Signaleren gezondheidsproblemen

Basiszorg en signaleren gezondheidsproblemen






VZ BBL LE1 Verpleegkunde
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerpleegkundeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Basiszorg en signaleren gezondheidsproblemen






VZ BBL LE1 Verpleegkunde

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesinhoud
  • Bespreken opdrachten mondzorg en hulp bieden bij uitscheiding

  • Bespreken opdrachten ademhaling en spijsvertering

  • Het zorgproces

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1 Free-learning af?

Opdracht 2 Vragen bespreken

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Praktijksituatie van Van Buren

Open vragen bespreken

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen bespreken

Slide 5 - Tekstslide

Aandoeningen:
  • Ondervoeding
  • Reflux (maaginhoud stroomt terug in de slokdarm)
  • Maagzweer
  • Levercirrose (leverweefsel beschadiging)
  • ziekte van Crohn (onstekingsziekte)
  • Colitis Ulcerosa
Vier opdrachten bespreken

Slide 6 - Tekstslide

Aandoeningen:
  • Astma (blijvende ontsteking)
  • COPD (verzamelnaam: chronische bronchitis en emfyseem)
  • Borst/longvliesontsteking
  • Longontsteking
Het Zorgproces 

Methodisch werken


= Werken naar een doel volgens een logische volgorde en een van tevoren opgesteld stappenplan.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De stappen van het zorgproces

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Gegevens verzamelen
Waarom verzamel je gegevens?
  • Zorgbehoefte en wensen
  • Zorg bepalen
Bij wie verzamel je gegevens?
  • Zorgvrager, familie/mantelzorgers, huisarts, andere zorgprofessionals, vakkennis
Hoe krijg je benodigde gegevens?
  • gestandaardiseerd , half-gestandaardiseerd  en open intakegesprek






Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Gegevens classificeren in branches
  1. Revalidatiezorg: methode van SAMPC. 
  2. Verpleeghuizen: Vier domeinen van verantwoorde zorg.
  3. Thuiszorg: Omaha System.
  4. Ziekenhuizen en geestelijke gezondheidszorg: Model van Gordon.
  5. Gehandicaptenzorg: het ordeningsprincipe van de acht domeinen van kwaliteit van bestaan




Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Vaststellen van zorgproblemen
In kaart brengen van:
  1. Zelfzorgbehoefte (behoefte van ieder mens om voor zichzelf te zorgen). Waar denk je dan aan?
  2. Zelfzorgvermogen (mate waarin iemand in staat of bekwaam is tot het uitvoeren van zelfzorg)
  3. Zelfzorgtekort (situatie waarin iemand tijdelijk/ blijvend niet in staat is in zijn eigen zelfzorg te voorzien)
 

Slide 11 - Tekstslide

Zelfzorgbehoefte
categorie 1: zelfzorgbehoeften die voor iedereen gelijk zijn;
categorie 2: zelfzorgbehoeften die horen bij een bepaalde fase in het leven;
categorie 3: zelfzorgbehoeften die door gezondheid bepaald worden.
Zelfzorg wordt bepaald door
welke vier factoren?

Slide 12 - Woordweb

Kennis: wat weet je om de zelfzorg te kunnen uitvoeren?
Vaardigheden: welke vaardigheden bezit je om de zelfzorg te kunnen uitvoeren?
Motivatie: wat wil je bereiken met de zelfzorg?
Omstandigheden: bieden de (leef)omstandigheden de mogelijkheid om zelfzorg uit te voeren?
Actueel gezondheidsprobleem
Potentieel gezondheidsprobleem

Slide 13 - Tekstslide

Actueel: Bij een actueel gezondheidsprobleem zijn de verschijnselen op dit moment (actueel) aanwezig; het vraagt direct je aandacht.

Potentieel: Mensen met een verhoogd risico op bepaalde gezondheidsproblemen in de toekomst.
Probleem duidelijk dan formuleren
  1. Gebruik woorden die zoveel mogelijk over het gedrag van de zorgvrager gaan
  2. Schrijf vanuit de zorgvrager, zoals hij het beleeft 
  3. Formuleer zo duidelijk dat je er een doelstelling uit kunt afleiden 
  4. Geef bij de omschrijving van het zorgprobleem de (mogelijke) oorzaak aan.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Probleem onduidelijk?
Dan kijken we eerst naar:
  1. Openstaan: staat de zorgvrager ervoor open om iets op een andere manier te doen of te veranderen?
  2. Begrijpen: begrijpt de zorgvrager wat er aan de hand is?
  3. Willen: wil de zorgvrager dat er iets verandert?
  4. Kunnen: kan de zorgvrager veranderen?
  5. Doen: laat de zorgvrager ook ander gedrag zien?
  6. Blijven doen: houdt de zorgvrager die verandering lange tijd vol?




Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 2 afgerond. Vragen?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht voor de volgende keer
SBIS: opdracht Hart en bloedvaten 
(inclusief ThiemeMeulenhoff)

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fijne feestdagen allemaal!

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies