Cyberpesten les 2 (van 3)

• Basisschool
• Groep 6-8

Introductie

Social media: Wie gebruikt het niet?! Veel klassen hebben zelfs een klassenapp en er worden ook veel groepsapps binnen de klas gemaakt. Hoe vind iedereen dat eigenlijk? Hoe gaan we daarmee om? En hoe ziet pesten online er eigenlijk uit? In deze les gaan de leerlingen middels een rollenspel ervaren wat cyberpesten betekent voor alle betrokken partijen. Ze leven zich in in de verschillende rollen: dader, slachtoffer, meeloper, vriend van het slachtoffer. Ze analyseren een pestsituatie en ondervinden hoe je allemaal je eigen verantwoordelijkheid kunt pakken om ook cyberpesten te stoppen. Kerndoelen: 1, 3, 37 54 en 55

Instructies

Dit is deel 2 van een serie van 3 'anti-cyberpestlessen', die zowel opeenvolgend als los gegeven kunnen worden. In de bijlage vind je een algemene introductie en de opbouw van de 3 lessen.

Benodigdheden: één geprinte hand-out, in vieren geknipt (zie bijlage).

Werkbladen

cue-cardsles2.pdf

KLASSIKAAL

Fris het thema Cyberpesten op bij je klas en zoom al snel in op het gebruik van WhatsApp en social media. “Pesten online…” Gebeurt het ook in jouw klas? Vraag naar ervaringen. Het probleem van online pesten: de echte reactie en gevoelens van de ontvanger blijven vaak onzichtbaar. Maak dit bespreekbaar met je klas. En wat zou er gebeuren als zo’n online gesprek live zou zijn? Zou je dan minder durven zeggen? Test het met je klas. Let’s get real!

KLASSIKAAL

Met de klas ga je een rollenspel doen. Vier leerlingen spelen een rol. Deze leerlingen krijgen elk een ‘Cue Card’ die ze van tevoren bestuderen (zie bijlage). Hierop staat de rol beschreven die ze moeten spelen. De rest van de klas is getuige van het rollenspel en geeft feedback. 

KLASSIKAAL 

Introduceer het rollenspel met de volgende tekst:

"Dit zijn: Sandra, Youssef, Finn en Jazzlynx uit groep ... Ze zijn die dag naar school geweest en komen thuis. Sandra stuurt een appje ..." Nu begint het rollenspel. De leerlingen beginnen te acteren. Activeer de leerlingen en moedig ze aan om het helemaal uit te spelen. Als het moeizaam gaat, kun je ervoor kiezen om het nog een keer door vier andere leerlingen te laten spelen, zonder commentaar te geven op de eerste groep. Zorg dat het een echte scène wordt.

KLASSIKAAL

Bespreek de scène klassikaal na. Vraag eerst de leerlingen in de klas om te reageren. Wat denken ze dat er aan de hand is? Vraag goed door. 

Vraag nu de spelers om te vertellen wie ze zijn en waarom ze hun rol op een bepaalde manier speelden. Laat ze de 'Cue Cards' eventueel voorlezen. Bespreek nu nogmaals met de klas hoe de scène is verlopen. Hoe zou je dit pestgedrag kunnen veranderen of tegen kunnen gaan? Wie zou er actie moeten ondernemen en hoe?

Optioneel: speel de besproken oplossingen in een nieuwe scène uit. Laat het publiek de spelers coachen!