?
4. Samen werken

Slide 37 - Tekstslide

Zelfstandig  werken
Lezen: Blz 42 t/m 45
Maken: 2, 3, 5, 6, 7, 8, 9, 10, 11, 12, 13, 15, 16, 17, 18, 21, 23, 24 en 25 
Leren: Kennen en Kunnen. Begrippen. Leerdoelen -> samenvatting maken 
 
 
Denk aan: Netjes werken, hoofdletters, punten & verbeteren in een andere kleur. 
timer
15:00

Slide 38 - Tekstslide

Hoe ver ben je al? 
Bespreek in je groepje:
1. Heb je blok 1 en 2 af en laten aftekenen?
2. Welke onderdelen van het PO heb je al af?
3. Heb je al de begrippen en Kennen&Kunnen lijst van blok 1 en 2 geleerd?
4. Hoe heb je het leerwerk in je agenda ingepland. Laat dit elkaar zien. 

Klassikaal
1. Bij wie gaat het echt goed? Hoe krijgen anderen dat ook voor elkaar?

Bij de docent
1. Wie zou er graag nog extra hulp willen met inplannen/overzicht? Neem je agenda mee. 

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide