Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
Rijn IJssel
Bezoek de website
‹
Terug naar zoeken
8.9 geen/niet
Niet/ Geen
1 / 47
volgende
Slide 1:
Tekstslide
NT2
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
In deze les zitten
47 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Niet/ Geen
Slide 1 - Tekstslide
Maak de zinnen ontkennend
Adam en Cassian luisteren altijd.
Ik zit in de les.
Ik ben blij.
Ik heb een leuke klas.
Drink jij koffie?
Wij hebben twee telefoons.
Hij gaat graag naar de stad.
Voorkennis activeren
Slide 2 - Tekstslide
Wanneer gebruik je
geen
?
1. Voor een de-woord of het-woord
dat niet specifiek wordt gebruikt.
2. Bij stofnamen (koffie, thee,
suiker,
zand, goud, zilver, hout
, papier, enz.
Tom drinkt
geen
water.
Diana heeft
geen
rode pen.
Ik heb
geen
zin in rekenen.
Denis heeft
geen
papier.
Slide 3 - Tekstslide
Wanneer gebruik je
niet
?
Khuzama werkt niet.
Na
een werkwoord
Belal is niet boos.
Voor
een bijvoeglijk naamwoord
De kat ligt niet op de grond.
Voor
een voorzetsel
Ali komt niet te laat.
Voor
andere woorden
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Vandaag hebben we .... huiswerk.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 14 - Quizvraag
Ik vind wandelen .... leuk.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 15 - Quizvraag
Ik heb .... geslapen.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 16 - Quizvraag
Ik heb hier .... computer.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 17 - Quizvraag
Waarom ben je .... op tijd?
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 18 - Quizvraag
Ik drink .... cola.
A
niet
B
geen
Slide 19 - Quizvraag
Waarom ben je .... op tijd?
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 20 - Quizvraag
Ik hou .... van koffie.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 21 - Quizvraag
Zij heeft ........... zin in thee.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 22 - Quizvraag
Wil ze ook .............. koekje?
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 23 - Quizvraag
Heb je ............... huiswerk gemaakt?
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 24 - Quizvraag
Heb je ............... boek mee genomen?
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 25 - Quizvraag
Vul de juiste ontkenning in:
Ik ben ... kabouter.
timer
0:10
A
geen
B
niet
Slide 26 - Quizvraag
Vul de juiste ontkenning in:
Ik lust ... pannenkoeken.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 27 - Quizvraag
Vul de juiste ontkenning in:
Ik hou ... van pannenkoeken.
timer
0:10
A
niet
B
geen
Slide 28 - Quizvraag
Vul de juiste ontkenning in:
Ik heb mijn huiswerk ... gemaakt.
timer
0:10
A
geen
B
niet
Slide 29 - Quizvraag
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Ga je op vakantie?
Slide 30 - Open vraag
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Heb je een huisdier?
Slide 31 - Open vraag
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Vind je hardlopen leuk?
Slide 32 - Open vraag
Geef antwoord op de vraag. Gebruik niet/geen.
Heb je dansles?
Slide 33 - Open vraag
Ga je mee?
timer
0:15
A
Nee, ik ga mee niet.
B
Nee, ik niet ga mee.
C
Nee, ik ga niet mee.
Slide 34 - Quizvraag
Weet je de weg?
timer
0:15
A
Nee, ik weet niet de weg.
B
Nee, ik weet de weg niet.
C
Nee, ik niet weet de weg.
Slide 35 - Quizvraag
Kom je vanavond ook?
timer
0:15
A
Nee, ik kom vanavond niet.
B
Nee, ik kom niet vanavond.
C
Nee, ik niet komen vanavond.
Slide 36 - Quizvraag
Ben je bang?
timer
0:15
A
Nee, ik ben bang niet.
B
Nee, ik niet ben bang.
C
Nee, ik ben niet bang.
Slide 37 - Quizvraag
Luister je naar hem?
Nee,...
timer
1:00
Slide 38 - Open vraag
Ben je ziek?
Nee,....
timer
1:00
Slide 39 - Open vraag
Woont hij in de stad?
Nee,.....
timer
1:00
Slide 40 - Open vraag
Hebben jouw ouders een huis?
A
Nee, mijn ouders hebben huis geen.
B
Nee, mijn ouders geen huis hebben.
C
Nee, mijn ouders hebben geen huis.
Slide 41 - Quizvraag
Heb jij een Nederlands paspoort?
A
Nee, ik heb niet Nederlands paspoort.
B
Nee, ik heb geen Nederlands paspoort.
C
Nee, ik geen heb Nederlands paspoort.
Slide 42 - Quizvraag
Heb jij kinderen?
A
Nee, ik heb geen kinderen.
B
Nee, ik geen kinderen hebben.
C
Nee, ik geen kinderen heb.
Slide 43 - Quizvraag
Heb jij een groot huis?
A
Nee, ik heb geen huis groot.
B
Nee, ik heb geen groot huis.
C
Nee, ik geen heb groot huis.
Slide 44 - Quizvraag
Heb jij vandaag school?
Nee,....
Slide 45 - Open vraag
Moet je vandaag huiswerk maken?
Nee,.....
Slide 46 - Open vraag
Wil jij een ijsje?
Nee,....
Slide 47 - Open vraag