1F H15 les 2 tijd omrekenen opdr 12 t/m 21

1F H15 les 2 tijd omrekenen opdr. 12 t/m 21
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 5

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

1F H15 les 2 tijd omrekenen opdr. 12 t/m 21

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we doen?
Aan het eind van de les weet je hoe je uren naar minuten kunt omrekenen en hoe je minuten naar seconden omrekent.


Slide 2 - Tekstslide

Wat weet je nog?

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel dagen hebben wij in 1 jaar?
A
370
B
55
C
52
D
365

Slide 4 - Quizvraag

hoeveel dagen hebben wij in een maand
A
45
B
31
C
24
D
33

Slide 5 - Quizvraag

hoeveel dagen hebben wij in een week?
A
5
B
6
C
7
D
8

Slide 6 - Quizvraag

hoeveel uur hebben wij in een dag?
A
24
B
12
C
48

Slide 7 - Quizvraag

Tijd omrekenen
Tijd kun je omrekenen naar verschillende eenheden.
1 uur = 60 minuten
1 minuut = 60 seconden

eenheden zijn minuten, seconden, dagen, maanden

Slide 8 - Tekstslide

omrekenen hoe doe je dat?
Maaike doet aan handbal. 
Een wedstrijd bestaat uit 2 helften. 
De wedstrijd duurt een uur. 
Hoeveel minuten duurt een wedstrijd?

Slide 9 - Tekstslide

Maaike doet aan handbal.
De wedstrijd duurt een uur. 
Maaike moet zaterdag 2 wedstrijden handballen.
Hoeveel minuten handbalt Maaike?

Slide 10 - Tekstslide

minuten naar seconden
Jessica zet een beker melk in de magnetron. 
Deze beker moet 1,5 minuut in de magnetron op 800 watt. 
Hoeveel seconden moet de melk in de magnetron?

Slide 11 - Tekstslide

maanden naar jaren omrekenen
Bobbie neemt een nieuw telefoon abonnement. 
Hij gaat 60 per maand betalen. 
Het abonnement duurt 24 maanden. 
Wat is de looptijd van het abonnement in jaren?

Slide 12 - Tekstslide

wat ga je nu maken?
Je gaat opdr 12 t/m 21 maken.
blz. 103 t/m 109.

Ben je klaar? dan bespreken we nog even na!

Slide 13 - Tekstslide

2 jaar is ......maanden
A
12
B
21
C
24
D
6

Slide 14 - Quizvraag

2 minuten is ........... seconden
A
90
B
120
C
60

Slide 15 - Quizvraag

Luuk heeft een lening afgesloten voor 36 maanden. Hoeveel jaar loopt de lening?
A
3 jaar
B
1.5 jaar
C
2 jaar
D
6 jaar

Slide 16 - Quizvraag

1 dag
1 minuut
1 uur
60 seconden
60 minuten
24 uur

Slide 17 - Sleepvraag

volgende keer

Slide 18 - Tekstslide