De Gouden WekenDe eerste weken van het schooljaar – de Gouden Weken – zijn bepalend voor het creëren van een fijne, veilige sfeer in de groep. Leerlingen verkennen elkaar, de docent en de regels. In deze periode worden de normen en waarden van een groep bepaald. De docent speelt in deze fase een belangrijke rol. Hoe maak je nu samen met kinderen een goede start van het schooljaar? En hoe stimuleer je een positieve groepsvorming waar je een jaar lang plezier van hebt?
We hebben drie lessen ontwikkeld binnen de drie eerste fases van groepsdynamica; forming (les 1), norming (les 2) en storming ( les 3). Op deze drie lessen volgt de Week tegen Pesten (performing).
Lees hier meer over groepsdynamica. Hoe de mechanismes werken, hoe je groepsdynamica kunt sturen en de groepsvorming een positieve wending geeft.
Voorbereiding- Lees van tevoren de informatie over groepsdynamica door
- Doe voorafgaand les 1: Ik ben, ik ben, wie jij niet bent.
- Elke leerling heeft het speeddate formulier nodig en een potlood of pen.
BijlageSpeeddate formulier
Competenties
Kennis
De leerling leert……de klasgenoten beter kennen door middel van het speeddaten
…overeenkomsten zien in de klas door middel van de nabespreking
Vaardigheden
De leerling……oefent met zichzelf presenteren tegenover een ander
…luistert met aandacht naar de ander
…leer de werkvorm speeddaten kennen
…kan klassikaal reflecteren op de opdracht
HoudingOpen, reflectief, geïnteresseerd, nieuwsgierig, respectvol, betrokken, actief
BurgerschapMet deze lessenserie groepsdynamica werk je aan de volgende actuele burgerschapskerndoelen:
Kerndoel 1. Veilige schoolcultuur:• Zorgen voor een veilige schoolomgeving met aandacht voor diversiteit en inclusie.
• Stimuleren van kritische denkvaardigheden, morele en ethische oordeelsvorming en het offline en online respectvol communiceren daarover.
• Samen met leerlingen vormgeven van een democratische cultuur
Kerndoel 2. Diversiteit:• Verkennen van en reflecteren op de eigen offline en online identiteit in relatie tot anderen.
• In gedrag rekening houden met ervaringen en perspectieven van anderen.
Kerndoel 3. Democratische waarden:• Verkennen op basis van morele en ethische perspectieven wat rechtvaardigheid en verantwoordelijk handelen betekent voor jezelf.
• Afwegen hoe het eigen handelen effect heeft op de omgeving en het welzijn van anderen, nu en in de toekomst.
Kerndoel 4. Maatschappelijke betrokkenheid:• Benoemen en waarderen van de eigen bijdrage aan de samenleving in dagelijkse situaties.
• Verkennen van de eigen mogelijkheden om maatschappelijke betrokkenheid vorm te geven.
Kerndoel 5: Democratische betrokkenheid• Communiceren op respectvolle wijze
Kerndoel 6. Maatschappelijke vraagstukken:• Uitdrukken van persoonlijke idealen en opvattingen.
• Reflecteren hoe de eigen identiteit en waarden het handelen kunnen beïnvloeden.
• Verkennen welke individuele en collectieve bijdragen aan oplossingen mogelijk zijn.