Introductie
Groepsdynamiek les 2:
STORMEN.
De storm steekt op in de groep! In deze stormfase staat bij de leerling het ik-gevoel centraal. Er wordt tegen elkaar opgebokst; wie is het grappigst, wie is het slimst en vooral wie is er dominant? De leerlingen vechten om een positie binnen de groep.
Je zult veel over je groep horen van je collega’s en zelf ook af en toe met suizende oren in het lokaal zitten. Lessen verlopen moeizaam en de leerlingen hebben veel kritiek. Dat hoort bij deze fase.
Het belangrijkste is dat je als docent je klas snel, goed leert kennen. Je wilt de leerlingen later kunnen aanspreken op verantwoordelijkheden, zodat je ook hun talenten kunt inzetten in de groep. Dus ogen open en aan de slag!
De opdrachten van deze week lijken chaotisch. Dat klopt! Laat de leerlingen maar roepen tijdens het vervolg van: Guess who en laat ze maar druk doen tijdens Speed date. Ze zoeken allemaal naar hun plek in de groep. Door deze opdrachten zie je als docent meteen wie de grootste mond heeft, wie tactisch kan denken en wie er aanmoediging nodig heeft.
Observeer je leerlingen en zorg dat je iedereen ziet! Maak notities en profielbeschrijvingen. Begin met het bijhouden van een leerlingenboek waarin je al deze observaties opschrijft.
Geef niet op, het is bijna week drie!
Valkuil docent in les 2: Opgeven!
Instructies
In de bijlage vind je de uitgebreide instructie en achtergrond van de 6 lessen Groepsdynamiek.
Benodigdheden:
Geprinte hand-outs voor alle leerlingen (zie bijlage).
BurgerschapMet deze lessenserie groepsdynamica werk je aan de volgende actuele burgerschapskerndoelen:
- Kerndoel 1. Veilige schoolcultuur:
- Zorgen voor een veilige schoolomgeving met aandacht voor diversiteit en inclusie.
- Stimuleren van kritische denkvaardigheden, morele en ethische oordeelsvorming en het offline en online respectvol communiceren daarover.
- Samen met leerlingen vormgeven van een democratische cultuur
- Kerndoel 2. Diversiteit:
- Verkennen van en reflecteren op de eigen offline en online identiteit in relatie tot anderen.
- In gedrag rekening houden met ervaringen en Kerndoel 3. Democratische waarden:
- Bevragen van morele en ethische perspectieven op rechtvaardigheid en verantwoordelijkheid
- Reflecteren op de effecten van het eigen handelen op de omgeving en het welzijn van anderen, nu en in de toekomst.
- Kerndoel 4. Maatschappelijke betrokkenheid:
- Benoemen en waarderen van de eigen bijdrage aan de samenleving in dagelijkse situaties.
- Afwegingen maken van de eigen mogelijkheden om maatschappelijke betrokkenheid vorm te geven.
- Kerndoel 5. Democratische betrokkenheid
- Communiceren op een respectvolle wijze
- Kerndoel 6. Maatschappelijke vraagstukken:
- Uitdrukken van persoonlijke idealen en opvattingen.
- Reflecteren hoe de eigen identiteit en waarden het handelen kunnen beïnvloeden.
- Verkennen welke individuele en collectieve bijdragen aan oplossingen mogelijk zijn.